VVD Bijdrage
inhoudelijke bespreking Hotel Kalverschans
Meneer de
voorzitter,
De VVD fractie
heeft met grote interesse kennis genomen van het thans voorliggende voorstel
met betrekking tot de herontwikkeling van het gebied waarop momenteel Manege Kalverhoek
gevestigd is. Vestiging van een hotel op deze locatie zou een “win – win”
situatie kunnen zijn voor zowel AZ met haar recente vestiging van het
trainingscomplex, een nog te bouwen hotel en de gemeenten Wormerland en
Zaanstad. De VVD fractie heeft van begin af aan, de mogelijke komst van een
hotel accommodatie, mits daarbij wordt voldaan aan de te stellen
randvoorwaarden, van harte ondersteund en doet dit heden ten dage nog steeds.
In de kern steunt onze fractie dan ook het voorstel zoals thans ter tafel
liggend.
Nadrukkelijk
spreek ik in deze over ondersteuning in de kern. De reden voor deze woordkeuze,
komt voort uit het feit, dat de oorsprong van dit plan voortvloeit uit
indiening van een bouwaanvraag d.d. 30 juni 2008 en dat sindsdien er nog al wat
gebeurd is. In vogelvlucht heeft de ontwikkeling van de technologie niet stil
gestaan, is het maatschappelijk verantwoord ondernemen heden ten dage algemeen
onderdeel van onze maatschappij geworden en is de aanvrager van het bouwproject
direct danwel indirect betrokken geraakt bij een faillissement van haar
moedermaatschappij. Genoemde
ontwikkelingen vormen voor mijn fractie reden om de volgende vragen aan de
wethouder te stellen:
1.
Sinds
het moment van oorspronkelijke indiening van de bouwaanvraag hebben de
technologische ontwikkelingen met betrekking tot de duurzaamheid een grote
vlucht genomen. Ik wijs hierbij onder meer naar energiebesparingstechnologie en
het gebruik van duurzame bouwmaterialen in deze. Kunt u ons informeren omtrent
te gebruiken energiebesparingstechnologiëen bij zowel de bouw als de
exploitatie van het hotel en daarbij tevens toelichten op welke wijze de
toepassing van deze technologie onderdeel is van de te verlenen vergunningen ?
2.
Duurzame
exploitatie vereist een wisselwerking met de omgeving. Met andere woorden voor
zowel de exploitant van de accommodatie, de gemeente en de overige betrokkenen
moet er sprake zijn van een “win – win” situatie. Kunt u ons informeren omtrent
de wijze waarop deze wisselwerking tot
stand komt en daarbij aandacht besteden aan te verwachten groei in
werkgelegenheid en woz opbrengsten voor de gemeente ?
3.
Blijkens
de voor ieder toegankelijke registers is de moedermaatschappij van aanvrager
J.H. Beheer B.V. op 03 december 2015 failliet verklaard en heeft de toenmalig
Dga van J.H. Beheer B.V. vervolgens het bouwplan uit het faillissement gekocht.
In dit kader de volgende vraag: blijkens de stukken, ontwikkeld de aanvrager
het bouwplan op eigen kosten en risico en in dit kader is op 19 maart 2009 een
planschadeovereenkomst getekend met de ontwikkelaar. Kunt u ons informeren in
hoeverre huidig aanvrager gebonden is aan de op 19 maart 2009 getekende
overeenkomst tot vergoeding van de planschade en bent u bereid om ter
voorkoming van eventuele onverwachte zaken de planschadeovereenkomst opnieuw te
sluiten met de ontwikkelaar danwel de hiervoor in aanmerking komende
rechtspersonen van de ontwikkelaar ?
4.
In het
rapport Ruimtelijke onderbouwing Hotel Kalverschans, Gemeente Wormerland, meer
specifiek p. 9 en 10 valt het volgende te lezen:
“De verwachte groei in het hotelaanbod in
Amsterdam en de regio Laag Holland is aanzienlijk hoger dan de verwachte groei
in vraag. Het is van belang dat Hotel Kalverschans met een sterk concept komt
dat aanvullende vraag zal genereren”
Voldoening
van de aanvullende vraag zal mogelijk komen uit het onderbrengen van AZ gasten
in het hotel, anderzijds moeten wij ook vaststellen dat er in de nabijheid van
de beoogde vestigingsplaats diverse hotels en horeca accomodaties in diverse
stadia van ontwikkeling zijn, die direct met Hotel Kalverschans in concurrentie
zullen treden. Naar aanleiding van deze constatering heeft mijn fractie de
volgende vraag: in hoeverre is tegen geschetst kader een financieel duurzame
exploitatie van het op te richten pand mogelijk en indien dit niet mogelijk
mocht blijken te zijn, welke mogelijkheden heeft de gemeente dan om haar
eventueel onwelgevallige exploitatie van het bouwwerk te voorkomen ? Iets
wat een aanvang neemt met de oprichting en exploitatie van een Hotel mag zich
tenslotte niet door ontwikkelen in een door de gemeente niet gewenste
ontwikkeling.
5.
Het
bouwen van hotel, het realiseren van vele parkeerplaatsen brengt een
omvangrijke verzwaring van de verkeersdruk voor de omgeving met zich mee. De
hoek bij het Herenhuis / de toegang tot het Kalf op het Ramsbeek is een ieder
ongetwijfeld bekend. Tegen deze achtergrond de volgende vraag: wordt bij de
bouw en de aanleg van het Hotel met bijbehorende parkeerplaatsen rekening
gehouden met de verkeersafwikkeling van een en ander en krijgt het hotel met
inbegrip van de trainingsaccomodatie een eigen ontsluitingsweg uitkomend op de
Leegwaterweg, om op deze wijze zowel de hoek bij het Herenhuis/ Het Ramsbeek en
de Zuiderweg te ontlasten van verkeersdruk en wanneer wordt deze
gerealiseerd?
Voorzitter, tot zover mijn bijdrage in eerste instantie en in afwachting van de antwoorden van de portefeuillehouder op onze vragen.