VVD Verkiezingsprogramma 2023

Keuzes voor een optimistische toekomst. Verkiezingsprogramma VVD 2023

https://www.vvd.nl/wp-content/uploads/2023/09/Verkiezingsprogramma-VVD-2023-2027.pdf



Verkiezingsprogramma VVD 2023

Inhoudsopgave

Ons verhaal

Grip op een veranderende wereld

De VVD wil grip op migratie

De VVD wil Nederland veilig houden in een gevaarlijke wereld

Een vuist tegen onvrijheid

De VVD wil een veilig Nederland voor iedereen

Nederlands talent

De VVD wil het beste onderwijs

Brood op de plank

De VVD wil de slimste en schoonste economie ter wereld

De VVD wil werken aan een beter Nederland

Fijn wonen en vlot doorrijden

De VVD wil doorrijden, schoon vliegen en geweldig ov

De VVD wil een fijn en betaalbaar dak boven je hoofd

Een schone toekomst

De VVD wil een schone toekomst

De VVD wil Nederland van het slot halen

Zorg met gezond verstand

De VVD wil een gezond, fit en weerbaar Nederland

De menselijke maat terug

De VVD wil een overheid met een menselijk gezicht

De VVD wil geen schulden doorschuiven

Nawoord

 

  Ons verhaal


1 Vrij, veilig, welvarend

Wij Nederlanders zijn ambitieus, creatief en ondernemend. We stellen hoge eisen aan onszelf en aan elkaar. Al generaties lang. Daardoor is de kwaliteit van leven in onze liberale democratie ongekend hoog. We behoren tot de meest vrije, veilige en welvarende mensen die ooit hebben geleefd. Dat is iets om te beseffen en ook te koesteren als we aan de slag gaan met de problemen waar we voor staan.

1.1 Landsbelang

Het was de afgelopen jaren geen makkelijke tijd. In 2010 bevond ons land zich in een zware economische crisis. Onze opdracht was de economie weer op gang brengen en de overheidsfinanciën weer gezond maken. Dat is gelukt – en hoe. In de jaren daarna bleven de omstandigheden turbulent. In een steeds stekeliger politiek landschap moest crisis na crisis het hoofd worden geboden. Van een virusuitbraak tot een oorlog in Europa. Wij hebben steeds het landsbelang vooropgesteld en geprobeerd ons land zoveel mogelijk tegen alle schokken te beschermen. Dat is zo goed en zo kwaad als het ging, gelukt. Nederland is sterk uit deze periode gekomen. Daar zijn wij trots op.

1.2 Keuzes

Dat wil niet zeggen dat het met iedereen goed gaat. Het is duidelijk dat er opgaven zijn die met urgentie moeten worden aangepakt. We hebben daarbij te maken met een unieke optelsom van schaarsten. Er is schaarste aan menskracht, aan huizen, grond, grondstoffen, energie, geld én aan ecologische ruimte, in de zin van ruimte voor verdere uitstoot van CO₂ en stikstof. Niet alles wat we zouden willen, kan tegelijk. Dat besef is de komende jaren erg belangrijk. We zullen grenzen moeten stellen en strategisch moeten kiezen waar we onze schaarse middelen op inzetten. Wij zijn ervan overtuigd dat we moeten kiezen voor die zaken waarmee we het optimisme en het zelfvertrouwen in ons land kunnen terugbrengen. Dát is de fundamentele opdracht. Alle Nederlanders, van de schoonmaker tot de directeur, in elke stad, regio en provincie, moeten zich met reden optimistisch kunnen voelen over het perspectief dat het leven steeds beter wordt. Voor henzelf en voor hun kinderen.

2 Optimisme terug

Bij ons is er geen twijfel over of dit kan lukken. Nederland heeft alles in huis om het beste land ter wereld te zijn voor de middenklasse, en om iedereen de kans te geven daarbij te horen. Maar het klopt: dat maakt Nederland nu nog niet altijd waar. Veel Nederlanders zijn in de afgelopen jaren juist bezorgd geworden over hun toekomst. Daarin spelen grote kwesties zoals de ongeremde immigratie, zware criminaliteit, steeds beter zichtbare klimaatverandering, en de aanval op Oekraïne natuurlijk een rol. Maar het gaat allereerst over je persoonlijke welvaart en vrijheid: je eigen baan of bedrijf, je eigen woning en leefomgeving, en de zorg waar je op kunt rekenen als je die onverhoopt nodig hebt. Het gaat erom of je ziet dat jouw kinderen en kleinkinderen, of neven en nichten, de kans krijgen om het beter te hebben dan jij. Zoals alle ouders, grootouders, ooms en tantes wensen.

2.1 Rondkomen

Dit begint met het meest basale van alles: gewoon rond kunnen komen of van je welverdiende pensioen genieten. Het leven in ons land is de afgelopen jaren duurder geworden. De salarissen zijn niet altijd voldoende meegestegen. Na een maand hard werken zie je je geld werkelijk de portemonnee uit vlíegen. Vanwege de hoge energielasten, de huur of de hypotheek en de dure boodschappen. Voor de leuke dingen blijft steeds minder over. Een grote groep harde werkers kan ondanks al hun inzet überhaupt niet rondkomen: de werkende armen. Een verschrikkelijk fenomeen, dat anno 2023 in Nederland niet meer zou mogen bestaan. Voor harde werkers moet het leven de komende jaren beter betaalbaar worden. Dat willen we door een combinatie van loonstijging, gerichte belastingverlagingen, en het allerbeste: de kans om door te groeien naar beter betaalde banen als je die ambitie hebt.

2.2 Eigen thuis

Daarnaast is de woningnood een groot probleem. Honderdduizenden Nederlanders hebben ondanks dat ze zich aan alle spelregels houden, geen zicht op een eigen thuis. Zeker een betaalbaar koophuis is dé manier voor de middenklasse om een spaarpot op te bouwen en de toekomst met optimisme tegemoet te zien. Dat moet weer voor veel meer mensen binnen bereik komen. Nederland moet zo snel mogelijk van het stikstofslot en de overheid moet woningbouw niet tegenwerken maar juist voortstuwen, zodat iedere Nederlander perspectief krijgt op een eigen thuis.

2.3 Talent

Nederlanders barsten van de kwaliteiten en talenten. Ál die kwaliteiten en talenten zijn nodig. Vandaag, om onze maatschappij goed te laten functioneren. En in de toekomst, om onze welvaart te behouden. Het is daarom cruciaal dat we erin slagen om alle Nederlanders in staat te stellen hun kwaliteiten en talenten maximaal te benutten. Ontwikkeling stopt nooit. Maar de meeste aandacht moet gaan naar de volgende generatie. Alle kinderen moeten zich voluit kunnen ontwikkelen en ontplooien. Dat lukt in ons land nu nog niet altijd. Het onderwijsstelsel lijdt zwaar onder een algeheel personeelstekort. We gaan daarom met verdubbelde inzet door met het verbeteren van het onderwijs, onder andere door leraren nog meer ruimte te geven hun vak goed uit te kunnen oefenen. Alleen dan voeden we de sterkste generatie ooit op. Laat dat ons gezamenlijke doel zijn.

2.4 Ondernemerschap

Nederland zit vol met ondernemerschap. Ondernemers zijn de ruggengraat en motor van onze maatschappij. Ze leveren producten of diensten waar we allemaal op rekenen, ze creëren ongelofelijk veel banen. Ze zijn een bron van vernieuwing en innovatie, brengen mensen bij elkaar en ze zorgen voor leven in de brouwerij. Kortom: optimisme en ondernemerschap zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Maar juist onze ondernemers voelen zich steeds vaker in de hoek gezet met een onmogelijke kluwen aan verwachtingen, verplichtingen en lasten. Dit moet anders. Wij vragen veel van ondernemers en daar moet tegenover staan dat zij lucht krijgen. Lagere lasten, betere toegang tot financiering en personeel dat gestimuleerd wordt om meer uren te werken. Bovenal moeten ondernemers weten waar ze aan toe zijn.

2.5 Rechtvaardigheid

Als iedereen in staat wordt gesteld om op volle kracht vooruit te gaan, zal de één sneller gaan, of verder komen, dan de ander. Er zal verschil in uitkomsten zijn en dus in welvaart. Dat is niet erg, zo lang dit het gevolg is van een verschil in inzet, prestatie en faire kansen. Dat verband is er vandaag de dag niet altijd. Het komt voor dat mensen die keihard werken, slechts nauwelijks beter af zijn dan mensen die een uitkering hebben en helemaal niet werken. Het komt ook voor dat mensen, die voor hun harde werk beloond worden met een beter brutosalaris, er netto op achteruit gaan. Laat duidelijk zijn: hier is niets liberaal aan. Het besef dat onze maatschappij rechtvaardige uitkomsten oplevert, is cruciaal om optimistisch te zijn over de toekomst. We willen daar zo goed als we kunnen voor zorgen.

2.6 Zorg

Het vertrouwen dat je de best mogelijke zorg kunt krijgen als je die nodig hebt, is belangrijk om optimistisch in het leven te staan. Dat vertrouwen staat onder druk, als gevolg van de toenemende schaarste in de zorg. De vergrijzing heeft een dubbel effect, omdat de vraag naar zorg toeneemt en het beschikbare personeel afneemt. Dit heeft nu al consequenties die mensen ervaren. Het dwingt ons om keuzes te maken en de zorg beter te organiseren. Om de zorg beschikbaar te houden voor wie het echt nodig heeft. Keuzes om te voorkomen dat de zorg schraler en wankeler wordt. Wij Nederlanders willen, als we zorg nodig hebben, mee kunnen beslissen over welke behandeling het beste past bij de kwaliteit van leven die we zelf belangrijk vinden.

Mee kunnen beslissen over voor jouw passende zorg.

Daar moeten we mee verder.

Goede hulp en mogelijkheden om zoveel mogelijk te blijven meedoen in de samenleving, en vereenzaming te voorkomen, kunnen soms veel meer goed doen dan een medische behandeling. Er zijn goede voorbeelden van nieuwe samenwoonvormen, waar mensen naast goede ondersteuning elkáár hebben. Die moeten met voorrang worden ontwikkeld. De persoonlijke aandacht voor de patiënt moet groter worden in plaats van kleiner. Maar met minder zorgprofessionals kan dat alleen als we de mogelijkheden die digitalisering, automatisering, technologie, data en kunstmatige intelligentie ons bieden ook echt onderdeel gaan maken van onze zorg. Niet om verpleegkundigen door robots te vervangen, maar om medisch personeel te ontlasten, zodat ze zoveel mogelijk van hun tijd direct aan de patiënt kunnen besteden. Zo wordt de persoonlijke aandacht voor de patiënt groter, in plaats van kleiner. Dit zijn veranderingen in hoe we onze zorg inrichten en daar moeten we de komende jaren daadkrachtig mee aan de slag.

3 Sterke overheid

Met meer optimisme over persoonlijke welvaart en vrijheid zijn we er nog niet. Veel Nederlanders zijn bezorgd over een aantal grotere problemen dat ons land raakt. Om optimistisch te zijn over de toekomst, hebben we vertrouwen in de kracht van onze overheid nodig. In onze liberale democratie moet die overheid altijd handelen vanuit rechtsstatelijkheid, dienstbaarheid, menselijkheid en de menselijke maat. Maar bovenal zichtbaar in staat zijn om doortastend en effectief het hoofd te bieden aan die grotere problemen waar mensen zich zorgen om maken. Onze overheid moet grip hebben op wat er zich in ons land afspeelt en met gezag kunnen optreden waar dat nodig is. In ten minste drie grote kwesties is daar nog meer inzet voor geboden.

3.1 Vrede

De brute invasie van Rusland in Oekraïne laat zien wat een duistere wending de werkelijkheid ook op ons eigen continent nog steeds kan nemen. Als Nederland weten we wat het is om bezet te worden en je stad vernield te zien worden door bommen. Daarom is het juist dat wij een leidende rol vervullen in het ondersteunen van Oekraïne. We moeten tot het uiterste blijven gaan om Oekraïne te helpen winnen, zonder zelf actief in de gevechten betrokken te raken. Tegelijkertijd moeten we de verdediging van ons eigen land en continent steviger oppakken. Wij Nederlanders mogen voor onze veiligheid niet te afhankelijk blijven van de Amerikanen, onze gewaardeerde NAVO-bondgenoot. Dat betekent dat we vastberaden door moeten gaan met het herstellen en versterken van onze krijgsmacht.

3.2. Democratische rechtsstaat

Wij Nederlanders maken samen de democratische rechtsstaat. Het is onderdeel van onze cultuur. De vrijheid om jezelf te zijn, om je uit te spreken, om je leven te leiden zoals je dat zelf wilt. Bescherming tegen willekeur, tegen machtsmisbruik en tegen het recht van de sterkste. We kunnen niet zonder. Dat besef lijkt de laatste jaren soms ver weg. Wij hebben de dure plicht om de democratische rechtsstaat te blijven versterken en te blijven uitdragen. De VVD zal altijd daadkrachtig blijven staan voor de kernwaarden en de instituties van de democratische rechtsstaat. Ze zijn voor ons niet onderhandelbaar. Ondermijning en aantasting van de democratische rechtstaat, door wie dan ook, gaan we krachtiger benoemen en bestrijden. Een weerbare democratie vraagt om weerbare democraten.

3.3.1 Grip

Het migratiestelsel functioneert niet goed, op dit moment overkomt migratie ons. Als gevolg daarvan bepalen we niet zelf voor hoeveel en voor welke mensen er plek is in ons land, maar doen anderen dat. In het slechtste geval mensensmokkelaars en arbeidsuitbuiters. Het heeft in de afgelopen jaren een situatie van vrijwel ongeremde immigratie opgeleverd en dat is meer dan ons land aan kan. Het heeft de woningnood substantieel vergroot, het heeft sommige wijken en dorpen overspoeld met arbeidsmigranten, het heeft de hele asielketen zwaar overbelast. En veel Nederlanders maken zich als gevolg daarvan grote zorgen over de toekomst van ons land. Laat

 

duidelijk zijn: migratie is van alle tijden, grenzen stellen is dat ook. De overheid moet grenzen stellen en handhaven en zo weer grip krijgen op migratie.

3.3.2 Vluchtelingen

Nederland moet natuurlijk altijd bereid zijn om mensen die op de vlucht zijn voor oorlog en geweld, veiligheid te bieden. Maar dat kan niet door grenzeloos iedereen die zich aandient hier op te vangen. Dat zijn meer mensen dan voor wie we woonruimte hebben, en dan we zorg en onderwijs kunnen bieden. Het zijn bovendien meer mensen dan we met voldoende aandacht op weg kunnen helpen in onze maatschappij. Daardoor heeft een meisje van acht jaar oud dat vandaag als vluchteling aankomt in Nederland, geen redelijke kans om later uit te groeien tot ingenieur, verpleegkundige, politievrouw, of minister en VVD-leider. Terwijl dat is wat we zouden moeten willen. Dus moeten we nog een aantal dingen doen. Het is ten eerste noodzakelijk dat de Europese buitengrens wordt verstevigd. Ten tweede moet Nederland altijd blijven aandringen op opvang in de regio, zoals wij dat ook voor de Oekraïners hebben gedaan. Ten derde moet Nederland minder aantrekkelijk worden als eindbestemming voor mensen van buiten onze regio.

3.3.3 Arbeidsmigratie

Ook aan arbeidsmigratie zijn jarenlang onvoldoende effectieve voorwaarden gesteld. Dat heeft ertoe geleid dat arbeidsmigranten vrijwel ongeremd naar Nederland zijn gehaald. Te vaak leven ze onder slechte omstandigheden met velen bij elkaar gepropt in te kleine ruimten. Dat is een treurig bestaan voor henzelf én het heeft impact op de leefbaarheid in de wijken en dorpen waar dit zich voltrekt. Zeker, arbeidsmigranten zijn nodig. Zonder hen vallen talloze productieketens stil. Maar op deze manier kan het niet meer. Er is grip nodig op arbeidsmigratie waarbij we kiezen voor degenen die we nodig hebben.

3.3.4 Integratie

Immigranten maken Nederland alleen sterker als iedereen die hier mag blijven, ook echt integreert in onze samenleving. Op scholen in ons land wordt zichtbaar hoeveel werk er nog te verzetten is. Bijvoorbeeld door de achterstanden waarmee kinderen op school verschijnen. Of botsingen in de klas rond zaken als gelijke rechten tussen vrouw en man en ontkenning van de holocaust. Te lang is er onbeheerste immigratie geweest zonder een voldoende effectief inburgerings- en integratiestelsel. Dit behoort wat ons betreft tot het verleden. In Nederland moet je Nederlands kunnen spreken. Je moet actief meedoen op de arbeidsmarkt. En we verwachten dat je de Nederlandse grondwettelijke waarden zoals vrijheid en democratie onderschrijft.

3.4.1 Aanpakken georganiseerde criminaliteit

Van een heel andere orde is de georganiseerde criminaliteit. We hebben in ons land meedogenloze criminelen die er niet voor terugdeinzen om advocaten en journalisten op klaarlichte dag te liquideren en talloze Nederlanders die werken voor de goede zaak te bedreigen. Een regelrechte aanslag op onze manier van leven. Dit kalenderjaar hebben al veel meer dan honderd aanslagen met geïmproviseerde explosieven plaatsgevonden op winkelpanden en woonhuizen. Ronselaars sleuren kinderen van basisschoolleeftijd de criminele netwerken in. De aantrekkingskracht van de criminaliteit op jongeren is groot. Er ontstaat een huiveringwekkend beeld: de gevolgen van hun handelen interesseert daders helemaal niets. Het gezag van de staat wordt simpelweg niet erkend. Dat gaat stoppen.

3.4.2 Gezag herstellen

Het is noodzakelijk dat de overheid grip krijgt op de criminele netwerken, ze uitschakelt en het gezag herstelt. Anders gaat het van kwaad tot erger. Daarom moeten we de antimaffia-aanpak van de afgelopen jaren onverminderd voortzetten. We moeten verder investeren in de politie en de capaciteit van de diensten en de strafrechtketen versterken. Onze straffen moeten zwaarder. Zo maken we Nederland voor de drugskartels minder aantrekkelijk vergeleken met andere landen. En we gaan nog meer doen, binnen en buiten het strafrecht, om de kansen van jongeren op het rechte pad te vergroten. Preventie en repressie moeten altijd hand in hand gaan. Wij Nederlanders maken hier gezamenlijk in vrijheid en op democratische wijze de dienst uit. En niemand anders.

 4 Schone groei

Ten slotte moet optimisme gegrondvest zijn in een goede strategie voor de toekomst, waarin we overtuigde keuzes maken in het benutten van ruimtelijke en ecologische schaarste. Het doel van die strategie is als volgt. We willen onze ongekende welvaart behouden en zelfs vergroten met beter betaalde banen voor meer hardwerkende Nederlanders en ruim baan bieden voor ondernemerschap en innovatiekracht. We willen minder afhankelijk worden van geopolitieke uitdagers. En we willen onze manier van leven in balans brengen met de natuur om ons heen. Kortom: we willen geen groei die in strijd is met maatschappij en natuur, maar slimme en schone groei. Dit gaat over onze toekomst, maar het is ook vandaag al urgent.

4.1 Klimaatneutraal

Als de klimaatverandering doorzet heeft dat grote, directe gevolgen voor ons land, in de vorm van extremer weer. Het draagt bovendien bij aan het erger maken van andere problemen, zoals migratie. We moeten onszelf en elkaar daartegen proberen te beschermen door volgens afspraak de CO₂-uitstoot snel te verminderen. We willen in 2050 klimaatneutraal leven en ons voorbereid hebben op klimaatverandering en de gevolgen daarvan.

4.2 Verduurzaming

We willen ons land schoon doorgeven aan volgende generaties. We zijn al goed op weg richting dat doel. Veel Nederlanders maken al steeds meer duurzame keuzes. Bijvoorbeeld door vleesvervangers te eten, elektrisch te rijden, of zonnepanelen aan te leggen. Dankzij ondernemerschap en innovatiekracht is dat nu al steeds vaker niet alleen de meer duurzame, maar ook de meer haalbare en renderende keuze. De realiteit is ook dat we er nog lang niet zijn. De verandering die we doormaken is historisch. Dat is ongemakkelijk en gaat niet iedereen even goed af. We moeten er dus voor zorgen dat iedereen mee kan blijven komen. Mensen met boetes en heffingen het leven zuur maken is een slechte strategie. De nadruk moet liggen op hoe we elkaar positief kunnen stimuleren om in het dagelijks leven steeds vaker duurzame keuzes te maken. Naarmate de aantrekkelijke voorbeelden zich opstapelen, kan uiteindelijk iedereen enthousiast worden.

4.3 Bedrijfsleven en innovatie

Die voorbeelden gaan in ons land ontstaan, als we ervoor kiezen. Nederland is sterk in de samenwerking tussen internationale bedrijven, het mkb, start-ups en scale-ups, kennisinstellingen en de overheid. In deze ‘ecosystemen’ worden innovatieve producten voor consumenten en het bedrijfsleven gemaakt waarmee bijvoorbeeld de uitstoot van CO₂ en stikstof omlaag kan én het toekomstige verdienvermogen van Nederland wordt gecreëerd. Het is cruciaal om een meer assertieve en slimme industriepolitiek te gaan voeren voor de sectoren die van grote toegevoegde waarde zijn voor Nederland en om een slim en schoon antwoord vragen, zoals de bouw, de vitale maakindustrie en uiteraard onze voedselproductie. In de verdeling van schaarste, krijgen zij wat ons betreft voorrang.

4.4 Schaarste

De verdeling van schaarste is de komende jaren onvermijdelijk een groot thema. We hebben de grens van wat tegelijkertijd kan ruimschoots bereikt. Allereerst in fysieke zin: wonen, vervoeren, ondernemen, boeren, natuur, recreëren, het kan - ook na het slim combineren van functies - niet allemaal tegelijk op dezelfde plek. Daarnaast is er op veel plekken geen ruimte meer voor economische ontwikkeling als gevolg van een overbelast elektriciteitsnet, te weinig water en een te hoge stikstofuitstoot die slecht is voor de natuur. Dat vraagt om een rechtvaardige industriepolitiek waarbij “realistisch-ambitieuze” uitstootnormen worden gesteld, die gelden voor álle bedrijven in Nederland. Bedrijven krijgen onze steun en de ontwikkelmogelijkheden die zij nodig hebben als ze hieraan voldoen.

 4.5 Alle regio’s doen mee

In oppervlakte mag Nederland dan wel klein zijn, ons land kent een rijke verscheidenheid aan regio’s, die elk op hun eigen manier een belangrijke bijdrage leveren aan onze samenleving. Elke stad, streek of provincie heeft zijn eigen kracht en is daar met recht trots op. Wij willen dat mensen zich overal in het land gehoord voelen en zich kunnen herkennen in nationaal beleid. Dat betekent dat de Rijksoverheid meer dan voorheen de regionale mogelijkheden als vertrekpunt van handelen moet nemen, en dat specifieke aandacht gericht moet worden op de aantrekkelijkheid en het verdienvermogen in díe gebieden waar de welvaart het laagst is. Rond een havenstad of hightech- regio liggen andere keuzes voor de hand dan in een voormalig veengebied of grensregio. De diversiteit van ons land moeten we niet problematiseren, maar juist benaderen als onze kracht. Voor onze toekomstige welvaart is heel Nederland nodig.

4.6 Technologische innovatie voor ons allemaal

Dit programma is niet geschreven met behulp van ChatGPT. Het komt voort uit onze eigen liberale overtuiging en hoefde niet door kunstmatige intelligentie te worden geproduceerd. Tegelijkertijd staat het vast dat technologische innovaties zoals artificiële intelligentie talloze processen in onze maatschappij ingrijpend blijven veranderen. Europa, ook Nederland, dreigt te ver achterop te raken ten opzichte van de VS en de sterke Aziatische landen. We moeten risico’s zien voor wat ze zijn en ons beschermen waar nodig. Tegelijkertijd moeten we de enorme kansen die technologische innovatie biedt om het leven beter te maken, met veel meer gretigheid omarmen. Dat betekent wel dat de overheid naast meer aandacht in het onderwijs, intensiever en gerichter met kennisinstellingen en bedrijven moet werken aan bijvoorbeeld de toekomst van de zorg, de mobiliteit en onze veiligheid. Voor onze concurrentiekracht, ons toekomstig verdienvermogen maar bovenal voor het behoud van onze brede welvaart is dat cruciaal.

4.7 Gezonde overheidsfinanciën

Voor slimme en schone groei zijn ten slotte ook gezonde overheidsfinanciën noodzakelijk. Dat is allereerst een kwestie van rechtvaardigheid. Het is niet fair om het onszelf comfortabel te maken en toekomstige generaties daarvan de rekening toe te schuiven. Zeker niet, nu het om generaties gaat die met een instabiele wereld en een veranderend klimaat te maken zullen krijgen. Daar komt bij dat we de afgelopen jaren hebben gemerkt hoe belangrijk gezonde overheidsfinanciën zijn om schokken te kunnen opvangen. Doordat we in de jaren vanaf 2010 de financiën op orde hebben gebracht, kon de overheid tijdens de coronacrisis en na de Russische aanval op Oekraïne de grootste klappen opvangen. Het is nu zaak de financiën opnieuw op orde te brengen, zodat dit in de toekomst, als het onverhoopt weer nodig is, opnieuw kan.

Werk aan de winkel

Met dit programma stellen we klassieke prioriteiten en maken we ook nieuwe, scherpe keuzes voor de tijd die voor ons ligt. Want het is nodig om ruimte te geven en grenzen te stellen. Wij vragen de komende jaren een aantal stevige koerscorrecties van de overheid. Het optimisme moet overal in ons land terug. Optimisme over persoonlijke vrijheid en welvaart voor alle Nederlanders die hard werken, meedoen of hebben gewerkt. Optimisme over het vermogen van onze overheid om de grote problemen van dit moment het hoofd te bieden. En optimisme over een sterke, schone en welvarende toekomst. Hiervoor is niet een grote of kleine, maar een stérke overheid nodig, die in staat is om grenzen te stellen en doortastend en met urgentie te handelen. Bovenal is nodig dat wij Nederlanders, met al onze talenten, ambities en werklust, er samen de schouders onder zetten. Niet tegenover elkaar, maar naast elkaar.

Dan gaat dit ons lukken.

 Grip op een veranderende wereld.

Hoe gaan we om met het buitenland en onze grenzen?

De gevolgen van conflicten, agressieve regimes en ongecontroleerde migratiestromen hebben Nederland de afgelopen jaren direct geraakt. Ondertussen stonden we klaar om Oekraïners te helpen. Door wapens te sturen waarmee zij zich tegen de Russische agressie kunnen verdedigen en door mensen die vluchten ruimhartig in onze eigen regio op te vangen. Maar er zitten grenzen aan wat we kunnen doen. Dat zien we met de onhoudbaar hoge toestroom van mensen uit de rest van de wereld, die vaak helemaal geen recht hebben op asiel of uit een veilig gebied komen.

De Russische aanval op Oekraïne heeft het onvoorstelbare weer voorstelbaar gemaakt. Een oorlog die ook Nederland en onze NAVO-bondgenoten in directe zin kan raken is een risico waar wij ons op moeten voorbereiden. We kunnen het ons niet veroorloven onze verdediging te zeer aan de Verenigde Staten over te laten. Landen op het Europese continent moeten samen meer doen voor hun eigen verdediging. Autoritaire regimes proberen onze vrijheid en welvaart te ondermijnen. Er vindt een wereldwijde competitie om grondstoffen, militair voordeel en afzetmarkten plaats. Om overeind te blijven en onze liberale waarden in eigen huis te verdedigen, moeten we ons samen met wereldwijde bondgenoten weren tegen de invloed van regimes als Rusland, China en Iran.

Toch kunnen we optimistisch naar de toekomst kijken. Er is binnen en buiten Nederland grote steun voor Oekraïne. De vrouwen en mannen bij Defensie staan dag en nacht klaar om ons en onze bondgenoten veilig te houden. Met de groeiende steun voor de NAVO-norm van 2% kunnen we de krijgsmacht verder versterken. Nederland loopt voorop in militaire samenwerking. We hebben zelf en via de EU de eerste stappen gezet om ons minder kwetsbaar voor China te maken.

Wij willen er zijn voor mensen op de vlucht. Maar nu hebben we geen grip op wie er binnenkomt. Wie heeft ons nodig en wie hebben wij nodig, moet de vraag zijn. We zijn ruimhartiger dan andere Europese landen. Hierdoor komen te veel mensen hierheen, ook zonder recht op asiel. Dit geeft druk op de opvang en het draagvlak voor echte vluchtelingen neemt af.

Het is mogelijk om grip op migratie terug te krijgen, met een lagere instroom in een rechtvaardig asielsysteem. Als Nederland niet aantrekkelijker is dan andere Europese landen, zullen er niet meer veel mensen doorreizen naar ons land. Via de EU kunnen we migratiedeals sluiten met derde landen. Met opvang in de regio als uitgangspunt kunnen we mensen gericht op uitnodiging toelaten. Door nieuwkomers beter te integreren kunnen we onze vrije waarden beter beschermen.

Voor onze open economie is het goed als we grote talenten binnenhalen, maar ook hier geldt dat we weer grip moeten krijgen en de instroom van arbeids- en studiemigranten verlagen.

De uitdagingen zijn dus groot, maar onze wilskracht en ons optimisme om het op te lossen, zijn net zo groot.

 De VVD wil grip op migratie.

Nationaal grip krijgen op asielmigratie

Nederland moet maatregelen nemen om controle te krijgen op asielmigratie en om de instroom te beperken. Er moet goed gekeken worden wie ons echt nodig heeft en hoe wij deze groep passende bescherming en opvang kunnen bieden. Hiermee sluiten we aan bij wat landen om ons heen doen.

Maatregelen nemen om de instroom te beperken. De VVD wil stevige maatregelen die bijdragen aan het verlagen van de instroom. Die maatregelen moeten gericht zijn op het terugkrijgen van grip op migratie, het verlagen van de instroom en zorgen dat we beschermen wie bescherming nodig heeft. Onderstaande maatregelen dragen daaraan bij.

Niet ruimer zijn dan de landen om ons heen. We willen een zogenaamd tweestatusstelsel met alle beperkingen die binnen EU-richtlijnen mogelijk zijn. Dit stelsel biedt de mogelijkheid om bescherming te bieden aan wie het echt nodig heeft. De beperkingen zijn bijvoorbeeld een wachttijd voordat gezinsleden kunnen overkomen, met daarnaast eisen aan bijvoorbeeld woonruimte, inkomsten, ziektekosten en inburgering, en een maximum voor het aantal per maand. Dit biedt ons de mogelijkheid om bescherming te geven aan de mensen die dat echt nodig hebben. Er komen ook verschillen in reisdocumenten, sociale voorzieningen en integratievoorzieningen. We beperken de groep nareizigers die hierheen kan komen, bijvoorbeeld door het kerngezin beter af te bakenen. Asielzoekers die worden aangetroffen bij controles aan onze grenzen, moeten direct teruggestuurd kunnen worden naar Duitsland of België. Nederland zet zich in om hierover afspraken te maken met Duitsland en België.

Tijdelijke bescherming maakt plek voor wie hier echt mag blijven. We schaffen de asielvergunningen voor onbepaalde tijd af, hiermee worden asielvergunningen tijdelijk. Asielvergunningen voor vluchtelingen krijgen een duur van drie jaar, die voor zogenaamde subsidiair-beschermden één jaar. Na deze periode wordt de vergunning getoetst. Op deze manier is er ruimte voor mensen die hier echt mogen blijven en zijn we niet ruimer dan de landen om ons heen. Voor statushouders hebben gemeenten de vrijheid om te bepalen hoe huisvesting vormgegeven wordt, bijvoorbeeld door middel van een eigen huis, flexwoningen, een tussenvoorziening of een andere vorm van tijdelijke opvang.

Opvang voor kansarmen wordt versoberd. Om capaciteit te houden voor mensen die ons nodig hebben, worden de faciliteiten voor kansarme asielzoekers versoberd en locaties ingericht met een meer gesloten en sober regime. Hier worden asielaanvragen efficiënt en versneld afgehandeld.

We verkorten de procedure. Waar mogelijk worden termijnen ingekort en wordt direct ingezet op terugkeer. Kansrijke asielzoekers worden altijd gehoord. Het zogenaamd schriftelijk horen wordt voor hen afgeschaft. Herhaalde aanvragen worden ontmoedigd en zo efficiënt mogelijk afgedaan, ook om misbruik te voorkomen. Om het asielverhaal te toetsen mag de IND gebruik maken van gegevens uit mobiele telefoons. Hiervoor wordt de telefoon aan het begin van de asielprocedure uitgelezen.

Instroom naar beneden en asielzoekers evenwichtig verdelen over het land. De instroom moet omlaag. Dat staat voor de VVD voorop. Als er afspraken zijn gemaakt om dat voor elkaar te krijgen, vinden wij het ook eerlijk afspraken te maken over een evenwichtiger spreiding van asielopvang in Nederland. Want wij vinden niet dat een regio alles maar moet oplossen. Daarbij zijn voor ons tijdelijkheid, duidelijkheid over het maximumaantal te verdelen asielzoekers en financiële prikkels om gemeenten positief te stimuleren belangrijke elementen. Het voorliggende wetsvoorstel bevat deze elementen niet.

Aan het werk zonder hinderen terugkeer. De huidige regeling voor de maximale werkduur van asielzoekers blijft in stand, om te voorkomen dat asielzoekers rechten opbouwen waardoor ze niet meer kunnen worden afgewezen en uitgezet. Indien de huidige regeling door rechterlijke uitspraken moet worden aangepast, worden de juridische risico’s zo klein mogelijk gehouden.

We willen reële inwilligingspercentages en passen het landenbeleid aan. De inwilligingspercentages moeten meer in lijn worden gebracht met het Europees gemiddelde. De IND past minder snel het voordeel van de twijfel toe. Ook wordt het landenbeleid grondig herzien en aangescherpt. Net als in andere Europese landen wordt het landenbeleid niet meer openbaar gepubliceerd. En in veel meer gevallen werpt de IND een beschermingsalternatief tegen. Veel asielzoekers verbleven immers al lange tijd op een veilige plek, voordat ze naar Nederland kwamen. We passen de bewijslastverdeling aan, zodat het niet aan de IND is om te bewijzen dat iemand geen recht heeft om hier te blijven.

We gaan het stapelen van procedures tegen. We passen de rechtsbijstand aan, waarbij de rechtsbijstand voor (evident) kansarme zaken tot het minimale niveau wordt beperkt. We geven rechtsbijstand voortaan pas vanaf de beroepsfase.

We versterken de terugkeer. Asielzoekers die niet rechtmatig in Nederland verblijven moeten terugkeren naar hun land van herkomst. We gaan hierbij inzetten op intensieve begeleiding en een meldplicht. Indien iemand niet meewerkt mag over worden gegaan op bewaring op speciale locaties. Ook wordt de ongewenstverklaring aangepast, die vooral bedoeld is om iemand beschikbaar te houden voor vertrek. Daarnaast wordt op gezinslocaties onderwijs aan kinderen verzorgd in de taal van het thuisland. En tegen uitgeprocedeerde asielzoekers wordt een terugkeerbesluit uitgevaardigd dat in de hele EU geldt. Ook wordt financiering van opvang voor uitgeprocedeerde asielzoekers (de huidige landelijke vreemdelingenvoorziening) afgeschaft. Uitgeprocedeerde asielzoekers hebben alle procedures doorlopen en moeten vertrekken naar hun land van herkomst.

We pakken het ontduiken van de regels aan. Illegaal verblijf wordt strafbaar gesteld. Faciliteren van illegaal verblijf door gemeenten wordt verboden. In de aanpak van illegaliteit wordt prioriteit gegeven aan overlastgevers en criminelen. Liegen over identiteit of andere onderdelen van het asielrelaas krijgt strengere consequenties en zal sneller leiden tot afwijzing van de asielaanvraag. Waar nodig wordt hiervoor wetgeving aangepast. Nederland zal zich ook op Europees niveau inzetten om daartoe wetten aan te scherpen.

Overlastgevende asielzoekers worden aangepakt. Zij moeten sneller en vaker overgeplaatst worden naar een handhaving- en toezichtlocatie, met vrijheidsbeperkende maatregelen. We gaan ook onderzoeken of dit in een nieuwe vorm op de huidige opvanglocatie kan. We leggen gebiedsverboden op en ontzeggen toegang tot winkels of OV. We zetten in op snelrecht en effectiever straffen van overlastgevende asielzoekers. Er wordt harder opgetreden tegen geweld tegen LHBTIQ+’ers in opvanglocaties. Daders worden na een incident apart gezet, niet de slachtoffers. Tot slot gaat Nederland met omringende landen informatie uitwisselen over overlastgevend gedrag van individuele asielzoekers. Hierdoor kunnen asielzoekers die in een ander Europees land overlast hebben veroorzaakt, versneld door de procedure en in een sobere locatie worden opgevangen.

We versterken de migratieketen. Instanties als het COA en de IND hebben op dit moment te weinig capaciteit om hun taken goed uit te kunnen voeren en zich op de juiste zaken te kunnen richten. We gaan de huidige vorm van financiering herzien.

Duidelijke communicatie. Er wordt duidelijker en uitgebreider gecommuniceerd richting asielzoekers over maatregelen om de instroom te beperken, om te ontmoedigen dat asielzoekers via irreguliere routes naar Nederland komen.

Internationaal grip krijgen op asielmigratie

Niet alleen nationaal maar ook in internationaal en Europees verband moeten wij grip krijgen op asielmigratie. Hier zijn internationale afspraken voor nodig. Opvang in de regio moet het uitgangspunt zijn. Er worden meer migratiedeals gesloten en de buitengrenzen worden strenger bewaakt. Vluchtelingen komen hierheen op uitnodiging en niet via mensensmokkelaars. De Dublinafspraken moeten weer functioneren en doen waar ze voor bedoeld zijn.

We vangen op in de regio. We sluiten deals met landen om opvang in de regio te organiseren en irreguliere migratie te voorkomen. Als onderdeel van deze deals kunnen voorwaarden gesteld worden voor het ontvangen van ontwikkelingshulp, toegang tot de Europese markt, toegang tot de EU met visa, landingsrechten en het sluiten van handelsovereenkomsten of klimaat. Daarbij is samenwerking met EU-lidstaten van groot belang. Als een land meewerkt, staan daar gunstige handelsvoorwaarden of hulpgelden tegenover.

We pakken illegale migratieroutes aan. Illegale migratieroutes ondermijnen het migratiestelsel. Illegale mensensmokkel en –handel gaan we tegen. Iedereen die hier niet op legale wijze is gekomen, moet worden teruggestuurd naar het land van herkomst. Wanneer dit niet mogelijk is, naar een aantoonbaar doorreisland.

Rechtvaardiger asielsysteem. We willen in de toekomst dat, om regio’s met veel vluchtelingen te ontlasten, Europese landen vluchtelingen kunnen uitnodigen om (tijdelijk) hierheen te komen via hervestiging. Hiermee voldoet de EU dan aan haar humanitaire verplichting en komt het recht op een asielaanvraag op Europees grondgebied voor de betreffende nationaliteiten te vervallen. Zo vervalt de prikkel om een gevaarlijke reis naar Europa te maken. Dit leidt tot zowel een humaner als een effectiever asielsysteem.

We versterken de beveiliging van de buitengrenzen. De huidige inzet om de buitengrenzen van de EU te bewaken wordt voortgezet en uitgebreid. Hekken, drones en extra inzet van Frontex wordt niet geschuwd. Registratie en identificatie vinden voortaan aan de buitengrenzen van de EU plaats.

We hervormen het Europees asielbeleid. In de EU wordt er op dit moment gewerkt aan een gemeenschappelijk Europees asielstelsel. Om de instroom te beperken scherpen we dit pact zoveel mogelijk aan, bijvoorbeeld rond de screening van kansloze asielzoekers. We willen toewerken naar procedures aan de buitengrenzen van de EU.

We verruimen de mogelijkheden om mensen terug te sturen. Indien onbekend is via welke lidstaat de asielzoeker de EU (onrechtmatig) is binnengekomen, dan ligt de verantwoordelijkheid om de asielaanvraag te behandelen bij de lidstaat waar de asielzoeker doorheen is gereisd. Dit vraagt het toevoegen van een nieuw criterium in de Dublinverordening. We verruimen ook de mogelijkheid om mensen vanuit de EU terug te sturen naar derde landen.

We grijpen in als landen zich niet aan de afspraken houden. Wanneer andere EU-landen de Europese asielregels niet naleven, moet de Europese Commissie kunnen ingrijpen door hen te verplichten of sancties op te leggen.

We scherpen grensprocedures aan. Deze procedure wordt opgestart na aanhouding van een illegale grensoverschrijding of wanneer iemand opgepikt is op zee. We willen dat wie illegaal naar of door de EU reist de mogelijkheid tot een asielaanvraag in de EU verliest.

Mensensmokkelaars worden aangepakt. Mensensmokkelaars worden harder aangepakt en bestraft. De strafmaat voor mensensmokkel gaat omhoog en smokkelaars worden op sanctielijsten geplaatst. Ook organisaties die mensensmokkel faciliteren of hier indirect aan bijdragen kunnen worden aangepakt.

Het VN-vluchtelingenverdrag wordt gemoderniseerd. Het Vluchtelingenverdrag stamt inmiddels alweer uit 1951. Als het aan de VVD ligt wordt het verdrag gemoderniseerd naar de huidige tijd, zodat opvang in de regio het uitgangspunt wordt.

Hervestiging voor specifieke groepen. Het jaarlijks hervestigingsquotum blijft in eerste instantie op maximaal 500. Wanneer de irreguliere instroom naar Nederland door migratiedeals substantieel daalt, kan hervestiging als onderdeel van deze deals worden verhoogd. Hierbij kan speciale aandacht worden gegeven aan kwetsbare vluchtelingen of groepen met een hoge kans op integratie en participatie in de Nederlandse samenleving.

Grip krijgen in een crisis

Na 2015 was het voornemen nooit meer in een migratiecrisis terecht te komen. Het is een migratiecrisis als de instroom zo hoog is dat onze opvang en voorzieningen het niet meer aan kunnen. Er moeten crisismaatregelen voorbereid worden voor dergelijke situaties.

We voorkomen toekomstige crises met een migratiewet. Die migratiewet zorgt dat het kabinet bij een te hoge instroom van asiel- en/of arbeidsmigranten de bestuursrechtelijke verplichting krijgt zich in te spannen om de instroom te beperken.

Strengere controles aan zowel de eigen grenzen als een mini-Schengenzone. Wanneer het onhaalbaar blijkt om migratiedeals of opvangcentra aan de buitengrens van de EU op te zetten, zullen we over moeten gaan tot strengere controles aan de mini-Schengenzone of de eigen grenzen. Wanneer hier asielzoekers worden aangetroffen die elders in de EU binnen zijn gekomen, worden zij opgevangen in bewaakte locaties aan de grens en teruggestuurd naar veilige herkomst- of doorreislanden.

 ► Opschorting asielaanvragen in Nederland. Mocht het komen tot een overloop van asielzoekers in Nederland en alle overige maatregelen onvoldoende effect hebben, dan moet het mogelijk worden om asielaanvragen in Nederland tijdelijk op te schorten. Nederland zet zich er in de EU voor in dat een tijdelijke asielstop in crisissituaties juridisch mogelijk wordt.

Een opt-outclausule voor EU-afspraken op gebied van asiel en migratie. Als we onvoldoende resultaat zien wil de bij een volgende herziening van het verdrag Nederland net als Denemarken een opt-out voor afspraken op het gebied van asiel en migratie.

Grip krijgen op arbeidsmigratie

Het aantal arbeidsmigranten stijgt snel en vormt daarmee een van de grootste groepen migranten. Dat leidt tot een te hoge druk op voorzieningen en woningen. De vraag wie wij nodig hebben wordt in de huidige praktijk niet beantwoord. We hebben in de EU vrij verkeer, maar zeker met migranten van buiten de EU kunnen we kritischer zijn. Dit moet dus anders.

Kritischer kijken naar wie we nodig hebben. We moeten kritischer zijn welke arbeidsmigranten (van buiten de EU) onze samenleving wel kan gebruiken en welke niet. Voor sommige sectoren kan arbeidsmigratie nuttig blijven, terwijl we het bij andere sectoren moeten beperken. Met strengere eisen zorgen we ervoor dat we alleen de voor ons land noodzakelijke arbeidsmigranten naar Nederland laten komen. Als het aantal arbeidsmigranten dat hierheen komt de draagkracht van onze samenleving overstijgt, nemen we extra maatregelen.

De lusten en lasten eerlijk verdelen. Werkgevers hebben de verantwoordelijkheid om eerst binnen het onbenutte arbeidspotentieel in Nederland op zoek te gaan naar werknemers. Als ze uiteindelijk toch voor arbeidsmigranten moeten kiezen, worden ze sterker verantwoordelijk gemaakt voor het welzijn van arbeidsmigranten die zij naar Nederland halen. We moeten voorkomen dat de nadelen van arbeidsmigratie door de samenleving moeten worden opgevangen. Als een bedrijf in een sector waar veel arbeidsmigranten werken zich ergens wil vestigen, moet het eerst aantonen dat de voorzieningen in de gemeenschap de arbeidspopulatie kunnen dragen en dat het bedrijf hier zelf voor zorgt.

Meer grip door strengere eisen. We scherpen de eisen aan om als arbeidsmigrant naar Nederland te komen. We voeren strenge toetsen in waarmee hun toegevoegde waarde eerst moeten worden aangetoond. Bijvoorbeeld dat het gaat om werk dat voor Nederland belangrijk is, zoals in de energietransitie en de technieksector, en dat hiervoor geen Nederlandse arbeidskrachten kunnen worden gevonden.

Terugkeer arbeidsmigranten stimuleren. We voeren een apart stelsel van sociale zekerheid in voor arbeidsmigranten van buiten de EU. Zij vallen zo buiten het reguliere socialezekerheidsstelsel. De verzekering die zij door hier te werken opbouwen, kunnen ze meenemen naar hun land van herkomst om zo terugkeer aantrekkelijker te maken.

Misstanden aanpakken. Helaas schieten de arbeids- en leefomstandigheden in sommige sectoren nog te vaak ernstig tekort. Als deze sectoren hierin geen verbetering gaan laten zien, voeren we een uitzendverbod in. Arbeidsmigranten leven soms onder de radar. Dat leidt er toe dat fraude en misbruik onopgemerkt blijven. Daarom moeten we de registratie van arbeidsmigranten verbeteren.

Arbeidsmigranten sneller terugsturen. Wij en zij zijn erbij gebaat als ze terugkeren naar hun land van herkomst. Dak- en thuisloze arbeidsmigranten gaan we daarom helpen met hun duurzame terugkeer naar huis.

Malafide uitzendbureaus hard aanpakken. De afgelopen periode is begonnen aan het uitvoeren van de aanbevelingen van de Commissie Roemer. Daar gaan we mee door, met een focus op het aanpakken van malafide uitzendbureaus. Malafide uitzendondernemers en uitbuiters beginnen vaak telkens weer opnieuw om zo onder handhaving uit te komen. Daarom komt er een bestuursrechtelijk verbod voor malafide uitzendondernemers die herhaaldelijk zijn bestraft.

Schijnconstructies tegengaan. Via oneigenlijk gebruik van de zogenaamde ‘A1-route’ kunnen arbeidsmigranten van buiten de EU via Oost-Europa goedkoop naar Nederland gehaald worden. Zulke schijnconstructies willen we stoppen, want het is oneerlijke concurrentie op arbeidsvoorwaarden. Daarom gaan we veel strenger controleren. En we zullen in de EU bepleiten dat de regels worden aangescherpt.

Grip op studiemigratie

Internationale studenten, onderzoekers en samenwerkingen zijn van waarde voor het onderwijs, onderzoek en het bedrijfsleven. Er is een internationale strijd om talent gaande, waar Nederland een sterke positie in heeft. Daar willen we niet op inleveren. De huidige instroom is echter ongericht en te hoog. Meer grip op wie in Nederland komt studeren is nodig.

Grip op internationale studentenstromen. De huidige instroom is ongericht. Instellingen moeten daarom een numerus fixus kunnen opleggen op het aantal internationale studenten. We voorkomen het stapelen van studiefinanciering uit meerdere landen. Bij de inperking van de internationale instroom wordt rekening gehouden met regionale omstandigheden.

Internationale talentstrategie. Internationale studenten laten we toe waar dat een toevoeging is voor onderwijs, onderzoek, arbeidsmarkt of regio. Bacheloronderwijs is Nederlandstalig, tenzij Engelstalig onderwijs nodig is voor de arbeidsmarkt. In niet-tekortsectoren moeten onderwijsinstellingen terughoudend zijn met werven. We stimuleren briljante studenten om in Nederland te blijven. Internationale studenten die we toelaten krijgen een inspanningsverplichting om Nederlands te leren, zodat zij na hun studie vaker in Nederland gaan werken.

Een bijdrage vragen van buitenlandse studenten. Om de instroom te remmen komt er een ondergrens aan het instellingscollegegeld voor niet-EER-studenten. Tekortsectoren worden daarvan uitgezonderd. Omdat Europese studenten vaak aanspraak maken op studiefinanciering en weinig collegegeld betalen, maken we Europese afspraken om de kosten van internationalisering eerlijker te verdelen.

Inburgering en integratie

Door goed de taal te leren, onze vrije waarden te onderschrijven en te werken, kunnen nieuwkomers echt meedoen in onze samenleving.

Naturalisatie pas na tien jaar. Het Nederlanderschap is een groot goed. We verlengen de termijn om het Nederlanderschap te verkrijgen naar tien jaar en voor zogenaamde subsidiair- beschermden naar twaalf jaar. Om in de Nederlandse samenleving volwaardig mee te kunnen doen is het goed spreken van de Nederlandse taal onontbeerlijk. We verhogen het vereiste taalniveau voor naturalisatie naar B1.

Aan het werk gaan met startbanen. Het hebben van betaald werk wordt de norm voor nieuwkomers. Elke gemeente gaat startbanen aanbieden. Er komen sectorplannen voor tekortsectoren om statushouders voor deze banen op te leiden. Het gaat dan om sectoren als de zorg, de horeca en de bouw. We nemen onnodige drempels bij het erkennen van diploma’s weg.

Integreren door te werken. Statushouders krijgen voorrang ten opzichte van asielzoekers bij het verkrijgen van een BSN-nummer zodat ze sneller een rekening kunnen openen voor het ontvangen van salaris.

Integreren van jongs af aan. De VVD wil dat iedere gemeente er op toeziet dat jonge kinderen van inburgeraars standaard naar voor- en vroegschoolse educatie gaan om mogelijke onderwijs- en taalachterstanden te voorkomen en om jonge nieuwkomers een goede start te geven in onze samenleving.

Verdedigen van vrije waarden

Onze vrije democratische samenleving kan alleen functioneren wanneer we een grens trekken als vrijheden van de ander worden bedreigd.

Tegengaan ongewenste buitenlandse beïnvloeding en inmenging. Nederlanders met wortels in het buitenland moeten hun leven in Nederland zonder bemoeienis van hun land van herkomst kunnen leiden. Landen van herkomst moeten geen gelegenheid krijgen om stemgedrag te beïnvloeden. Daarom gaan we de eisen voor het organiseren van buitenlandse verkiezingen in Nederland aanscherpen. Ook gaan we ongewenste buitenlandse financiering van religieuze en andere maatschappelijke organisaties aanpakken. Er komt een wet die het mogelijk maakt om maatschappelijke en religieuze instellingen zoals moskeeën te verplichten transparant te zijn over hun giften en die giften te stoppen als er ondermijnend gedrag mee gefinancierd wordt. Verkend wordt of in die wet een verbod kan worden opgenomen op het meer dan 50 procent financieren van religieuze instellingen en scholen in Nederland door regimes die hoog scoren op “indicatoren voor onvrijheid”

Streng toezicht op informeel onderwijs en weekendscholen. De onderwijsinspectie moet kunnen ingrijpen bij informele onderwijsinstellingen die onderwijzen op een manier die botst met onze democratische rechtsstaat. Dit geldt ook voor vroegschoolse educatie. We werken met een aanpak waarbij we extra aandacht hebben voor informeel wahhabi-salafistisch onderwijs.

Wetgeving tegen versterkte gebedsoproep en weren van haatpredikers. Het versterkt aanbieden van gebedsoproepen in de openbare ruimte wordt beperkt. We weren haatpredikers naar Deens voorbeeld met een openbare zwarte lijst van haatpredikers binnen Europa. Ook gaan we werken met een gesloten lijst van haatpredikers van wie onze veiligheidsdiensten aangeven dat ze een risico kunnen vormen voor onze openbare orde en/of nationale veiligheid.

We voorkomen genitale verminking en uithuwelijking. Rechters moeten een uitreisverbod kunnen opleggen om te voorkomen dat meisjes in het buitenland worden besneden. We versterken de kennis van grenspersoneel op Schiphol om signalen van uitreis voor genitale verminking sneller te kunnen herkennen en te voorkomen. We borgen de expertise van het Landelijk Expertise Centrum Eergerelateerd Geweld van de politie.

Medeplichtigen bij ergerelateerd geweld zwaarder straffen. We verhogen de strafmaat voor medeplichtigen en verruimen de mogelijkheden om strafrechtelijk op te treden. Ook ontwikkelen we een integrale aanpak tegen femicide.

Meldplicht schadelijke praktijken in zorg en onderwijs. Een docent of zorgverlener mag, bij vermoedens/signalen van schadelijke praktijken zoals genitale verminking of eergerelateerd geweld, nooit zelfstandig beslissen dat hulp niet nodig is en moet verplicht advies inwinnen bij Veilig Thuis.

Verbod maagdenvlieshersteloperaties. We beschermen vrouwen door het invoeren van een strafbaarstelling voor het uitvoeren van maagdenvlieshersteloperaties.

De VVD wil Nederland veilig houden in een gevaarlijke wereld.

Het versterken van defensie

De Nederlandse krijgsmacht is er om ons en onze bondgenoten veilig te houden. Daarom willen we doorgaan met investeren in defensie, zodat Nederland de bijdrage kan leveren aan onze gezamenlijke verdediging die we in de NAVO hebben afgesproken, en de vrouwen en mannen die zich daar iedere dag keihard voor inzetten de juiste spullen hebben.

We bieden defensie zekerheid. We leggen wettelijk vast dat we 2% van ons bbp investeren in defensie. Dit om te voorkomen dat er direct op defensie bezuinigd wordt als de wereld iets veiliger lijkt, en we bij een volgend conflict in Europa eerst jarenlang onze krijgsmacht moeten opbouwen.

Gericht investeren. We verhogen de inzetbaarheid voor een grootschalige oorlog door te investeren in munitievoorraden, medische en logistieke ondersteuning en ICT. Daarnaast investeren we in de luchtverdediging, beveiliging van infrastructuur op zee, en de capaciteiten die de NAVO met prioriteit van ons vraagt, in het bijzonder tanks.

Nederland en bondgenoten veilig houden. De prioriteit voor investeringen en inzet is te voldoen aan onze NAVO-taken voor collectieve verdediging. De minimale resultaten voor jarenlange inzet in Afghanistan en Mali laten zien dat pogingen om ontwikkelingslanden naar onze wens op te bouwen vaak teleurstellend verlopen. Nederland blijft ook bijdragen aan de kernwapentaak van de NAVO.

 ► Voorbereid op een crisis met moderne diensttijd. We willen dat Defensie met alle jongeren contact legt door hen een enquête van defensie in te laten vullen, geïnspireerd op het Zweedse model. Het zorgt ervoor dat de huidige opkomstplicht in oorlogstijd meer gericht geactiveerd kan worden. Geschikte en gemotiveerde jongeren kunnen ook in vredestijd op vrijwillige basis direct een jaar in dienst.

Nationale veiligheid en grensbewaking. De vraag naar inzet in en rond Nederland groeit. Dat vraagt om investeringen in marechaussee voor beveiligingstaken en grenscontroles.

Versterken (digitale) slagkracht inlichtingendiensten. We versterken de (cyber)capaciteiten van onze inlichtingendiensten zodat zij sneller en makkelijker de informatie kunnen krijgen die ze nodig hebben om onze nationale veiligheid te beschermen tegen cyberaanvallen en andere (digitale) dreigingen.

Veilige cloud. Om onze defensiedata zo veilig mogelijk te houden, moet Nederland op een zo kort mogelijke termijn beschikken over een nationale cloud op Nederlandse bodem onder Nederlandse jurisdictie, die bij voorkeur wordt ontworpen en beheerd door Nederlandse bedrijven. Een zoveel mogelijk Nederlandse publiek-private crypto-organisatie is hiervoor belangrijk.

Actieve industriepolitiek. De defensiesectoren waar Nederland goed in is gaan we verder versterken. Daarom sluiten we voor het wapenexportbeleid aan bij Europese bondgenoten, bieden we defensiebedrijven die hier investeren zekerheid over langjarige afname, en ondersteunt Defensie startende innovatieve ondernemers. Samen met bondgenoten verhogen we de productiecapaciteit voor onder andere munitie, ook om Oekraïne te blijven bevoorraden.

Ruimte om te ontwikkelen. Defensie moet ruim baan krijgen om te groeien. Dat betekent dat Defensie ook meer fysieke en milieuruimte nodig heeft om bijvoorbeeld munitie op te slaan, te bouwen en te oefenen. In de nieuwe Nota Ruimte moeten de ruimtevragen van Defensie verankerd worden.

Sterke Europese NAVO-pijler, maar geen Europees leger. De NAVO is het fundament voor onze internationale veiligheid. Nederland zet verdere stappen om de versnippering van Europese legers tegen te gaan, bijvoorbeeld door bilateraal gezamenlijke eenheden op te richten die we aan de NAVO aanbieden of waar we de Noordzee mee beveiligen. De EU speelt een ondersteunende rol door militair transport te vergemakkelijken en wapenontwikkeling te stimuleren die voldoet aan door de NAVO opgestelde eisen voor interoperabiliteit.

Modern personeelsbeleid. We gaan door met het verbeteren en moderniseren van de arbeidsvoorwaarden. Om aan voldoende mensen te komen moet Defensie flexibeler worden als mensen tijdelijk buiten de krijgsmacht willen werken. Defensie moet ook meer schaalbaar zijn zodat we beter gebruik kunnen maken van reservisten en andere partijen.

We steunen veteranen. De veteranenzorg is over het algemeen goed geregeld, maar we leveren meer maatwerk voor de groep die nu tussen wal en schip valt of die extra kwetsbaar is, zoals een deel van de Uruzganveteranen. Er komt ook een permanente regeling om smartengeld voor veteranen altijd onbelast te laten zijn.

Ons veilig houden tegen internationale bedreigingen

We willen de vrijheid en veiligheid van Nederland beschermen door krachtig weerstand te bieden aan landen die de liberale wereldorde ondermijnen. Daarbij willen we Nederland ook voor grondstoffen en technologie minder afhankelijk maken van dergelijke landen.

Onafhankelijker van onbetrouwbare regimes. Via ons buitenlandbeleid en slimme industriepolitiek verminderen we de afhankelijkheid van landen als China en Rusland. Dat doen we door samen te werken met alternatieve leveranciers van grondstoffen en producten en door te investeren in onze defensie- en de eigen industrie in strategische sectoren. Ook beschermen we onze infrastructuur en technologie door naast de effectieve inzet van bestaande screeningsmechanismen in EU-verband te zorgen voor screening van investeringen in risicolanden.

Steun Oekraïne. We blijven ons inzetten voor wapenleveranties en financiële steun aan Oekraïne en een hardere aanpak van omzeiling van de sancties tegen Rusland. De militaire steun aan Oekraïne moet zo gebeuren dat ook het herstel en de versterking van de Nederlandse krijgsmacht worden gerealiseerd. We dragen bij aan de wederopbouw van Oekraïne, ook door te helpen met het tegengaan van corruptie en het versterken van instituties. Om sancties effectiever te maken willen we extraterritoriale werking invoeren en investeren in (Nederlandse) kennis om samen met bondgenoten omzeiling op te sporen.

Gerichte aanpak van landen die een bedreiging vormen. Om de invloed van agressieve landen in Nederland tegen te gaan, stappen we af van de fictie dat ieder land volgens een ‘landenneutrale aanpak’ recht heeft op een gelijke behandeling. Een versterkte Nationale Veiligheidsraad stelt een lijst op van landen die volgens de veiligheidsdiensten een bedreiging vormen. Vervolgens moet de overheid concrete maatregelen nemen zoals screening op spionagerisico bij kennismigratie, een verbod op het geven van militaire training en verplichte registratie van foreign influence agents. Dit vult de algemene strafbaarstelling van spionage aan.

Aanpak staatsterreur. Plaatsing op de EU-terreurlijst van aan staten gelieerde groepen die op grote schaal wandaden plegen, zoals Wagner en de Iraanse Revolutionaire Garde. We zetten ons ook in om ervoor te zorgen dat de kopstukken van Rusland en Iran verantwoordelijk worden gehouden voor hun misdrijven.

Diplomatieke posten voor Nederlandse belangen. Een reorganisatie van de ambassades en consulaten waarbij de prioriteit komt te liggen op (wederzijdse) economische belangen, migratiedeals en veiligheid.

Nederlanders in het buitenland. Voor Nederlanders in het buitenland maken we overheidsdiensten waar mogelijk digitaal toegankelijk, bij langdurig verblijf in het buitenland maken we het makkelijker het Nederlanderschap te behouden, en bij nieuwe wetten en regels houden we meer rekening met de gevolgen voor deze groep.

Nauwe samenwerking met gelijkgezinde landen. We versterken de EU maar slaan niet door in protectionisme. De VS blijven onze belangrijkste bondgenoot. Amerika en Aziatische democratieën zijn cruciale partners voor militaire samenwerking, handel, het instellen van sancties en het ontwikkelen van nieuwe technologieën.

Pragmatisme waar nodig. We werken realistisch samen met landen die wij nodig hebben voor bijvoorbeeld grondstoffen, migratieafspraken en veiligheid en die ons niet vijandig gezind zijn. Samenwerking rond handel en investeringen draagt ook meer bij aan de verspreiding van liberale waarden dan vermanende toespraken.

Ontwikkelingssamenwerking prioriteren. We gaan ontwikkelingsrelaties met derde landen onder een vergrootglas houden en indien nodig afbouwen. We kijken naar wat nodig is, niet naar vaste percentages. Er blijft geld beschikbaar voor noodhulp en opvang in de regio, maar we stoppen met goedbedoelde maar weinig effectieve projecten. Bij de toekenning van noodhulp komt meer nadruk op het voorkomen van migratiestromen.

Win-winsituaties. De VVD vindt dat Nederland haar ontwikkelingsgelden moet inzetten om win-winsituaties te creëren voor zowel Nederland als ontvangende landen. Dit betekent voor de VVD dat Nederlandse ontwikkelingsgelden vooral via Nederlandse bedrijven en kennisinstellingen naar ontwikkelingslanden moeten gaan.

Europese samenwerking opzoeken. Hiermee kunnen we meer impact maken dan alleen met Nederlandse initiatieven. Europese ontwikkelingsgelden en handelsakkoorden zullen worden ingezet in derde landen om de grondoorzaken van migratie naar Europa weg te nemen, onze toegang tot grondstoffen te verbeteren en om andere Europese geopolitieke belangen te behartigen.

Een sterk Europa

De Europese Unie is het middel om Nederlandse belangen te behartigen in een onveilige wereld met rivaliserende grootmachten. Daarom willen we haar geopolitieke slagkracht vergroten.

Inzetten op strategische soevereiniteit in EU-verband. We zetten in op een EU met een realistische blik op de bescherming van haar interne markt, vitale sectoren en kennispositie. Grote afhankelijkheden op het gebied van energie van landen als China en Rusland dienen vermeden en afgebouwd te worden, alle EU-lidstaten moeten zich hieraan committeren.

De economische macht van de EU inzetten. De EU is het grootste handelsblok ter wereld. We willen dat de EU vaker en effectiever haar rol op het geopolitieke toneel opeist om ons veilig te houden, door middel van sancties en het intrekken van handelsvoordelen.

Afschaffen veto buitenlandbeleid. We willen het vetorecht op buitenlandbeleid afschaffen. Met name voor sanctiebeleid is het de afgelopen jaren zichtbaar geworden dat de EU dankzij unanimiteitsbesluitvorming met veel moeite sanctiepakketten vorm heeft kunnen geven. Dit maakte de EU enerzijds kwetsbaar, en anderzijds een zwakkere geopolitieke speler.

Strikt en fair op uitbreiding. Hiermee behouden we de slagkracht van de EU. De Kopenhagen- criteria en de staat van de rechtsstaat zijn leidend bij de beslissing of een land lid mag worden. Ook moeten kandidaat-lidstaten hun visumbeleid en hun buitenlandbeleid in lijn met de EU brengen. De uitbreiding van de EU zal gepaard moeten gaan met hervormingen om slagvaardig en betaalbaar te blijven. Kandidaat-lidstaten, zoals Oekraïne, houden zicht op EU-lidmaatschap en worden beoordeeld op de geboekte resultaten.

Beschermen van rechtsstaten. Lidstaten die consequent hun rechtsstaat beschadigen, moeten hard gekort worden op EU-gelden. Sterke weerbare rechtsstaten zijn nodig om ongewilde invloeden van buitenaf te weerstaan en zijn essentieel voor een functionerende democratie. We mogen geen concessies doen op zaken als vrije media, onafhankelijke rechtspraak en de bescherming van minderheden.

 Een vuist tegen onvrijheid.

 Hoe houden we ons land fijn en veilig voor iedereen?

Nederland, het land waar we een democratische rechtsstaat en vrijheid kennen. Waar we vrijheid van meningsuiting en religie kennen. In die vrije samenleving heeft de georganiseerde misdaad zich genesteld. We zien criminele afrekeningen, explosies op winkels en huizen en rechtstreekse aanvallen op onze rechtsstaat met de moorden op de broer van een kroongetuige, advocaat Derk Wiersum en journalist Peter R. de Vries. Criminelen willen vaak maar één ding en dat is geld verdienen. Zij deinzen er niet voor terug om journalisten te bedreigen, advocaten te intimideren, onze jonge kinderen te ronselen en boerengezinnen onder druk te zetten om hun schuren af te staan voor het gebruik van drugslaboratoria.

We zullen de komende jaren doorgaan om Nederland voor iedereen veiliger te maken, want we kunnen zo niet verder. Daarvoor hebben we zowel preventie als repressie nodig. Het een kan niet zonder het ander. Steeds meer mensen worden slachtoffer van digitale criminaliteit. Dus zijn wij er niet alleen op straat, maar ook online. En moeten we over de volle breedte meer investeren in onze veiligheid. We gaan ook onze nationale veiligheid beter beschermen tegen de toenemende cyberdreiging vanuit vijandige regimes en criminele netwerken.

Juist nu hebben we mensen nodig die moed en passie hebben. De moed om bedreigingen van onze democratische rechtsstaat onder ogen te zien en de passie om onze vrije democratie voluit te verdedigen. Want wanneer wij een stap achteruit doen, zetten zij een stap vooruit. Daarom hebben we hebben een stevige politie nodig, die onder de meest erbarmelijke omstandigheden juist voor onze veiligheid staat. Een sterke brandweer die voor ons door het vuur gaat tijdens rampen en crises. Een krachtig Openbaar Ministerie dat strafbare feiten vervolgt en verdachten voor de rechter brengt. En een rechterlijke macht die voor onze fundamenten staat en deze kan verdedigen.

Wij staan aan de zijde van de slachtoffers en nabestaanden. Hun leed kunnen we niet ongedaan maken. Wel kunnen we hun belangen meer centraal zetten en zorgen dat hun positie binnen en buiten het strafrecht beter is geborgd. Ook moet het normaal zijn om met je gezin naar een voetbalwedstrijd te kunnen gaan, zonder zwaar vuurwerk of geweld in het vak naast je of buiten het stadion. En alles wat je op straat (niet) doet en duldt, moet ook online gaan gelden.

We moeten weer een land zijn waar het een vanzelfsprekendheid is dat iedereen veilig en vrij zichzelf kan zijn. Helaas is dat niet overal meer zo. Dat is onacceptabel. We grijpen keihard in bij discriminerende, antisemitische en racistische uitingen. Zodat iedereen, ongeacht religie of geaardheid, zich in ons land vrij en veilig voelt om zichzelf te zijn.

 De VVD wil een veilig Nederland voor iedereen.

Uitbreiden van de aanpak tegen de georganiseerde misdaad

Onze democratische rechtsstaat staat onder druk en daarmee onze manier van leven. De georganiseerde misdaad heeft zich in onze samenleving genesteld en tornt aan waar ons land voor staat. De aanpak hiervan is een strijd die wij moeten en kunnen winnen. De tijd van naïviteit ligt achter ons. Dit heeft onze hoogste prioriteit, maar vergt een lange adem. Dit gaan wij doen met preventie, verstoring van criminele verdienmodellen, straffen en beschermen.

Wij blijven investeren in een sterke politie. Onze mensen behoren tot de beste ter wereld. Dat willen we zo houden. We willen de Nationale Politie versterken met extra (digitale) wijkagenten, cyberexperts, (specialistische) (wijk)rechercheurs en (specialistische) vrijwilligers. We zorgen dat de politie het beste materieel heeft en passende arbeidsvoorwaarden, en uitgerust wordt met stroomstootwapens en bodycams. We versterken de mogelijkheden om als zij-instromer bij de politie te komen werken en om als vrijwilliger bij te dragen.

Werken onder nummer. Om hun veiligheid te garanderen kunnen politiemedewerkers die werken aan ondermijningszaken ervoor kiezen om te werken onder een nummer. Dit nummer is alleen herleidbaar voor een rechter.

We voorkomen dat jongeren afglijden naar de zware criminaliteit. Dat betekent dat we blijven inzetten op maatregelen en interventies die jongeren bewezen effectief uit de zware criminaliteit houden. We zetten daarbij in op wijkrecherche en jeugdboa’s. In kwetsbare wijken wordt meer ingezet op wijkrechtspraak. Het programma ‘Preventie met gezag’ wordt voortgezet. We bieden jongeren kansen om uit de criminaliteit te komen, maar treden hard op tegen beroepscriminelen.

Voorlichting over drugs(criminaliteit). Een effectieve preventieaanpak betekent ook dat de overheid drugsgebruikers wijst op hun eigen verantwoordelijkheid. Veel drugsgebruikers zijn zich er niet bewust van dat hun vraag een aanbod in stand houdt in een business die gerund wordt door meedogenloze criminelen. Hier is een actieve voorlichtingscampagne voor nodig, waarbij samengewerkt zal moeten worden met maatschappelijke partners en werkgevers.

Slopen van criminele verdienmodellen. De afgelopen jaren heeft baanbrekend werk van onze recherche ervoor gezorgd dat we beter weten hoe we criminelen kunnen raken. Door intensiever samen te werken met andere landen en ondergronds bankieren en loyaliteitsbetalingen aan te pakken, raken we criminelen in hun portemonnee. Het criminele geld dat we ophalen geven we weer terug aan de samenleving.

Aanpak logistieke knooppunten. We gaan door met de investeringen in grote en kleine zeehavens en vliegvelden en betrekken het bedrijfsleven hier intensief bij. Als het nodig is, zullen we vaker gebruik maken van de inzet van camera’s en meer gegevensuitwisseling. Om mensen werkzaam in kwetsbare sectoren weerbaarder te maken worden meer drugscursussen op werk gegeven en is er een zero tolerancebeleid op werkplekken die gevoelig zijn voor corruptie.

Internationaal offensief. We gaan intensiever samenwerken binnen Europa, met landen in Zuid-Amerika waar drugs vandaan komt en met landen als de Emiraten, Turkije en Marokko waar geld wordt witgewassen. We bevorderen de inzet van politieliaisons op ambassades.

Verzwaren van de straffen voor grote criminelen. Er komen in beperkte gevallen minimumstraffen voor zware misdrijven. Ook de maximumstraffen voor zware drugsgerelateerde delicten worden fors verhoogd. Daarnaast wordt de verjaringstermijn bij de tenuitvoerlegging van straffen afgeschaft. Er komt ook een verhoging van maximale straffen in het adolescentenrecht. Ook bij andere straffen kijken we of deze nog afschrikwekkend genoeg zijn.

Alle uithalers moeten worden gestraft. Uithalers worden beschouwd als onderdeel van een crimineel netwerk. De uithalerswet is al aangepast maar wordt verder versterkt, zodat alle uithalers van tevoren weten dat ze forse celstraffen zullen krijgen.

Versteviging stelsel bewaken en beveiligen. De mensen die bij Politie, het OM, de NCTV en Defensie werken in het stelsel bewaken en beveiligen verdienen onze waardering. De persoonsbeveiligers houden met gevaar voor hun eigen leven de hoeders van onze rechtsstaat veilig. Dankzij hen kan onze rechtsstaat blijven functioneren. De transitie die het kabinet heeft ingezet om het stelsel fundamenteel te vernieuwen naar aanleiding van de aanbevelingen van de OVV zetten we voort, alsmede de stappen die het kabinet daarnaast extra heeft ingezet. We investeren extra in capaciteit, zodat de organisaties in het stelsel bewaken en beveiligen voldoende mensen en middelen krijgen om hun taken uit te voeren. We zorgen voor stabiele financiering. Daarnaast zetten we de te beveiligen persoon meer centraal en verbeteren de informatiedeling. Het bewaken en beveiligen van de hoeders van onze democratische rechtsstaat blijft topprioriteit.

Verbetering en verbreding van de kroongetuigenregeling. Een verbeterde kroongetuigenregeling is een belangrijk instrument in de strijd tegen criminele kopstukken. We verbreden de regeling zodat het OM meer mogelijkheden heeft om grote vissen te vangen.

We zetten in op voldoende forensische ondersteuning van de opsporing. Hierdoor kan het onderzoek naar aard en oorzaak van letsel en overlijden in strafzaken worden verbeterd.

Meer ANPR-camera’s in grensregio’s. Veel drugs gaan de grens over via kleine landweggetjes in de grensregio. De politie heeft met schaarste te kampen en de inzet van camera’s die kentekens in de gaten kunnen houden zou deze krapte op kunnen vangen en daarnaast breder inzicht geven in wie onze grenzen overgaan. Gegevens van ANPR-camera’s mogen vaker worden gebruikt door de politie in de aanpak tegen de georganiseerde misdaad. Dit is ook van meerwaarde om mensenhandel en irreguliere migratie tegen te gaan.

Informatiedeling in het kader van veiligheid verbeteren. Wanneer privacywetgeving in de weg staat bij het verbeteren van de veiligheid van burgers, moeten we dat oplossen. De mogelijkheden voor publieke organisaties (zoals sociaal domein, zorg en veiligheid bij gemeenten), private partijen en samenwerkingsverbanden om onderling relevante informatie uit te wisselen om georganiseerde criminaliteit tegen te gaan of fraude te voorkomen worden verbeterd.

Toepassing van HALT-straffen ook voor jongeren onder de twaalf jaar. HALT krijgt meer mogelijkheden om informatie, zoals onderwijsdossiers, in te zien.

We bevorderen ouderparticipatie bij het doorbreken van crimineel gedrag van hun kinderen. Ouders die hardnekkig weigeren te participeren krijgen een bestuurlijke boete. Preventie krijgt een sterke rol om dit te voorkomen.

We verhogen de maximale straffen in het jeugdstrafrecht. Ook passen we vaker het volwassenenstrafrecht toe bij 16- en 17-jarigen die zeer ernstige gewelds- en zedenmisdrijven plegen. We voeren ook een verplichte zogenaamde SCIL-test in bij jongeren die hun eerste delict plegen. Hierdoor worden jongeren met een licht verstandelijke beperking sneller herkend, zodat we gerichte maatregelen kunnen treffen om recidive te voorkomen. Geharde jeugdigen die een prominente rol hebben in een crimineel netwerk kunnen in een regime voor volwassenen worden geplaatst om zo beter toezicht te kunnen uitoefenen.

Aanscherpingen in het gevangeniswezen voor geharde criminelen

Dankzij het uitstekende werk van de Politie en OM zitten steeds meer zware criminelen in detentie hun straf uit. Het is essentieel voor de veiligheid van het gevangenispersoneel en de samenleving dat criminele kopstukken geen mogelijkheden hebben om hun criminele netwerken vanuit detentie voort te zetten.

Een gevangeniswezen waar het tegengaan van crimineel handelen in detentie topprioriteit wordt. Maximale beperking van contact met de buitenwereld wordt het wettelijk uitgangspunt voor het gevangenisregime van een Extra Beveiligde Inrichting. Ook voor de Afdeling Intensief Toezicht wordt het contact met de buitenwereld fors beperkt. Het contact tussen een gedetineerde en een advocaat in een Afdeling Intensief Toezicht of Extra Beveiligde Inrichting wordt beperkt. Het aantal toegestane advocaten wordt beperkt tot maximaal twee. De grens van het geprivilegieerd bezoek wordt daarbij in acht genomen, tenzij sprake is van ernstig gevaar voor betrokkenen of derden. Er worden zo snel mogelijk hoogbeveiligde en/of EBI- waardige cellen gerealiseerd of gecreëerd.

Gevangenen die uit proberen te breken strenger aanpakken. De Dienst Vervoer & Ondersteuning krijgt een grotere rol bij het beveiligen van de samenleving. Ook wordt ontsnappen uit de gevangenis als een zelfstandig feit strafbaar gesteld, net als het doorknippen van een enkelband.

 ► Aanwezigheid bij zittingen via videoverbinding. Dit wordt het wettelijk uitgangspunt voor gedetineerden in een verzwaard gevangenisregime. Hierdoor worden de kosten van vervoer van gedetineerden beperkt en de openbare veiligheid vergroot.

De beveiliging van de samenleving wordt toegevoegd als wettelijke doelstelling van detentie. Resocialisatie is voor een deel van de gevangenispopulatie een mooi uitgangspunt, maar voor een ander deel niet, zoals criminele kopstukken.

Financiële transacties tussen de buitenwereld naar gedetineerden worden beperkt. Er is geen enkele reden om binnen detentie over grote geldbedragen te beschikken of geld te ontvangen en te verzenden van en naar verschillende bankrekeningen. Ook worden grote betalingen aan advocaten in cash verder aan banden gelegd. We voeren betere veiligheidsonderzoeken in voor gevangenismedewerkers die gevoelige functies uitoefenen.

We sluiten geen penitentiaire inrichtingen en ook geen jeugdinrichtingen. Het is essentieel om genoeg cellen te hebben in plaats van een tekort aan cellen.

Uitbreiding van de mogelijkheden gegevens te delen in het gevangeniswezen. Het wordt eenvoudiger en voorzien van een betere wettelijke grondslag, om sneller informatie te delen tussen de opsporing, het gevangeniswezen en de tbs. We maken het ook makkelijker gegevens uit te wisselen tussen de forensische- en niet-forensische zorg.

Het beveiligingsniveau van jeugdinrichtingen wordt verhoogd. Ook krijgen jeugdinrichtingen een Bureau Inlichtingen en Veiligheid.

We bestendigen zorgconferenties voor tbs-gestelden. Deze vergaderingen waarbij professionals nadenken over hoe om te gaan met langdurige tbs’ers hebben hun waarde bewezen en worden daarom voorzien van een wettelijke grondslag.

Meer aandacht voor de slachtoffers

Slachtoffers en nabestaanden hebben al genoeg doorstaan en zij hebben recht op steun en betrokkenheid van de overheid.

Slachtoffers krijgen een grotere rol bij gratieverlening. Nabestaanden die er nooit rekening mee hebben hoeven houden dat moordenaars vrij zouden komen, (voor 2016) krijgen een sterkere stem bij de vraag of een levenslanggestrafte in aanmerking moet komen voor gratie. Daarnaast krijgen slachtoffers en nabestaanden ook een grotere stem bij de uiteindelijke beslissing tot verlenen van gratie. Hierbij houden we rekening met misbruik hiervan door criminelen.

We gaan naar een rechtvaardiger stelsel voor compensatie van slachtoffers. Nog te vaak blijven slachtoffers met lege handen achter, omdat hun vorderingen te complex voor een strafzaak zijn of omdat de dader geen geld heeft om te betalen. Daarom voeren we verzekerd slachtofferrecht in. Hierdoor kunnen slachtoffers sneller verzekeraars aanspreken. Ook krijgt het Schadefonds Geweldsmisdrijven een grotere rol aan de voorkant, zodat slachtoffers op eenvoudige, snelle en laagdrempelige manier compensatie kunnen krijgen. De Wet affectieschade wordt aangepast zodat broers en zussen ook aanspraak kunnen maken op affectieschade.

Zelfstandig gebiedsverbod ter bescherming van slachtoffers en nabestaanden. Slachtoffers en nabestaanden van ernstige gewelds-, levens-, of zedendelicten zouden nooit in angst voor confrontatie moeten leven. Dus ook niet wanneer een dader na zijn straf weer op vrije voeten komt. Daarom wordt het verboden dat diegene in zijn oude woonplaats kan gaan wonen of verblijven.

Mogelijkheden om cold cases op te lossen worden uitgebreid. Door de inzet van (internationale) genealogische databanken kunnen veel slachtoffers en nabestaanden duidelijkheid krijgen. Ook zorgen we dat gegevens langer bewaard kunnen worden.

Er komt meer aandacht voor de opsporing en vervolging van zedendelicten en communicatie richting slachtoffers. Er wordt nauwer samengewerkt met (internationale) diensten om (netwerken van) online kinderlokken, zedencriminaliteit, kinderporno en seksueel geweld aan te pakken. Er wordt daarbij geïnvesteerd in de zedenpolitie en in slimme innovatieve oplossingen, waarbij slachtoffercoördinatoren van het OM, slachtoffers eerder en vollediger voorzien van informatie over de strafzaak. De nieuwe Wet seksuele misdrijven doet meer recht aan slachtoffers.

We passen het erfrecht aan om slachtoffers beter te beschermen. Een moordenaar moet niet meer kunnen erven van degene die hij om het leven heeft gebracht en niet financieel kunnen profiteren van een moord. De bescherming van slachtoffers en nabestaanden moet daarom beter in het erfrecht worden geregeld.

We verlagen de bewijslast bij de herziening van het delict mensenhandel. Hierdoor krijgen we meer daders veroordeeld. Ook komt er een aangifteplicht voor iedereen (behalve slachtoffers en hulpverleners) die kennis heeft over het plegen van mensenhandel.

Beschermen van de democratische rechtsstaat

De NCTV waarschuwt in het laatste dreigingsbeeld dat er steeds meer signalen zijn dat jihadistische organisaties voorbereidingen treffen om in Europa terroristische aanslagen te plegen. Ook is een terroristische aanslag vanuit rechts-extremistische of anti-institutionele groepen voorstelbaar. Dit moeten we als land niet willen en het tegengaan hiervan verdient prioriteit.

Investeren in een sterke rechtsstaat. We investeren in het OM en de rechtspraak. We willen daarnaast een meerurenbonus voor alle medewerkers in de rechtspraak en OM die bereid zijn extra uren te werken.

We zetten in op het vaker inzetten van (super)snelrecht. Om de doorlooptijden in de strafrechtketen te verbeteren, onderzoeken we daarnaast of lichte strafbare feiten zoals zwartrijden of het schenden van de identificatieplicht, overgeheveld kunnen worden naar het bestuursrecht. Als bij meer lichte strafbare feiten een lik-op-stukbenadering wordt gehanteerd, ontlast dat de strafrechtketen en kan meer capaciteit worden vrijgemaakt voor de vervolging van zwaardere delicten.

Proces- en vonnisafspraken krijgen wettelijk kader. Dit doen wij zodat het OM meer ruimte krijgt om afspraken met een verdachte te maken. Daarbij houden we oog voor de positie van het slachtoffer.

Verhoging strafmaat deelname aan terroristische organisatie. De definitie voor deelname aan een terroristische organisatie wordt verruimd en de strafmaat wordt gelijkgetrokken aan die van medeplichtigheid moord. Bij een veroordeling kan ook het Nederlanderschap worden ontnomen. Ook komen er minimumstraffen voor terroristische misdrijven en oorlogsmisdrijven.

Opsporing en vervolging van radicalisering en terrorisme wordt vergroot. Er komt een Europese zwarte lijst met extremistische predikers die Europa niet in mogen. Hiervoor wordt ook extra geïnvesteerd in de Marechaussee om de grenzen beter te bewaken en (inter)nationaal sterker op te kunnen treden. We pakken uitingsdelicten door extremistische haatpredikers aan. De Wet langdurig toezicht wordt vaker toegepast voor jihadisten die vrijkomen uit detentie zodat zij indien nodig levenslang in de gaten worden houden. En we werken toe naar een (vorm van) tbs voor geradicaliseerde jihadisten.

Lokale berechting van Syriëgangers. Er blijft worden ingezet op lokale berechting en indien dit niet mogelijk is wordt er ingezet op digitale middelen, bijvoorbeeld zittingsdagen via videoverbinding. Dit geldt zowel voor slachtoffers als daders.

Terugkeerders in Nederland maximaal volgen. Uitreizigers die onverhoopt toch naar Nederland teruggekomen zijn of vanwege een rechtszaak, na kritische afweging, toch teruggehaald zijn, worden maximaal ontregeld en onder toezicht gehouden. Er komen meer mogelijkheden om gegevens uit te wisselen over IS-uitreizigers die zijn teruggekeerd in Nederland. We zetten alles in het werk om ze in Nederland te kunnen volgen.

Online voedingsbodem aanpakken. We leggen die algoritmen aan banden, die op socialemedia platformen voorrang geven aan extremistische en polariserende content om de razendsnelle online verspreiding van haat, extremisme en verdeeldheid in onze fysieke wereld tegen te gaan en onze democratische rechtsstaat beter te beschermen.

Kinderen beter beschermen. We werken de aanbevelingen van het Expertteam Ouderverstoting verder uit, zodat het vaststellen van een sanctie snel kan plaatsvinden en uitvoering daarvan plaatsvindt door agenten die hier goed op zijn voorbereid. We voorkomen kinderontvoering. Door betere signalering te ontwikkelen zorgen we een kind niet zomaar buiten de Nederlandse grens kan worden meegenomen, terwijl vaak al meldingen van mogelijke ontvoering gedaan zijn.

Veiligheid in de wijk verbeteren

Alle Nederlanders moeten veilig kunnen leven in hun eigen buurt of wijk. We versterken de politie en zorgen dat het veilig blijft op straat.

Meer zichtbaarheid op straat door wijkagenten en boa’s. Meer zichtbaarheid van wijkagenten en boa’s die surveilleren, moet verloedering op straat en in wijken tegengaan. We voeren waar nodig wijkbureaus of contactpunten weer in en zorgen voor meer zichtbaarheid in de wijken. De bevoegdheden van (groene) boa’s worden uitgebreid zodat ze ook boetes kunnen opleggen voor overtredingen buiten hun specifieke werkterrein. Er komen meer mogelijkheden voor bepaalde boa’s om zich tijdens het handhaven van de openbare orde te verdedigen tegen agressie en geweld. We ontlasten de politie bij de omgang met verwarde personen.

Betere communicatiemiddelen voor de politie. Het systeem C2000 willen we vervangen door een betrouwbaar nieuw systeem. In de tussentijd zetten we meer mobiele palen neer om haperingen op te vangen, die minder hinder ondervinden van zonnepanelen en betrouwbaar zijn.

Opnemen van zwaar vuurwerk (vuurwerkcategorie F4) onder de Wet wapens en munitie. Te vaak wordt onze politie geconfronteerd met het gebruik van zwaar vuurwerk (bijvoorbeeld cobra’s) of wordt zwaar vuurwerk gebruikt om plofkraken of explosies te veroorzaken. Dit type vuurwerk hoort daarom wat ons betreft in de categorie wapens.

Voetbalhooligans aanpakken. Organisatoren van voetbalwedstrijden dienen net zoals die van grote evenementen, een vergunning bij de gemeente aan te vragen. Iemand met een stadionverbod krijgt voortaan ook standaard een gebiedsverbod met (digitale) meldplicht. Daarnaast wordt het bezit van illegaal vuurwerk tijdens een voetbalwedstrijd optimaal bestraft met een verdubbeling van de strafeis. En voetbalclubs wier supporters zich schuldig maken aan spreekkoren krijgen niet alleen een boete van de KNVB, maar voor deze individuen wordt ook het strafrecht ingezet. Disproportionele politie-inzet willen we zoveel mogelijk voorkomen. De primaire verantwoordelijkheid ligt bij de club zelf.

Taakstrafverbod voor geweld tegen hulpverleners. Hulpverleners zetten zich dag en nacht in om ons veilig te houden. Het is onacceptabel dat zij met geweld te maken krijgen. Daarom komt er een uitbreiding van het taakstrafverbod geweld tegen politie, hulpverleners en anderen met een publieke taak.

Drugs. We wachten de resultaten van de experimenten gesloten coffeeshopketen af, voordat we een definitief besluit nemen over het vervolg hiervan.

Brandweervrijwilligers blijven van grote waarde. Brandweervrijwilligers en hun inzet liggen onder vuur waardoor brandweerteams niet meer deels uit vrijwilligers kunnen bestaan. Wij zullen ons maximaal inzetten om de huidige vrijwilligers te behouden en nieuwe te werven. Want de brandweer en zeker ook haar vrijwilligers, zijn van grote waarde bij de bestrijding van rampen en crises.

Neutraliteit in functie. Politieambtenaren die in dagelijks contact staan met publiek dienen in het kader van secularisme een neutrale uitstraling te hebben, zonder uitingen die hier afbreuk aan kunnen doen, zoals door het zichtbaar tonen van geloofs- of levensovertuigingen. Dit geldt ook voor buitengewoon opsporingsambtenaren.

De veiligheid online beschermen

Onze digitale veiligheid is randvoorwaardelijk voor onze fysieke veiligheid. Dit vraagt om het versterken van onze digitale muren om onze nationale veiligheid zo goed mogelijk te kunnen beschermen tegen digitale dreigingen.

Beschermen nationale veiligheid tegen digitale uitval. Vanwege de toenemende cyberdreiging vanuit landen als Rusland en China, bereidt de overheid scenario’s voor voor het geval van grootschalige cyberaanvallen of -storingen. De overheid gaat sneller en meer dreigingsinformatie delen met (vitale) bedrijven. Hierbij verwelkomen we de hulp van ethische hackers binnen bestaande juridische kaders. Daarnaast gaan we vaker oefenen op digitale uitval en moeten vitale aanbieders beschikken over zo veel mogelijk terugvalopties zodat kritieke processen zoals betalingsverkeer, drinkwater en energie niet stilvallen bij uitval.

De economie digitaal veiliger en weerbaarder maken. We gaan ongewenste strategische afhankelijkheden van onvrije landen afbouwen. We versterken onze economische veiligheid door vitale sectoren en strategische sectoren beter te beschermen tegen digitale spionage en sabotage door onder andere strenger te toetsen op buitenlandse investeringen, overnames en fusies. Ook werken we aan een Nationaal Actieplan Quantum om onze economie en maatschappij voor te bereiden op de veiligheidsrisico’s van quantumtechnologie zodat veilige digitale communicatie ook in de toekomst mogelijk blijft.

Weren vijandige digitale apparatuur. Digitale apparatuur zoals douanescanners in onze mainports en camera’s die worden gebruikt in overheids- en andere kernen van onze kritieke economische processen mogen niet meer afkomstig zijn uit landen met een offensieve cyberagenda (dreigingslanden). In het kader van onze nationale veiligheid scherpen we aanbestedingsregels aan om deze producten te kunnen weren en om digitale spionage en sabotage tegen te gaan.

Online aangejaagde ordeverstoring wordt aangepakt. Wat op straat geldt dient ook online te gelden. Dezelfde normen en straffen gaan ook voor de onlinewereld op.

Cybercriminelen zwaarder straffen. We brengen de huidige straffen op cybercriminaliteit meer in lijn met de huidige omvang en maatschappelijke impact van cybercrime door de maximale straffen op cybercriminaliteit te verhogen van vier jaar naar acht jaar.

Veilig en weerbaar in de digitale wereld. We maken mensen weerbaarder tegen bestaande en nieuwe vormen van digitale criminaliteit zoals vriend-in-noodfraude, phishing en spoofing. Hierbij hebben we extra aandacht voor het beschermen van kinderen tegen online misbruik. Nieuwe vormen van digitale oplichting en fraude met behulp van kunstmatige intelligentie gaan we actief tegen door digitale vaardigheden en kennis te versterken en door te werken aan transparantie en veiligheidswaarborgen voor kunstmatige intelligentie. Het watermerken van materiaal dat is gegenereerd met behulp van kunstmatige intelligentie, wordt de norm.

Vrijheid en veiligheid om jezelf te zijn

Elke vorm van discriminatie is onacceptabel en hoort niet thuis in ons land. In Nederland moet iedereen overal zichzelf kunnen zijn. We gaan de komende jaren hard optreden tegen uitingen van onvrijheid en intolerantie.

We treden streng op tegen iedere vorm van discriminatie en racisme. We beoordelen mensen op basis van wat ze kunnen en niet op basis van hun afkomst, geslacht, kleur, ras, leeftijd, geloof, seksuele geaardheid of beperking. We treden daadkrachtig op tegen mensen die zich hier wel schuldig aan maken, zowel op straat als online. Want wat op straat niet mag, mag online ook niet.

Verbodop‘homogenezing’.Erkomteenwettelijkverbodopzogenaamdeconversiehandelingen om iemand zijn seksuele geaardheid/gerichtheid te veranderen.

Zwaarder straffen hate crimes. Geweld met discriminerende motieven gaan we harder aanpakken. Zwaardere straffen zijn nodig om een belangrijk signaal af te geven aan onze samenleving. We accepteren hate crimes in onze samenleving nooit.

Geen plek voor organisaties die haatzaaien of discrimineren. Organisaties die discrimineren of haatzaaien zoals tegen LHBTIQ+’ers, joden of moslims horen niet in onze samenleving. We stoppen overheidssubsidies van organisaties in binnen- en buitenland die zich hier schuldig aan maken.

Een veilige sportwereld voor iedereen. Discriminatie, racisme en antisemitisme horen niet thuis in Nederland en dus ook niet in onze voetbalstadions en sporthallen. Iedereen moet vrij en veilig kunnen sporten. Uitingen van antisemitisme, homofobie en racisme pakken we keihard aan met zerotolerancebeleid

Versterken aanpak antisemitisme. We versterken de nationale aanpak antisemitisme en de positie van de nationaal coördinator om de Joodse gemeenschap niet alleen een geschiedenis, maar ook een toekomst te geven in ons land. Het ontkennen of bagatelliseren van de Holocaust vormt een wezenlijk onderdeel van hedendaags antisemitisme en hoort dan ook niet thuis in onze samenleving.

 ► Meer gerichte aandacht voor acceptatie van LHBTIQ+’ers. We gaan de acceptatie van LHBTIQ+’ers in conservatiefreligieuze gemeenschappen versterken door meer samen te werken met organisaties als Alliantie Verandering van Binnenuit en Alliantie Jong Gelijk. De acceptatie van LHBTIQ+’ers op scholen stimuleren we door landelijke initiatieven, zoals paarse vrijdag te ondersteunen.

Ieder gezin telt mee. We werken aan wettelijke regelingen voor meerouderschap, gezag en draagmoederschap in lijn met de adviezen van de Staatscommissie Herijking ouderschap en het recente wetsvoorstel Kind, draagmoederschap en afstamming. Daarnaast onderzoeken we hoe zorg voor mensen met een kinderwens, ongeacht relatievorm, verbeterd kan worden.

Beschermen kwetsbare kinderen. We verkennen de juridische mogelijkheden om medisch niet-noodzakelijke ingrepen bij intersekse kinderen zonder hun eigen toestemming in de toekomst te voorkomen.

Bevrijdingsdag wordt een vrije dag voor iedereen. Omdat iedereen de vrijheid moet kunnen vieren wordt 5 mei een vrije dag. We zetten ons daarnaast in om bevrijdingsfestivals te behouden.

 Nederlands talent.

 Hoe zorgen we dat onze talenten maximaal worden benut?

Ieder kind heeft recht op het beste onderwijs. Op school leggen kinderen de basis voor hun toekomst. Ze leren er taal en rekenen, maar ook normen, waarden en digitale vaardigheden. Dat alles staat of valt bij goede leraren. Iedereen herinnert zich die ene goede leraar, die ervoor zorgde dat je jezelf kon zijn en dat je iets opeens wel begreep. Leraren, schoolleiders en alle andere mensen die op scholen werken, maken elke dag het verschil voor leerlingen.

Tegelijkertijd staat de onderwijskwaliteit onder druk. Het oplossen van het tekort aan goed onderwijspersoneel heeft daarom de hoogste prioriteit, maar er is meer werk aan de winkel. Het curriculum is overvol, te veel kinderen beheersen taal en rekenen onvoldoende en sommige kinderen voelen zich onveilig op school.

Het onderwijs heeft een overheid nodig die actief richting geeft. Een overheid die naast leraren staat en doet wat nodig is om voldoende goede leraren voor de klas te krijgen. Een overheid die zorgt dat ieder kind goed kan lezen en rekenen. Een overheid die maatregelen neemt zodat ieder kind zich vrij en veilig kan voelen op school.

Alleen wanneer het onderwijs op orde is, kunnen we de uitdagingen van de toekomst aan. Daarvoor is iedereen nodig, van mbo tot universiteit. We gaan daarom meer mensen opleiden voor een beroep in tekortsectoren, zorgen ervoor dat het makkelijker wordt om werk en opleiding te combineren en maken het eenvoudiger om een leven lang te leren.

Ons vervolgonderwijs is van wereldklasse. Het mbo en hbo zijn de banenmotor van Nederland en onze universiteiten leveren topwetenschap. We zorgen dat beroepsonderwijs en bedrijfsleven nog beter samenwerken en dat ons wetenschappelijk onderzoek een bijdrage levert aan maatschappelijke uitdagingen en het versterken van onze economie. Ook beschermen we onze wetenschap tegen onvrije regimes.

De vrije waarden die ieder kind meekrijgt op school, verdedigen we ook in de media. We zorgen dat journalisten veilig hun werk kunnen doen en staan voor een onafhankelijke media. We dragen cultuur een warm hart toe en zorgen ervoor dat zoveel mogelijk mensen kunnen meedoen met, en genieten van cultuur. Dat is niet meer dan logisch, want in Nederland hebben we cultuur van wereldklasse.

De VVD wil het beste onderwijs voor iedereen. Daarvoor is een overheid nodig die moeilijke beslissingen durft te nemen. Een overheid nodig die zich ermee bemoeit.

 De VVD wil het beste onderwijs.

De beste leraren

Leraren zijn vakmensen. Een bevlogen en deskundige leraar maakt het verschil voor kinderen. Ieder kind verdient zo’n leraar. We maken het leraarschap aantrekkelijker en zetten leraren en schoolleiders in hun kracht: zij zorgen voor het beste onderwijs.

We steunen leraren. Leraren weten het beste hoe hun vak eruit moet zien. Als het gaat over de inrichting van het onderwijs, de lerarenopleiding en een professionele werkomgeving, staat de autonomie en medezeggenschap van leraren voor ons centraal. Beslissingen over geld moeten dicht bij de werkvloer genomen worden.

We willen dat er voldoende leraren en schoolleiders zijn. Daarom verbeteren we de arbeidsvoorwaarden en komt er een meerurenbonus. We zetten in op het aanspreken van de stille reserve, uitbreiding van uren, verminderen van uitval en het ondersteunen van overstappers uit andere beroepen en mensen die willen bijdragen. Scholen werken hiervoor verplicht regionaal samen. Er komen meer universitair geschoolde leraren, onder andere door deze leraren in hogere salarisschalen in te laten stromen.

Leraar zijn is een vak. Daarbij horen goede arbeidsvoorwaarden, een goede opleiding, intensieve begeleiding voor startende leraren en in de basis arbeidscontracten van minimaal vier dagen per week. Daarom stimuleren we contractuitbreiding en beperken we externe inhuur. Dat voorkomt ook dat commerciële bureaus misbruik maken van het lerarentekort. Continue professionele ontwikkeling wordt verplicht. De inhoud van de lerarenopleiding wordt landelijk vastgesteld, samen met leraren en wetenschappers. Er komt in ieder geval meer focus op basisvaardigheden door een centrale eindtoets voor leraren, we stimuleren opleiden in de praktijk en er komen losse opleidingen voor het jongere en oudere kind.

We maken het leraarschap aantrekkelijker. Leraren krijgen meer mogelijkheden om door te groeien ofte specialiseren. Samen met leraren komen wetotvaste carrièrepaden in het onderwijs. De functietitels junior-, medior- en seniordocent vervangen de huidige salarisschalen en de beste leraren kunnen een hoger salaris krijgen. Scholen gaan verplicht een stagevergoeding geven aan stagiairs.

Ondersteunen leraren en schoolleiders bij digitale vaardigheden. We gaan door met de opstart van het expertisepunt digitale geletterdheid om leraren te ondersteunen met kennis over kunstmatige intelligentie en digitale vaardigheden.

Geen onnodige werkdruk. Scholen laten leraren vaak meer administreren en toetsen dan verplicht of nodig is. De inspectie gaat extra controleren op onnodige administratie, onnodige toetsdruk en betere arbeidsvoorwaarden. We gaan uit van vertrouwen en autonomie.

Veilig onderwijs voor iedereen.

Leraren moeten veilig hun werk kunnen doen, en leerlingen moeten veilig kunnen leren. Dat gaat zowel over fysieke als sociale veiligheid. We doen wat nodig is, zodat iedereen veilig op school is.

De fysieke veiligheid voor leerlingen en leraren staat altijd voorop. Wanneer leerlingen, bijvoorbeeld door wapenbezit, een gevaar zijn voor andere leerlingen of leraren, mogen zij langer dan een week geschorst worden. Ook mag een leerling dan van school worden gestuurd zonder dat een vervangende school is gevonden. Wanneer de politie vermoedt dat een leerling of student andere studenten aanzet tot crimineel gedrag, wordt de school geïnformeerd.

Scholen moeten veilig zijn. Om het meebrengen van messen of andere wapens tegen te gaan krijgt een schoolmedewerker, zoals de conciërge, bij redelijke verdenking, de bevoegdheid om kluisjes te doorzoeken of leerlingen te fouilleren. Wanneer een leerling wapens bezit, gaat de politie altijd op huisbezoek bij de ouders.

Iedereen is welkom op school. We wijzigen artikel 23 van de grondwet zodat de vrijheid van onderwijs niet het gelijkheidsbeginsel mag ondermijnen. Er komt een acceptatieplicht van leerlingen in het bijzonder onderwijs. Identiteitsverklaringen schaffen we af, want iedereen moet veilig zichzelf kunnen zijn. Ouders mogen kinderen niet langer thuishouden vanwege richtingsbezwaren.

 ► Beschermen vrije waarden op school. We ontslaan sneller bestuurders als de burgerschapsopdracht niet wordt uitgevoerd. Ook privéuitingen van bestuurders gaan hieronder vallen. Er komt een verbod op lesmaterialen die kinderen ondemocratische waarden aanleren. De inspectie krijgt de wettelijke verplichting om hierop te controleren. Gebedsruimtes op openbare scholen staan we niet toe.

Geen anti-integratief informeel onderwijs. We voeren de Wet toezicht op informeel onderwijs in, zodat kinderen geen onvrije waarden aanleren.

Meer inzicht in veiligheid. We wijzigen de wet zodat scholen verplicht worden om (sociale) veiligheidsincidenten te registreren. Ernstige incidenten, bijvoorbeeld een vermoeden van genitale verminking, worden verplicht gemeld bij de inspectie.

Instemmingsrecht voor gemeenteraad bij de oprichting van een nieuwe school. Hierdoor worden geen scholen opgericht waar geen draagvlak voor is. We evalueren de Wet meer ruimte voor nieuwe scholen zo snel mogelijk.

Een goede basis voor elk kind

Onderwijs moet leerlingen voorbereiden op de maatschappij. Die voorbereiding begint met een goede basis in taal, rekenen, burgerschap en digitale vaardigheden. Met toekomstgericht onderwijs zorgen we voor die basis.

Rekenen en taal voorop. We leggen de nadruk op basisvaardigheden. We zetten de huidige curriculumherziening voort en reken- en taalvaardigheid worden onderdeel van elk schoolvak. Tijdelijke noodmaatregelen vanwege het lerarentekort mogen niet de onderwijstijd in de basisvaardigheden raken.

Het curriculum moet minder vol. Minimaal tweederde van de onderwijstijd op basisscholen moet worden besteed aan basisvaardigheden. Zolang schoolresultaten ondermaats zijn, is minder tijd voor bijvoorbeeld projectweken en losse lespakketten.

Scholen helpen met basisvaardigheden. De basisteams basisvaardigheden breiden we uit. Scholen zijn dus niet afhankelijk van commerciële partijen.

Alleen nog bewezen effectieve lesmethoden. De onderwijsinspectie controleert of gebruikte lesmethoden wetenschappelijk onderbouwd en bewezen effectief zijn.

We verlagen de leerplicht naar het vierde levensjaar. Om achterstanden aan te pakken gaan daarnaast alle kinderen met een taalachterstand vanaf twee jaar verplicht naar voorschoolse educatie.

Meer ruimte voor techniek. Er komen centrale examens in wiskunde D en informatica. In plaats van het verplichte vak cultureel kunstzinnige vorming mogen leerlingen ook examen doen in een nieuw te ontwikkelen vak praktische techniek.

We scherpen de burgerschapseisen verder aan. Iedere leerling en student moet Nederlandse normen en waarden kennen en daarnaar handelen. De normen zijn nu te vaag, en burgerschapsonderwijs moet gegeven worden door bevoegde docenten.

Goede scholen krijgen meer ruimte. Ze mogen afwijken van regels over bijvoorbeeld onderwijstijd en curriculum. Scholen die onvoldoende presteren houden we aan strenge regels. We bouwen het aantal subsidies af en gaan oormerken in de lumpsum. Aan schoolbestuurders worden meer eisen gesteld.

Mobiele telefoons horen niet in de klas. Basis- en middelbare scholen staan telefoons alleen toe als dat nodig is voor de les, bijvoorbeeld voor het aanleren van digitale vaardigheden.

Scholen in kleine dorpen zijn belangrijk voor de leefbaarheid. We investeren in kleine dorpsscholen door de kleine scholentoeslag te herzien. De toeslag wordt afgeschaft in grote steden, het vrijkomende geld gaat naar dunbevolkter gebied.

Aanpakken laaggeletterdheid. We zetten de huidige programma’s, zoals Tel mee met taal, voort.

Een fijne school voor leerlingen en ouders

Als ouder wil je het beste onderwijs voor je kind, maar ook een school die met je meedenkt. Wij willen dat scholen meer rekening houden met werkende ouders.

 ► We zorgen dat onderwijs past bij gezinnen. We willen dat kinderen niet langer naar huis worden gestuurd vanwege een studiedag van het personeel. Dat is beter voor leerlingen en werkende ouders. Dit moet voor scholen wel te dragen zijn. We stimuleren het aanbieden van één flexibel opneembare vakantieweek per jaar, in plaats van een tweede week meivakantie. We willen dat werkende ouders de mogelijkheid krijgen om in de zomervakantie hun kinderen een programma op school te laten volgen, zodat geen opvang geregeld hoeft te worden.

Kinderopvang en basisonderwijs gaan beter samenwerken. We schrappen regelgeving die integrale kindcentra bemoeilijkt, zodat meer kinderen op dezelfde plek naar buitenschoolse opvang en school gaan. We werken toe naar de dagschool, waar ouders ontzorgd worden en leerlingen zichzelf maximaal kunnen ontwikkelen.

De kwaliteit van scholen wordt inzichtelijk gemaakt. De inspectie houdt strenger toezicht door in de klas te kijken in plaats van op bestuursniveau en grijpt sneller in. Scholen worden op verschillende aspecten beoordeeld van ‘zeer zwak’ tot ‘excellent’. Deze beoordelingen worden eenvoudig in te zien voor ouders.

Ieder kind verdient een kansrijke start. We gaan daarom door met gratis schoolmaaltijden en komen met een toegankelijke huurregeling voor kinderen die dat het hardste nodig hebben. Scholen benadrukken dat de vrijwillige ouderbijdrage echt vrijwillig is en gebruiken de bijdrage alleen voor extracurriculaire activiteiten. Schoolkosten als een kluisje, fietsenstalling of printpas komen niet voor rekening van ouders. We gaan verspilling van schoolboeken tegen.

Elke leerling op de juiste plek

Iedere leerling moet het beste uit zichzelf kunnen halen, en zijn of haar talenten kunnen ontwikkelen.

Praktisch en theoretisch onderwijs zijn even belangrijk. Nederland heeft het talent van ieder kind nodig, van vmbo tot vwo. We hernoemen de schoolniveaus om niet langer in termen van hoger of lager te spreken. Vakmanschap is in het onderwijs te veel verwaarloosd, daarom voegen we praktische vaardigheden toe aan het curriculum en de doorstroomtoets.

De doorstroomtoets in groep 8 blijft bestaan. Om vooroordelen te voorkomen is objectief meten waar een leerling staat belangrijk en gaan we breder toetsen.

Makkelijker opstromen, in plaats van de brede brugklas. We willen dat leerlingen zoveel mogelijk op hun eigen niveau les krijgen. Het niveau waarop je instroomt is nu echter te bepalend. Scholen moeten leerlingen die onvoldoende uitgedaagd worden al gedurende het jaar op laten stomen. De extra subsidie voor brede brugklassen schaffen we af. Categorale gymnasia kunnen blijven bestaan. We stimuleren maatwerkdiploma’s die toegang geven tot het vervolgonderwijs.

Het gespecialiseerd onderwijs is van grote waarde en blijft behouden. Wanneer veel leerlingen die extra aandacht nodig hebben in één reguliere klas zitten, gaat dat ten koste van het leerproces van alle leerlingen en van leraren. Onnodige barrières in het reguliere onderwijs halen we weg, bijvoorbeeld voor leerlingen met een lichamelijke beperking.

Volwaardig onderwijs voor hoogbegaafde leerlingen. Elke school heeft een plusklas en elke regio biedt voltijds hoogbegaafdheidsonderwijs aan. Er komt een landelijke handreiking voor invulling van plusklassen en extra vakken.

Leerlingen mogen niet tussen wal en schip vallen. Samenwerkingsverbanden krijgen doorzettingsmacht en kunnen scholen gaan verplichten passend onderwijs aan te bieden. We werken toe naar een digitale school voor kinderen die niet naar een fysieke school kunnen. Bovenmatige reserves van scholen vloeien voortaan automatisch terug.

Onderwijs dat werkt voor studenten

Opleidingen moeten meer met studenten meedenken. Bijvoorbeeld door eerlijke voorlichting, door ruimte te bieden op een ander tempo te studeren en door goed en modern onderwijs aan te bieden.

De basisbeurs voor alle studenten blijft behouden. De basis- en aanvullende beurs zorgen voor minder kosten voor gewone gezinnen. Het wordt mogelijk het collegegeldkrediet in één keer op te nemen, zodat je vooraf verschuldigd collegegeld in één keer kan betalen.

We leiden studenten kansrijk op. We zorgen ervoor dat elke student over goede basisvaardigheden beschikt en na de opleiding perspectief heeft op een baan. Daarvoor is goede voorlichting over baankans, salaris en het onderscheid tussen beroepsonderwijs en academisch onderwijs noodzakelijk. We zorgen ervoor dat het beroepsonderwijs in elke regio beschikbaar blijft.

Goedkoper studeren voor een tekortberoep. Voor tekortberoepen schaffen we het lesgeld in het mbo af en verlagen we het collegegeld in het hoger onderwijs. Ook begrenzen we de hoogte van het collegegeld voor een tweede opleiding.

We zorgen voor meer flexibiliteit in het onderwijs. Door flexstuderen en microcredentials breed in te voeren kunnen werk en studie makkelijker worden gecombineerd. Daarnaast voeren we de Wet leeruitkomsten in, waardoor je een vak niet hoeft te volgen als je de kennis al in de praktijk hebt opgedaan. Hoorcolleges worden online beschikbaar. We maken experimenten met leerrechten weer mogelijk.

Een goed curriculum en goede lessen. Bij accreditatie van opleidingen komt meer aandacht voor de wetenschappelijke onderbouwing van onderwijsmethoden. We laten goede opleidingen vrij, maar houden scherper toezicht op ondermaatse opleidingen.

We nemen maatregelen voor meer studiesucces. Onderwijsinstellingen mogen zelf een geschikt bindend studieadvies blijven kiezen. Hierdoor voorkomen we verlate uitval en stimuleren we studiesucces. We stoppen met decentrale loting, omdat selectie aan de poort rechtvaardiger is dan loten. Wel moeten instellingen de selectiecriteria beter onderbouwen.

In de praktijk leren werkt het beste. Daarom starten we een BBL-offensief om 35% van alle mbo’ers op te leiden op de werkvloer en stimuleren we duaal studeren in het hbo. We verhogen de subsidie om mbo’ers op de werkvloer op te leiden en gaan bedrijfsscholen deels bekostigen.

Iedere student moet zich vrij voelen om zich te uiten. Of studenten zich vrij voelen hun mening te geven wordt onderdeel van beoordeling van opleidingen.

Onderwijs en onderzoek dat bijdraagt aan Nederland

Nederland heeft alle beschikbare mensen, talent en kennis nodig om de grote uitdagingen van deze eeuw aan te kunnen. Elke student moet kansrijk worden opgeleid, en het budget voor onderzoek moet vooral ten goede komen aan de grote transities.

Beroepsonderwijs moet aansluiten op de arbeidsmarkt. Het is van groot belang dat we mensen opleiden voor beroepen waar onze arbeidsmarkt ook echt behoefte aan heeft. Er komt een periodieke arbeidsmarkttoets in het hoger beroepsonderwijs. Beroepsopleidingen in het mbo en hbo met weinig kans op een baan krijgen een numerus fixus of zetten we stop. Door goede baankansen wordt het hbo aantrekkelijker voor vwo-scholieren.

Vervolgonderwijs voor de toekomst van Nederland. Instellingen werken meer samen, profileren op thema’s en gaan minder concurreren op studentenaantallen. We gebruiken de gestarte toekomstverkenning om te bezien hoe het stelsel vernieuwd kan en moet worden, voeren capaciteitsbekostiging in en zorgen voor een duidelijker onderscheid tussen beroepsonderwijs en academisch onderwijs. De wet hoger onderwijs wordt gemoderniseerd, zodat instellingen hun aanbod makkelijker kunnen vernieuwen.

Wetenschappelijke kennis beschermen. We screenen waar nodig internationale onderzoekers en samenwerkingen zodat militaire of dual-usekennis nooit in verkeerde handen valt. We toetsen of nieuw beleid niet tot onverantwoorde risico’s voor de kennisveiligheid leidt. Om heimelijke beïnvloeding tegen te gaan wordt de herkomst van onderzoeksfinanciering openbaar. Onderzoekers die loyaal zijn aan onvrije regimes worden sowieso geweerd uit gevoelige kennisgebieden.

Een leven lang ontwikkelen wordt de norm. Bij- en omscholing zijn essentieel voor persoonlijke ontwikkeling en economische groei. Publiek bekostigde instellingen worden verplicht om hun onderwijsaanbod beschikbaar te stellen aan volwassenen en werkenden. De prioriteit ligt bij tekortberoepen, mbo en mkb. Oud-studenten behouden na afstuderen vijf jaar toegang tot lesmateriaal en andere leermiddelen.

Onderzoek moet ook bijdragen aan het toekomstig verdienvermogen van Nederland. We stellen een strategische kennisagenda op zodat kennis beter doorvertaald wordt naar de economie en maatschappij en gebruikt kan worden voor maatschappelijke transities. We profiteren van de kansen die Europese samenwerking ons biedt. We werken samen met Europese universiteiten en maken gerichte keuzes, zodat onderzoeksgeld meer gaat naar bijvoorbeeld technisch, medisch en bèta-onderzoek. We vragen de private investeerders bij te dragen aan het behalen van de Lissabondoelstelling. Het budget voor topwetenschap moet aan de hand van objectieve indicatoren verdeeld worden. We stimuleren de uitbreiding van kenniscampussen zodat valorisatie en ondernemerschap meer ruimte krijgen.

Cultuur en media voor alle Nederlanders.

Onze gezamenlijke identiteit wordt mede gevormd door cultuur en media. We koesteren deze sectoren. De Nederlandse cultuursector is van absolute wereldklasse en de onafhankelijke media is van essentieel belang voor de democratie.

We staan voor de veiligheid van journalisten. We zorgen ervoor dat freelancers toegang hebben tot beschermingsmiddelen zoals een noodknop of steekwerend vest via het Flexibel Beschermingspakket Freelancers. Sociale media platformen worden verplicht escalatiekanalen te hebben waar journalisten bedreigingen kunnen melden.

Omroepen houden zich aan hoge journalistieke standaarden. In overleg met de sector worden concretere normen vastgelegd in de Mediawet, zodat het Commissariaat voor de Media effectief toezicht kan houden.

We moderniseren de NPO. De belangrijkste taak van de NPO is het uitzenden van feitelijk en waarheidsgetrouw nieuws, onderzoeksjournalistiek en educatie. We hervormen de NPO zodat er meer ruimte is voor omroepen om vanuit hun eigen identiteit programma’s te maken. Er komt meer transparantie over de kosten van programma’s.

Cultuur met impact. We dagen de sector uit bij te dragen aan maatschappelijke opgaven, en om andere doelgroepen zoals ouderen en jongeren te betrekken.

Er komt een bibliotheekvoorziening in elke gemeente. De bibliotheek is ontmoetingsplek voor jong en oud, en een belangrijke plek om leesvaardigheden en digitale vaardigheden op te doen. Ook zetten we in op de online bibliotheek.

Minder kunst in depots. De tientallen miljoenen kunstwerken in depots worden vaker uitgeleend of verhuurd. Zo kunnen meer mensen van kunst genieten. Wanneer kunstwerken niet meer vertoond worden, is verkoop op zijn plaats.

Gesubsidieerde instellingen gaan meer ondernemen. Instellingen en organisaties krijgen meer ruimte om ondernemend te zijn, we stimuleren hen om meer geld zelf te verdienen.

We pakken woekerhandel bij ticketverkoop aan. Voortaan mogen tussenhandelaren een maximumpercentage op de vraagprijs verdienen. We zorgen ervoor dat tickethandel via onafhankelijke platformen mogelijk blijft.

Meer aandacht voor volkscultuur. Elke regio heeft eigen manieren waarop cultuur samen wordt beleefd. Organisatoren van volkscultuur worden beter ondersteund en volkscultuur wordt een volwaardig onderdeel van de culturele basisinfrastructuur.

 Brood op de plank.

Hoe gaan we ons geld verdienen en hoe houden we de rekeningen betaalbaar?

Nederland behoort tot de meest welvarende landen ter wereld. Onze economie is innovatief en er waren nog nooit zoveel banen als in 2023. Dat gaat niet vanzelf, maar komt door al die Nederlanders die elke dag naar hun werk gaan, een bedrijf starten of hun hele leven hard gewerkt hebben. Dat betekent niet dat alles automatisch goed gaat. Ondernemers vragen om keuzes hoe zij kunnen groeien en verduurzamen. De middengroepen vragen om keuzes zodat hun rekeningen betaalbaar blijven. Senioren vragen om duidelijkheid over hun pensioen. En mensen die het moeilijk hebben in Nederland vragen om keuzes zodat zij weer perspectief hebben. Wij geloven dat we dit samen met ondernemers en al die Nederlanders voor elkaar gaan krijgen. Dat we problemen kunnen oplossen.

Onze sterke economie zorgt ervoor dat we kunnen investeren in goede voorzieningen, veiligheid en onderwijs. Ondernemers en bedrijven zijn daar onmisbaar voor. Wij willen dat de welvaart in Nederland ook in de toekomst op peil blijft. Daarom kiezen we niet voor krimp en achteruitgang, maar voor groei en vooruitgang. Vooruitgang betekent wel keuzes maken voor een slimme en schone economie. Daarom geven we ruimte en voorrang aan slimme en schone industrieën en helpen we ondernemers om de komende jaren de omslag te maken. En we kiezen voor het behouden en versterken van belangrijke productie naar de EU en Nederland, met een gelijk speelveld voor ondernemers in de EU. Om ons land economisch veilig te houden, kunnen we niet naïef zijn of ons veroorloven afhankelijk te zijn van verkeerde landen.

Onze sterke economie en welvaart zijn niet mogelijk zonder al die Nederlanders die elke dag hard werken, of dat altijd gedaan hebben. Zij houden ons land draaiende. Je baan - en ook vrijwilligerswerk geeft je een plek in onze samenleving. We geloven dat iedereen talenten heeft en ieder mens wil bijdragen. Nog nooit werkten zoveel mensen, maar er zijn nog steeds veel vacatures. Toch zijn er nog veel mensen die meer kunnen en willen werken, maar die dat om allerlei redenen nog niet lukt. Ook krijgen te veel kinderen door moeilijke omstandigheden thuis niet de kansen die zij verdienen. De VVD wil dat iedereen de kans heeft om te blijven leren en zich te ontwikkelen. We helpen mensen die ziek zijn of werkzoekend en zetten alles op alles om mensen, waar dat kan, weer aan het werk te helpen. Daarbij kijken we naar wat iemand wél kan, we geven mensen in armoede weer perspectief en zorgen dat werkenden erop vooruitgaan. Wij zetten dus in op een innovatieve, kansrijke en aantrekkelijke arbeidsmarkt en economie, waarin iedereen meedoet!

 De VVD wil de slimste en schoonste economie ter wereld.

Ruim baan voor ondernemers en het mkb

Om te zorgen dat Nederland nu en in de toekomst welvarend blijft, zijn florerende ondernemers cruciaal. Zij zorgen voor banen, investeringen en voor het geld dat nodig is om goede voorzieningen te organiseren. Ze zijn ook onmisbaar voor het oplossen van grote maatschappelijke vraagstukken.

Versterken ondernemersklimaat. We versterken het ondernemersklimaat in Nederland. In regelgeving maken we onderscheid tussen kleine en grotere bedrijven en bieden stabiliteit en rust. We verlagen de werkgeverslasten, zodat het meer loont om personeel in dienst te nemen. We sluiten samen met ondernemers een ondernemersakkoord, gericht op ons verdienvermogen. Met dit akkoord bouwen we aan het langdurige vertrouwen en blijft Nederland een gunstig vestigingsklimaat behouden.

Stimuleren start-ups en scale-ups. We stimuleren start-ups en scale-ups door betere toegang te geven tot hoogwaardige kennis bij universiteiten en kennisinstellingen. Bovendien gaan we pensioenfondsen stimuleren om op grote schaal te investeren in start-ups en scale- ups. De VVD ziet graag dat er meer start-ups doorgroeien tot scale-up. Werknemers van start- ups zijn hier van groot belang, dus moet het mogelijk worden dat werknemers meedelen in de winst.

We behouden onze familiebedrijven. Daarom wil de VVD dat de bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) behouden blijft. De eisen voor toepassing van de BOR moeten daarbij beter aansluiten bij de behoeften van ondernemers, terwijl we oneigenlijk gebruik tegengaan.

Betere toegang tot financiering voor het mkb. We verbeteren de toegang tot financiering voor ondernemers door het opheffen van het verpandingsverbod en inzet op het vergroten van non-bancaire financiering. Tevens wil de VVD dat Nederland net zoals het Verenigd Koninkrijk een mkb-bank opricht. Die bestaat uit het efficiënter vormgeven van huidige instituties.

Terugdringen van regeldruk. Om de regeldruk voor het mkb terug te dringen is de afgelopen jaren o.a. de mkb-toets ingevoerd voor nieuwe voorstellen. We zien echter dat meer stappen nodig zijn. Waar bij de huidige mkb-toets ondernemers zichzelf moeten melden om deel te nemen aan een mkb-toets, wil de VVD graag dat ministeries ondernemers benaderen voor deelname aan de mkb-toets. Bovendien moet nieuwe regelgeving zo eenvoudig en concreet mogelijk zijn en mag niet verder gaan dan nodig. We komen met een meetbaar doel om regelgeving te verminderen.

Herziening faillissementsrecht. We moderniseren het faillissementsrecht, zodat mkb’ers een sterkere positie krijgen wanneer toeleveranciers of klanten hun rekening niet meer kunnen betalen.

Terugbetalen coronaschuld. Er zijn op dit moment nog veel levensvatbare ondernemers die moeite hebben met het terugbetalen van belastingschulden die zij hebben opgelopen tijdens de coronacrisis. Het is zaak dat we menselijk en coulant met deze ondernemers omgaan.

Mengformules. Ondernemers moeten de volledige ruimte krijgen om hun creativiteit te benutten. Op dit moment is dat echter niet zo, omdat ondernemers beknot worden door regelgeving. Zo mag een restaurant nu bijvoorbeeld geen kookboeken verkopen. Daarom gaan we ervoor zorgen dat mengformules worden toegestaan.

Zero-emissiezones. Ondernemers moeten bij hun klanten en leveranciers kunnen komen. Er komt een gerichte hardheidsclausule voor ondernemers die met een gegronde reden niet kunnen voldoen aan de voorwaarden van de zero-emissiezones.

Veilig ondernemen. Stelen zou nooit mogen lonen en moet aangepakt worden. Aangifte is voor ondernemers tijdrovend. Daarom maken we het mogelijk voor ondernemers om ter plaatse aangifte te doen van winkeldiefstal.

Ondernemers helpen in strijd tegen cybercriminelen. Om ondernemers weerbaarder te maken tegen serieuze vormen van cybercrime, zoals ransomware voeren we een landelijk mkb-keurmerk in voor IT-leveranciers, gaan we structureel oefenen op digitale aanvallen en geven we (mkb-)ondernemers de mogelijkheid om de digitale beveiliging van hun bedrijf te laten testen met een cyberweerbaarheidsscan. We ondersteunen ondernemers bij het in kaart brengen van kansen en risico’s van komende transities.

Gezonde dorps- en stadskernen. Levende en bruisende winkelstraten zijn van groot belang voor de leefbaarheid van steden en dorpen. Daarom wil de VVD gemeenten stimuleren om meer middelen ter beschikking te stellen om winkelgebieden toekomstbestendig te maken.

Risico’s spreiden bij ziekte. Zieke werknemers vormen nu een te groot risico voor kleine werkgevers.Daaromgaanweverdermetdeingezettehervormingvandeloondoorbetalingsregels. We proberen deze hervorming voor kleine ondernemers zo aantrekkelijk mogelijk te maken, en de hoeveelheid bureaucratie te verminderen.

Failliete ondernemers worden geholpen. We willen ondernemers die failliet zijn gegaan een jaar lang uitzonderen van de vermogenstoets in de bijstand, zodat ook zij van het sociale vangnet gebruik kunnen maken voor zij hun huis of pensioen op hoeven te eten.

Helderheid voor zelfstandigen. De meeste zzp’ers kiezen weloverwogen en bewust voor het zelfstandige ondernemerschap en werken voor eigen rekening en risico. De overheid moet hen niet onnodig in de weg zitten. Tegelijkertijd is schijnzelfstandigheid een reëel probleem. Wie in alles een werknemer is, moet ook gewoon een arbeidscontract krijgen. We verduidelijken daarom de regels, waarbij evidente zzp’ers buiten schot blijven. Bij de handhaving richten we ons in eerste instantie op risicosectoren. We werken toe naar een aparte rechtsvorm voor zzp’ers, om iedere zelfstandige ondernemer op voorhand duidelijkheid te kunnen bieden. En we blijven de positie van zzp’ers in de polder versterken.

Een economie die klaar is voor de toekomst

De sectoren waarmee Nederland haar toekomstig verdienvermogen kan garanderen veranderen in razendsnel tempo. Om ook in de toekomst zeker te kunnen zijn van een goede boterham, moeten we nu investeren in de economie van de toekomst en de bescherming daarvan.

Industrie stimuleren en behouden. Onze Nederlandse industrie is van groot belang voor onze verdiencapaciteit. Ondanks de ruimtelijke en ecologische beperkingen moeten we voor economische groei zorgen. Dat is een voorwaarde om vrij en welvarend te kunnen leven. Daarnaast werken er veel Nederlanders, direct of indirect, in de industrie. Het is van belang dat we onze fabrieken behouden. Dat brengt wel met zich mee dat de industrie verduurzaamt. Wij zien een grote toekomst voor bedrijven die schoon zijn, en toegevoegde waarde leveren voor Nederland. Bijvoorbeeld omdat ze innovatief zijn of Nederland en Europa onafhankelijker maken. Daarnaast is het belangrijk dat veel mensen kunnen meeprofiteren van het bedrijfsleven. Dat vraagt wel om keuzes wie we voorrang geven.

Een sterke overheid met oog voor onze economische veiligheid. Nederland zet in  Europees verband in op meer strategisch handels- en investeringsbeleid, om de strategische afhankelijkheid van Europa van energie, technologie en grondstoffen te verminderen. Een sterke overheid moet soms ingrijpen in de economie. We gaan ongewenste strategische afhankelijkheden afbouwen en onze vitale en strategische bedrijven beter beschermen tegen digitale spionage en sabotage door vijandige overnames en investeringen tegen te gaan.

Verstevigen digitale infrastructuur. Om onze toekomstige economie en soevereiniteit te verstevigen, versterken we Nederland als internet- en dataknooppunt van Europa door ons zeekabelnetwerk te ontwikkelen. We zetten ons in voor een Europees datacenterbeleid en besteden extra aandacht aan veiligheid, autonomie en duurzaamheid.

Kunstmatige intelligentie verzilveren. We zorgen ervoor dat er binnen Nederlandse en Europese wet- en regelgeving maximaal geëxperimenteerd mag worden met AI. Daarentegen mogen we de risico’s van het gebruik van AI niet bagatelliseren. Nederland moet zich daarom internationaal inzetten om afspraken te maken over het gebruik van AI door bedrijven en overheid. Gecombineerd met deze internationale afspraken is het van belang om de kennis over de kansen en gevaren van AI binnen de overheid uit te breiden.

Snel en toegankelijk internet. Om digitaal voorop te kunnen blijven lopen streven we er daarom naar dat iedere Nederlander toegang heeft tot glasvezel en/of snel internet, met speciale aandacht voor de gebieden waar dit tot nu toe niet mogelijk is. Bovendien pleit de VVD voor meer tempo met het veilen van de benodigde frequenties voor de volledige uitrol van 5G en dat we een leidende rol gaan spelen bij het bepalen van de standaarden voor 6G.

Versterken van de kenniseconomie en hervormen topsectorenbeleid. De Nederlandse kenniseconomie wordt versterkt met het stimuleren van nieuwe technologieën als chips, fotonica, quantum en kunstmatige intelligentie. We hervormen het topsectorenbeleid en richten dit op de cruciale technieken voor het toekomstig verdienvermogen van Nederland en op het terugdringen van strategische afhankelijkheden.

Versterken regionale innovatie. Nederland kent met de Brainport en de bedrijvigheid rondom de TU Delft en de WUR verschillende regio’s waar innovaties zich in razendsnel tempo ontwikkelen. Deze regio’s lopen echter steeds meer aan tegen bijvoorbeeld een tekort aan technisch geschoold personeel en netcongestie. We gaan samen met de regio’s deze problemen oplossen.

Zorgen voor een duurzaam toekomstperspectief voor onze agrarische sector

Wij willen dat boeren de ruimte krijgen om voedsel te produceren op een manier die past bij de draagkracht van de omgeving. We zorgen ervoor dat niet alleen productie, maar ook verduurzaming wordt beloond.

We stimuleren en ontwikkelen nieuwe verdienmodellen. Op die manier kunnen agrariërs omschakelen naar bijvoorbeeld de teelt van bio-based bouwmaterialen, plantaardige eiwitten of nieuwe vormen van voedselproductie. We starten fieldlabs om ondernemers de kans te geven ideeën uit te proberen. Ook maken we boeren bondgenoot bij het beheer van ons landelijk gebied. Met langjarige vergoedingen voor agrarisch natuurbeheer kunnen nieuwe vormen van inkomsten gecreëerd worden.

Goed ondernemerschap van boeren wordt beloond. Boeren hebben behoefte aan langetermijnbeleid. We willen af van wisselende middelvoorschriften en heldere doelstellingen centraal stellen. Met metingen op bedrijfsniveau en een Afrekenbare Stoffenbalans staan boeren aan het roer van het bedrijf en kunnen zij de vervuiling van bijvoorbeeld voer, mest en gewasbeschermingsmiddelen en daarmee de verliezen verminderen. Zo krijgen boeren de ruimte om te zorgen voor een voedselproductie die in balans is met de omgeving.

Met een verdere verduurzaming zorgen we voor een agrarische sector die klaar is voor de toekomst. Decennialang heeft onze landbouw op succesvolle wijze gezorgd voor hoge voedselproductie tegen de scherpste prijs. Maar productie en export moeten geen doel op zich zijn. We geloven in een sector die wereldwijd voorop blijft lopen door haar kennis en innovatiekracht.

Eerlijke prijs voor de boer. Binnen de landbouw stimuleren we dat de boer een eerlijkere prijs voor zijn product krijgt. We willen dat de marktmacht in de keten schuift van de inkopers naar de agrariërs. We willen één Nederlandse duurzaamheidsstandaard zodat de boer een eerlijke prijs krijgt voor zijn product. De ACM ziet erop toe dat boeren en tuinders prijsafspraken kunnen maken over de productie en verkoop van duurzame producten.

Bevorderen gelijk speelveld. We proberen regelgeving zoveel mogelijk in te voeren met andere landen. We zetten ons in om te voorkomen dat landen om ons heen producten met lagere standaarden kunnen importeren.

We versterken het vertrouwen in elkaar. De grote winst van de onderhandelingen over het Landbouwakkoord is dat alle partijen weer met elkaar aan tafel zaten. Die samenwerking moeten we behouden voor het bieden van perspectief.

De melkveehouderij is niet weg te denken uit het Nederlandse cultuurlandschap. We willen dat deze bedrijven grondgebonden zijn. Voldoende grasland is immers belangrijk voor de waterkwaliteit. De omvang van de Nederlandse melkveehouderij wordt de maatstaf voor de kalverhouderij. Ook voor intensieve veehouderij is plek in Nederland, op voorwaarde dat er stappen gezet worden op het gebied van dierenwelzijn op basis van een ‘dierwaardige veehouderij’, zoals die nu wordt gedefinieerd in het convenant.

Strategisch handeldrijven

Landen in Zuid-Amerika, Azië en Afrika gaan de samenwerking met China en Rusland aan, omdat ze te lang moeten wachten op handelsverdragen met de EU.

 ► Strategische afhankelijkheden afbouwen. We zetten in op minder eenzijdige afhankelijkheid van China door toegang tot kritieke grondstoffen en diversificatie van productie te stimuleren met landen in Afrika, Zuid-Amerika en Azië. Daarvoor hebben we o.a. handelsverdragen en gebonden hulp nodig. Daarnaast moet Nederland kiezen wat onze unieke bijdrage in internationale waardeketens kan zijn. Vooral op het gebied van thema’s als digitalisering en verduurzaming moeten we onze posities uitbouwen. Specifiek vraagt dit in ieder geval om een sterke nationale strategie op semiconductors en batterijen, twee enorme groeimarkten met strategische geopolitieke implicaties.

Meer handelsverdragen. We voeren een proactief handelsbeleid en blijven inzetten op meer handelsverdragen met landen zoals de VS, Brazilië en Australië. We zetten in op gelijke standaarden. Dit vergroot onze toegang tot afzetmarkten en grondstoffen en voorkomt dat landen zich tot China wenden. Handelsverdragen zijn cruciaal voor het behoud van onze welvaart.

Gelijke regels over maatschappelijk verantwoord ondernemen. We verwachten van bedrijven dat zij hun maatschappelijke verantwoordelijkheid nemen, in Nederland zelf en over de grens. Tegelijkertijd willen we dat wettelijke eisen aan Nederlandse bedrijven daarbij realistisch zijn. We zetten ons daarom in voor gelijke Europese regels voor internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemen in plaats van nationale regels.

Gezond economisch beleid in de hele EU

De EU-lidstaten en de EU-instituten geven al jaren te veel geld uit en houden zich niet aan financiële regels die we in EU-verband met elkaar hebben afgesproken. Daarnaast hebben ondernemers met te veel verschillende regels te maken in de EU.

Versterking Europese interne markt. We willen een gelijk speelveld in de EU voor alle bedrijven. Alleen dan is Europees ondernemen mogelijk. Daarom moeten strengere nationale koppen bovenop EU-wetgeving vermeden worden en zetten we in op EU-wetgeving die de Europese interne markt verder harmoniseert.

Terugkeer begrotingsdiscipline. We blijven inzetten op een gezond en prudent macro- economisch beleid door alle EU-lidstaten binnen de EU. We willen dat alle lidstaten werk maken van het afbouwen van hoge schulden en terugkeren naar begrotingsdiscipline. De Europese Commissie treedt daarbij sneller op tegen lidstaten die begrotingsafspraken niet nakomen. Dat moet strikt en fair. We maken ons hard binnen de EU-instituten om te besparen op EU- begrotingen in plaats van alsmaar nieuwe bijdrages, extra geld of nieuwe instrumenten te vragen aan de EU-lidstaten.

De VVD wil werken aan een beter Nederland.

Zorgen dat meedoen meer oplevert en het leven betaalbaar blijft.

We willen dat werkenden meer terugzien van hun inzet. We willen dat meer werken meer loont en laten werknemers sneller meeprofiteren als het goed gaat. Daarbij nemen we maatregelen om het dagelijkse leven betaalbaar te houden voor mensen met een middeninkomen.

De belasting op werk verlagen. We willen dat werken loont, en dat mensen gestimuleerd worden om meer uren of voltijd te werken. Daarom willen we de belasting op werk verlagen, zodat middengroepen er meer op vooruit gaan en het loont om (meer) te gaan werken. We verruimen de werkkostenregeling, zodat werkgevers hun personeel kunnen belonen, bijvoorbeeld met een meerurenbonus.

Een eenvoudiger belasting- en toeslagenstelsel. We gaan door met de ingezette vereenvoudiging van het belasting- en toeslagenstelsel, waarbij bijvoorbeeld de kinderopvangtoeslag op termijn wordt afgeschaft. Uiteindelijk willen af van het hele toeslagenstelsel. Naast eenvoudiger maken wij het stelsel zo ook voorspelbaarder, waardoor het beter te overzien is en we armoede verder voorkomen. Hierbij is de koopkracht van middengroepen randvoorwaardelijk.

Werknemers mee laten profiteren. Als het goed gaat met een bedrijf, moet het ook goed gaan met de werknemers van dat bedrijf. Daarom willen we meer mogelijkheden creëren om werknemers meer mee te laten delen in de winst die het bedrijf maakt.

Meer inzicht in hoe meer werken loont. Veel goedbedoelde regelingen maken meer werken minder lonend. Daarom gaan we bij financiële besluiten vooraf standaard het effect op de marginale druk inzichtelijk maken en meewegen. De overheid zorgt ervoor dat het effect van meer uren werken op je nettoloon snel en eenvoudig uit te rekenen is. En werkgevers geven iedere werknemer een begrijpelijk en overzichtelijk loonstrookje, zodat mensen snappen wat ze verdienen en waar ze voor betalen.

Goedkopere kinderopvang voor werkenden. We hervormen de kinderopvangtoeslag naar bijna gratis kinderopvang voor werkenden. We nemen voor deze hervorming zorgvuldig de tijd vanwege de krappe arbeidsmarkt en houden vast aan de diversiteit in de opvang. Daarbij passen we slimme prijsregulering toe, om te voorkomen dat de kosten te veel stijgen. De huidige opvangcapaciteit wordt als eerste ingezet voor werkenden.

Goedkoper naar je werk kunnen. Om naar je werk gaan betaalbaar te houden, willen we de belastingvrije reiskostenvergoeding standaard indexeren. En in ieder arbeidscontract moet een afspraak over een reiskostenvergoeding gemaakt zijn. Ook verlagen we de accijnzen op benzine, zodat autorijden betaalbaar blijft.

Lagere belasting op de energierekening. De energiebelasting in Nederland hoort tot een van de hoogste van Europa, terwijl de rekeningen ook al hoog zijn. Wij willen de belasting op de energierekening verlagen.

Betaalbaar wonen. We maximeren de stijging van de ozb die gemeenten kunnen doorvoeren, laten de hypotheekrenteaftrek in stand en remmen de stijging van de huren. Ook zorgen we ervoor dat je makkelijker je huis kunt verduurzamen of dat je huisbaas hiertoe verplicht wordt. Zo blijft wonen betaalbaar.

Iedereen in armoede de kans geven hieruit te komen.

In Nederland mogen armoede en schulden nooit een doolhof worden waar je niet meer uit kunt komen. Dat kan alleen als meedoen beter beloond wordt, kinderen gelijke kansen krijgen en iedereen met schulden perspectief op een oplossing houdt.

Een einde aan werkende armen. In Nederland zou je met een voltijdsbaan rond moeten kunnen komen. We stellen onszelf het doel om werkende armoede zo snel mogelijk terug te dringen. Om dit te bereiken verhogen we het minimumloon.

Ieder kind moet de armoede kunnen ontstijgen. We gaan anders naar het bestrijden van armoede kijken. Kinderen kunnen er niks aan doen dat zij in armoede geboren worden. We willen dat nog meer kinderen dan nu de armoede ontgroeien. Zij verdienen gelijke kansen. We steunen gezinnen met kinderen.

We bestrijden dakloosheid. Je hebt een huis nodig om je leven op te kunnen bouwen. We willen dat dakloze mensen een flexwoning kunnen krijgen en houden de doelstelling van nul daklozen in 2030 vast. We bieden hen passende hulp en ondersteuning.

Niet profiteren van andermans geldproblemen. We gaan het doorverkopen van schulden als verdienmodel tegen. We gaan ‘Buy Now, Pay Later’-constructies streng reguleren. Dit wordt voor minderjarigen of bij grote bedragen verboden, om kwetsbaren te beschermen tegen het aangaan van te grote betalingsverplichtingen. We verlagen de maximaal toegestane boetes bij het missen van een betaling. En we verplichten het vooraf actief attenderen van gebruikers over de kosten en rentes.

Geven waar je recht op hebt. Het niet-gebruik van sociale regelingen is veel te hoog. Dat pakken we aan. Het kan bijvoorbeeld niet zo zijn dat iemand in armoede leeft omdat sociale diensten geen contact mogen opnemen.

Snelle hulp bieden bij geldproblemen. Daarom zetten wij in op vroeg signalering van schulden. Zodra schulden problematisch worden, is het in veel gevallen al te laat. We willen werkgevers en gemeenten helpen om beginnende schuldenproblematiek sneller op te sporen en dit effectief op te pakken voor de situatie escaleert.

 ► Laagdrempelige hulp bij geldproblemen. Als rekeningen zich opstapelen raken veel mensen in de stress. Zij durven de stap naar de schulphulpverlening vervolgens niet te nemen. Gemeentes moeten in gesprek gaan met mensen die hun brieven niet beantwoorden en structurele betalingsachterstanden hebben. Ook moet er een meldplicht bij de gemeente zijn voor aanbieders van vaste lasten als rekeningen structureel niet betaald worden.

Geldproblemen uit handen nemen. Het armoede- en schuldenbeleid van gemeenten moet gericht zijn op het zo snel mogelijk ontzorgen van mensen met problematische geldzorgen. Wij willen dat professionals zo vroeg mogelijk meehelpen om orde op zaken te stellen en zo nodig overgaan op schuldhulpverlening.

Mensen weerbaar maken. Na een schuldhulpverleningstraject is de kans op terugval groot. We willen dat mensen weerbaar gemaakt worden tegen terugkerende armoede. Gemeenten moeten deze doelgroep extra goed in de gaten houden en contact onderhouden om de geldsituatie bespreekbaar te houden.

De toekomst van werk

In Nederland hebben we veel ongekend talent. Mensen die werken, maar ook thuiszitten die graag een bijdrage willen leveren. Dat krijgen we alleen voor elkaar door samen te werken. Bedrijven, maatschappelijke organisaties, overheid en al die mensen om wie het gaat. Daarom moeten de regels mee met een tijd waarin werkenden zelf willen bepalen hoe ze hun werkzame leven inrichten.

Zekerheid bieden voor wie hard werkt. Werkende armen hebben nu vaak last van een te onzeker arbeidscontract. Daarom gaan we door op de ingezette hervormingen op de arbeidsmarkt, waarmee we meer zekerheid willen bieden aan mensen die in een flexibel contract zitten en meer wendbaarheid willen geven aan ondernemers om een goede werkgever te kunnen zijn.

Werknemers meer vrijheid geven. We willen dat werkenden, in overleg met werkgevers, meer vrijheid krijgen om hun werk en leven in te richten zoals zij dat zelf willen. Daarbij moet meer ruimte zijn voor verzoeken van werkenden voor flexibelere werktijden. Thuiswerken gaan we extra stimuleren.

Zelfstandigen ook opvangen bij een tegenslag. Veel zelfstandigen zijn nu kwetsbaar bij arbeidsongeschiktheid. Daarom gaan we door met de invoering van de arbeidsongeschiktheidsverzekering voor zelfstandigen, met keuzevrijheid tussen een publieke en een private verzekering. Bij de vormgeving van deze nieuwe verzekering zijn zelfstandigen een gesprekspartner.

Mensen van werk naar werk helpen. Hoe eerder iemand na baanverlies weer aan de slag gaat, hoe beter. Als een werkgever iemand moet laten gaan, maar de werknemer helpt bij het vinden van een nieuwe baan, hoeft de werkgever geen transitievergoeding te betalen.

Snel een nieuwe baan bij werkloosheid. We willen mensen die werkloos zijn geworden in staat stellen zich volledig te richten op het vinden van een nieuwe baan. Daarom komen we direct na het werkloos worden met een hogere WW-uitkering, die stapsgewijs afbouwt.

Slimmer optreden bij overtredingen Participatiewet. We willen dat bij overtredingen van de Participatiewet niet alleen boetes, maar ook cursussen of scholing opgelegd kunnen worden wanneer dat helpt om participatie bevorderen. Dit helpt beter om de stap naar duurzaam werk te zetten.

Mensen uit de bijstand aannemen belonen. Het aannemen van iemand die lang niet gewerkt heeft, kent risico’s voor een werkgever. We laten de overheid een deel van dit risico dragen, zodat meer werkgevers deze groep een kans gaan bieden. We vragen een bijdrage van bedrijven en de overheid om mensen met afstand tot de arbeidsmarkt aan het werk te helpen. We verhogen de taaleis in de bijstand, omdat Nederlands leren cruciaal is op weg naar een baan.

Meer hulp om aan de slag te komen. Mensen die lang in de bijstand zitten, moeten veel actiever door gemeenten geholpen worden. We willen dat zij na één jaar opnieuw een intakegesprek krijgen bij de gemeente, waarbij er een re-integratieplan opgesteld wordt.

Tegengaan van arbeidsmarktdiscriminatie. Iedereen verdient een eerlijke kans op de arbeidsmarkt, ongeacht leeftijd, geslacht of afkomst. We voeren daarom de Wet toezicht gelijke kansen bij werving en selectie in en zetten samen met de werkgevers en vakbonden in op een langjarige aanpak van arbeidsmarktdiscriminatie.

Een welverdiend pensioen

Gepensioneerden hebben onze samenleving enorm veel te bieden en dragen nog steeds veel bij via vrijwilligerswerk. Het is belangrijk dat wij hun bijdragen blijven waarderen. We zorgen dat het pensioen voor jong en oud goed geregeld is en geven mensen zoveel mogelijk ruimte om hun pensioen te organiseren op een manier die past.

Gecontroleerd overgaan naar het nieuwe stelsel. De komende jaren gaan we over naar het nieuwe pensioenstelsel. Pensioenfondsen moeten de ruimte hebben zich daarop te focussen. De overheid moet scherp toezicht blijven houden op die transitie. Pensioenfondsen moeten hun deelnemers helder en begrijpelijk informeren.

Pensioenfondsen moeten zich richten op hun kerntaak. Pensioenfondsen moeten een hoger pensioen creëren en zich onthouden van politiek activisme. Als fondsen bij beleggingskeuzes andere overwegingen dan rendement voor deelnemers laten prevaleren, moeten zij aantonen dat dit een breed gedragen wens onder hun deelnemers is. Deelnemers die er anders over denken moeten binnen het fonds meer vrijheid krijgen om die keuze niet te maken.

Actief blijven voor wie dat wil. Senioren brengen een berg kennis en ervaring mee. Zij willen vaak actief blijven, maar hebben daarbij wel behoefte aan meer flexibiliteit. Daarom willen we het verplichte leeftijdsontslag in cao’s afschaffen en de arbeidsmarktpositie van gepensioneerden verbeteren, door er bijvoorbeeld voor te zorgen dat het nulurencontract voor hen beschikbaar blijft.

Keuzevrijheid waar het mogelijk is. Omdat veel mensen verplicht sparen voor later, hebben wij een sterk pensioenstelsel. Maar daarbinnen moet er ruimte zijn voor zoveel mogelijk keuzevrijheid, bijvoorbeeld door het mogelijk te maken de AOW later in te laten gaan voor een hogere uitkering, de pensioenpremie maximaal vijf jaar stop te zetten en met de Wet bedrag ineens bij pensionering een deel van het opgebouwde pensioen op te nemen.

Een goed pensioen voor zelfstandigen. Met de nieuwe pensioenwet breiden we de mogelijkheden voor zelfstandigen om fiscaal aantrekkelijk pensioen op te bouwen, uit. Als de experimenten voor zelfstandigen om direct bij een fonds pensioen op te bouwen succesvol zijn, komen we tot een permanente regeling.

Helderheid over wat keuzes nu betekenen voor later. Veel mensen die in deeltijd werken, realiseren zich niet dat dit ook gevolgen heeft voor de hoogte van hun pensioen later. Om ervoor te zorgen dat die keuze bewust gemaakt wordt, willen we dat via het Pensioenoverzicht inzichtelijk wordt gemaakt welke consequenties dit heeft voor de hoogte van je pensioen.

 Fijn wonen, vlot doorrijden.

Hoe zorgen we ervoor dat iedereen fijn kan wonen en vlot van A naar B kan komen?

We leven in een prachtig land. We hebben geweldige steden, dorpen en wijken. We hebben goede wegen, treinen, trams en metro’s waardoor we ons kunnen verplaatsen. Dat komt omdat Nederland een land is van pioniers. Door innovaties in Zeeland weten we ons sinds de jaren vijftig te beschermen tegen het water. In Rotterdam proberen we keer op keer hogere wolkenkrabbers te bouwen. En in 1918 kregen Nederlanders het idee de Zuiderzee in te polderen. Dit grootse denken en deze innovaties moeten we koesteren voor de toekomst. Wie uit het raam kijkt van de auto of de trein ziet goed hoe innovatief en goed doordacht Nederland is.

De afgelopen jaren lijkt het alleen of we steeds vaker ‘vast’ staan in ons land. Door de problemen op de woningmarkt zitten we vast omdat we geen betaalbare woning kunnen vinden. We staan vast op het spoor omdat de overvolle trein niet rijdt en we staan soms vast in de file. We weten dat dit meerdere oorzaken heeft. De bevolking groeit en groeit. Onze infrastructuur en wijken zijn niet berekend op zoveel mensen. En we moeten glashelder zijn: ook de uitstoot van stikstof heeft ons land verder op slot gezet. Daarom zijn er duidelijke keuzes nodig. Keuzes die ervoor zorgen dat we weer eenvoudig een huis kunnen vinden. Keuzes die ervoor zorgen dat je vlot kunt doorrijden. En keuzes waardoor die weg, dat spoor en dat huis betaalbaar worden.

De VVD kiest er dan ook voor om de regie in handen te nemen bij het inrichten van het land. We moeten groots denken en doen. We zullen de komende jaren moeten gebruiken om echt fundamenteel na te denken hoe we ons land willen inrichten, en over de rol van de overheid. Want het Rijk en bouwers gaan tientallen nieuwe wijken intekenen en bouwen. Bouwen en wonen zijn namelijk een kerntaak van de overheid. Daarnaast gaan we meer investeren in het verbeteren van wegen en spoor. De auto en het ov zijn beide geweldige vervoersmiddelen. En de VVD kiest voor betaalbaarheid. Dit betekent ook dat we vervoer betaalbaar houden door bijvoorbeeld de stijgende brandstofprijs te dempen.

Zo zorgen we ervoor dat je weer de vrijheid hebt om vlot op je eindbestemming te komen. Zo zorgen we ervoor dat je betaalbaar kunt wonen in een fijne wijk. Zo zorgen we ervoor dat we onze ruimte beter doorgeven aan de pioniers van de toekomst.

De VVD wil doorrijden, schoon vliegen en geweldig ov.

Betaalbaar doorrijden op de weg en in het ov

De auto en het ov zijn essentieel in ons dagelijks leven: we zijn ervan afhankelijk. Daarom willen we ervoor zorgen dat je door kunt blijven rijden op het spoor en op de weg. En we zorgen ervoor dat mobiliteit betaalbaar is.

We werken achterstanden weg. We doen een extra investering in het onderhoud en het verbeteren van bestaande wegen, sporen, tunnels en bruggen. En we gaan de komende jaren bouwen aan de nieuwe wegen, bruggen en tunnels waar we de voorgaande jaren plannen voor hebben gemaakt en in hebben geïnvesteerd. We doen dat zoveel mogelijk planmatig en klimaatbestendig. We investeren in alle vervoerstypen. We werken samen met provincies en gemeenten. We bouwen waar de nood hoog is en gaan realistisch om met knelpunten.

We staan klaar om te bouwen. Stikstof bemoeilijkt de aanleg van nieuwe wegen. Waar vergunningen voor nieuwe infrastructuur al gegeven zijn, bouwen we deze infrastructuur. Ook kleinere projecten, zoals de aanleg van extra afslagen bij bedrijventerreinen, zetten we door. Daarnaast voeren we alle voorbereidende handelingen uit, zoals het ontwerpen, voor het aanleggen van nieuw asfalt en nieuwe wegen. Zo zorgen we ervoor dat de bouw van nieuwe wegen doorgang kan vinden, zodra er nieuwe stikstofruimte is.

We houden de mobiliteit betaalbaar. We beperken de stijging van de prijzen en houden de auto een betaalbaar vervoermiddel door de accijnzen te verlagen. Ook houden we het ov betaalbaar. Verschillende tarieven mogen de reiziger niet op kosten jagen.

We gaan mobiliteit slimmer maken. We maken gebruik van en ontsluiten data om mobiliteit slimmer te maken en files te voorkomen. Uiteraard gaat de automobilist zelf over zijn eigen data. Ook maken we gebruik van andere oplossingen, zoals het stimuleren van thuiswerken en meer flexibele werktijden. We steunen innovaties, zoals slimme infrastructuur en mobiliteit, zelfrijdende auto’s en zelfrijdende taxi’s. Daarnaast maken we het makkelijk om gebruik te maken van deelmobiliteit.

We gaan schoner rijden. Iedere Nederlander een schone auto voor de deur. We stimuleren de omslag naar elektrisch vervoer, bijvoorbeeld in de tweedehandsmarkt van elektrische auto’s. We doen dit op een manier dat de gewone automobilist zo min mogelijk geraakt wordt door hogere kosten of belastingen. We zorgen dat het financieel blijft lonen om elektrisch te rijden en we zorgen ervoor dat daar in de begroting van het Rijk ook op een moderne manier mee om wordt gegaan. We gaan fors aan de slag met de uitrol van het laadpalennetwerk.

We gaan toe naar een nieuw stelsel. In de toekomst werken we toe naar een stelsel van betalen naar gebruik waaraan iedereen, ook bij gebruik van elektrisch vervoer, bijdraagt. We verhogen de belasting op de auto daarbij niet. Betaalbaarheid voor middengroepen en ondernemers is dus randvoorwaardelijk aan dit systeem. Het is immers rechtvaardig dat zij baat hebben bij schoner rijden. Het tarief is niet gebonden aan de tijd en de plek waar je de auto gebruikt. Een spitsheffing voor hardwerkend Nederland is dus niet aan de orde. Ook houden we oog voor de betaalbaarheid van de auto in de regio.

We willen beter ov. Treinen, bussen, trams en metro’s zijn essentieel in ons dagelijks leven. Soms zit het ov barstensvol, maar over het algemeen zijn de reizigersaantallen teruggelopen. Wij willen dat het ov vlotter afschaalt en opschaalt, als dat nodig is. Sprinterlijnen laten we in hogere frequentie rijden en beter aansluiten op het lokale openbaar vervoer. Ook passen we de Wet personenvervoer aan, zodat kleinschalig deelvervoer en combinaties met taxi en doelgroepvervoer mogelijk worden.

We zorgen voor meer ov-aanbod. We blijven waar mogelijk investeren in ov, zowel in de stad als in de regio. Om regio’s beter te bedienen, willen wij dat er meer concurrentie op het spoor ontstaat (open toegang) waardoor het ov sneller en beter wordt. We gaan snel aan de slag met de volgende aanbesteding op het spoor. Ook onderzoeken we welke sprintertreinen we door de provincies kunnen laten rijden, zodat hier de dienstverlening wordt verbeterd. Daarnaast zijn we voor het uitbreiden van lightrailnetwerken die grote steden met elkaar verbinden. De stations blijven we opknappen en moderniseren. Ten slotte willen wij als een speer gaan starten met de realisatie van snelle buslijnen.

We verbeteren de bereikbaarheid van álle regio’s. We willen de reistijd tussen de Randstad en andere regio’s verminderen. Ook gaan we het reguliere ov en het doelgroepenvervoer vaker samenvoegen. Verder moet de belbus of regiotaxi beschikbaar blijven. Deze voorzieningen zijn essentieel en vervullen ook een sociale functie voor mensen die geen auto hebben of door een handicap geen gebruik kunnen maken van een auto. De Westerscheldetunnel maken we zoals gepland tolvrij voor personenvervoer. Om de bereikbaarheid in het hele land verder te vergroten, bouwen we meer overstapplaatsen.

Veiligheid op de weg en in het ov

Wangedrag belemmert de vrijheid om te gaan en te staan waar je wil; daar maken we korte metten mee.

We verbeteren de verkeersveiligheid. We zetten in op het anders inrichten van wegen, het vergroten van de pakkans voor drank- en drugsrijders, meer flitspalen en meer 30 km/per uur- wegen in de bebouwde kom. We passen fietspaden en voetpaden aan zodat deze veiliger worden. Ook stimuleren we het gebruik van fietshelmen. Bij het toelaten van nieuwe voertuigen op de weg moet de veiligheid voorop blijven staan. We blijven daarnaast onveilige N-wegen aanpakken om de veiligheid te verbeteren.

Harde straffen voor hufters. De pakkans om verkeershufters aan te pakken moet omhoog. Hetzelfde geldt voor drank- en drugsrijders. We verhogen de boetes voor zware overtredingen in het verkeer. Bij herhaalde overtredingen neemt de boete toe. Er komen vaker gevangenisstraffen voor drank- en drugsrijders, in plaats van taakstraffen. Voor zeer roekeloze rijders en recidivisten volgt een levenslange rijontzegging. Het wordt mogelijk om een alcoholslot te plaatsen.

Verkeersboa’s en spoorboa’s. Boa’s krijgen meer mogelijkheden om de verkeersveiligheid te handhaven. Zo moet het mogelijk worden voor boa’s om boetes uit te schrijven op basis van het kenteken. Om de veiligheid in treinen en op stations te vergroten komen er meer speciaal opgeleide boa’s voor het spoor. Zij voorkomen agressie en pakken overlastgevers aan.

Keiharde aanpak overlast ov. Om overlastgevers uit treinen te weren, leggen we vaker een ov- verbod op. Voor eenmalige overtreders kan dit tijdelijk zijn. Om dit verbod ook echt te handhaven en om overlastgevers beter aan te pakken moeten spoorboa’s toegang krijgen tot systemen waarmee de identiteit van reizigers kan worden vastgesteld. Perrons en stations moeten met name toegankelijk zijn voor reizigers en daarom moeten de poortjes vaker gesloten blijven. Ook willen we hogere boetes op zwartrijden. Op stations en andere ov-knooppunten komen meer camera’s om criminelen een gezicht te geven en makkelijker op te sporen.

Veilig in het vliegtuig. We stimuleren en faciliteren het delen van zwarte lijsten van overlastgevers en het moet makkelijker worden om overlastgevers te weren.

Veilig het spoor oversteken. We blijven gevaarlijke spoorwegovergangen aanpassen zodat gevaarlijke verkeerssituaties bij het oversteken van een spoorlijn voorkomen kunnen worden.

Veilige parkeerplaatsen voor vrachtwagens. We gaan door met het aanleggen van zogenaamde truckparkings. Door deze extra beveiligde parkeerplaatsen te bouwen, voorkomen we inbraak en diefstal.

Op een schone manier Nederland en de wereld ontdekken

De VVD wil dat we weer trots kunnen zijn op onze luchtvaart en op Schiphol.

We gaan aan de slag de luchtvaart te vergroenen. Zo kunnen we op een schone manier de wereld blijven ontdekken en komt ‘groen vliegen’ dichterbij.

We verduurzamen de luchtvaart. We houden de luchtvaartsector aan de eerder gemaakte afspraken dat de sector zijn vliegtuigen blijft verduurzamen. Hier blijven we ook in internationaal verband voor pleiten. Ook vinden we het noodzakelijk dat de karretjes die vliegtuigen vervoeren, de taxibots, elektrisch gaan rijden.

We versterken Schiphol. Schiphol is essentieel voor Nederland en de Nederlandse economie. We behouden het overstapknooppunt van Schiphol. Ook moet Schiphol zo snel mogelijk een natuurvergunning krijgen. We houden vast aan de hervormingsplannen van de luchthaven. In deze plannen houden we oog voor vrachtvluchten. Als vliegtuigen stiller en schoner worden, kan Schiphol groeien.

We pakken overlast van vliegtuigen aan en gaan schoner vliegen. Om de overlast voor omwonenden van Schiphol terug te dringen, zorgen we ervoor dat er een nachtsluiting komt. We zetten ons in om Europees de bijmengverplichting voor biobrandstoffen te verhogen. Zo verduurzamen we de luchtvaart, maar houden we een gelijk speelveld. Indien deze bijmengverplichting op Europees niveau niet haalbaar blijkt, gaan we in overleg met de Nederlandse sector om bio- of synthetische kerosine te tanken.

We helpen regionale luchthavens. Regionale luchthavens zijn essentieel voor lokale economieën. Daarom moeten we Lelystad Airport openen, zodat deze luchthaven vluchten over kan nemen van Schiphol. We houden regionale luchthavens goed bereikbaar, zodat vliegen vanuit je eigen regio aantrekkelijker wordt.

We willen betere internationale spoorverbindingen. We zetten Europees in op versterking van het treinnetwerk. Zo kunnen consumenten makkelijker kiezen voor duurzame alternatieven voor korte vluchten. Om meer internationale treinverbindingen aan te jagen, moet het spoorsysteem in open toegang blijven functioneren. Daardoor komen er ook andere vervoerders die internationale treinen gaan rijden en worden prijskaartjes goedkoper. Er komt een Europees ticketsysteem om eenvoudiger je treinkaartje te kopen.

We bouwen supersnelle fietspaden. Tussen grote ov-knooppunten bouwen we grootschalige fietspaden, zodat je eenvoudig van de fiets over kunt stappen op het ov en andersom. Bestaande fietspaden onderhouden we beter.

We maken de reis naar je eindbestemming duurzamer. Het moet mogelijk worden om je vliegkaartje en treinticket in één stap te reserveren. Zo kom je op een duurzamere manier op je eindbestemming.

Een moderne maritieme en logistieke sector

De maritieme sector en logistieke sector zijn onmisbaar voor onze economie en voor ons land. We willen de ruimte bieden zodat onze zeehavens en regionale havens kunnen groeien, maar pakken negatieve effecten aan.

Schoon varen. Om schepen te verduurzamen geven we de binnenvaart en zeevaart meer dan nu toegang tot het Klimaatfonds. Het verbod op varend ontgassen moet op korte termijn gehandhaafd worden. Het is aan provincies om aan de slag te gaan met de ontgassingsinstallaties. De subsidieregelingen voor binnenvaart moeten blijven bestaan. We werken aan goede initiatieven zoals het maritiem masterplan.

Schoon tanken en opladen. We versterken de Clean Energy Hubs. Door in deze tankstations en laadstations te investeren, kan de binnenvaart op een schone manier batterijen opladen en tanken. We breiden dit uit naar zeehavens. Om schepen niet onnodig aan wal hun uitlaatgassen uit te laten stoten, investeren we ook in de havens waar schepen nog geen walstroom kunnen gebruiken.

Goederenvervoer op de weg, spoor en water gaat vlot van A naar B. We blijven ons inzetten om het goederenvervoer zoveel mogelijk te verplaatsen van de weg naar het spoor en het water. Waar knelpunten zijn, gaan we in overleg met de sector. Om schepen ook echt makkelijk over de Nederlandse wateren te laten varen, pakken we storingen van bruggen en sluizen aan. Bij onderhoudswerkzaamheden aan bruggen en tunnels beperken we overlast voor de binnenvaart zoveel mogelijk.

Voorkomen van overlast van spoorgoederenvervoer. Trillingen en geluidshinder zijn gevolgen van spoorgoederenvervoer. Deze overlast beperken we zoveel mogelijk door het spoor hierop aan te passen.

Droge voeten, genoeg drinkwater en veilig zwemmen

Wij willen dat je je geen zorgen hoeft te maken over het water. Of dit nu gaat over het houden van droge voeten, de kwaliteit van het water of de vraag of er genoeg drinkwater is. Het Rijk moet daarom aan de slag om deze zorgen weg te nemen.

 ► De inrichting van Nederland en water. Als we nieuwe wijken, bedrijventerreinen of kantoren bouwen, houden we eerst rekening met de kwaliteit van bodem en water, voordat we hier überhaupt gaan bouwen. Bij de bouw van nieuwe woonwijken moet de ontwikkelaar maatregelen nemen om goed om te gaan met extreme regenval, maar ook met periodes van droogte en hitte.

Droge voeten. De zeespiegel stijgt. We zorgen ervoor dat we uiterlijk 2050 alle dijken en keringen hebben verstevigd, zodat we overstromingen zoveel mogelijk kunnen voorkomen.

Omgaan met extreme regenval en droogte. Een gevolg van de klimaatverandering is dat we vaker te maken krijgen met flinke buien en droogte. Om het overschot aan water goed op te kunnen vangen, zorgen we voor meer ruimte voor onze rivieren en beken. Het overtollig water houden we zo lang mogelijk vast. We maken grondwateronttrekkingen meldingsplichtig en waar water erg schaars is, maken we deze onttrekkingen vergunningsplichtig.

Schoon en fris water. We moeten ons houden aan de Europese regels op het gebied van waterkwaliteit. Dat doen we niet ‘omdat het moet van Brussel’, maar omdat we schoon en veilig van het water gebruik willen blijven maken. Daarom komen we met aanvullende maatregelen om de kwaliteit van ons water te verbeteren. Zo hoeven we ons minder zorgen te maken over drinkwater en kunnen we recreëren op het water.

Voldoende drinkwater voor iedereen. We willen dat je je geen zorgen hoeft te maken over zoiets normaals als drinkwater. We proberen water zoveel mogelijk te hergebruiken en gaan aan de slag met het winnen van nieuwe drinkwatervoorzieningen.

De VVD wil een fijn en betaalbaar dak boven je hoofd.

Iedereen een eigen huis

De VVD wil mensen met een eigen huis helpen, zoveel mogelijk mensen aan een nieuwe woning helpen en de maandlasten drukken.

We werken aan een Kooprechtwet. Elke huurder van een sociale huurwoning krijgt een wettelijk recht om de eigen huurwoning te kopen.

We tornen niet aan de vrijheid om je huis te verkopen. Wij vinden dat je zelf de vrijheid hebt om je huis te verkopen aan wie je wil. Het is jouw huis. We blijven dit recht beschermen.

Betaalbare woonlasten. De hypotheekrenteaftrek helpt mensen om hun huis betaalbaar te houden. De regeling is in de afgelopen jaren versoberd. Wat de VVD betreft wordt de regeling niet verder versoberd, om zekerheid te bieden aan middengroepen. We beperken de stijging van lokale belastingen door een landelijk maximumpercentage per gemeente voor de stijging van de OZB. Om meer starters aan een huis te helpen, gaan we door met het ontwikkelen van een Nationaal Fonds Betaalbare Koopwoningen en we kijken of dit Fonds uitgebreid moet worden.

We werken aan passende hypotheken. Om jongeren te helpen bij het kopen van een huis en de maandlasten naar beneden te brengen, stimuleren we dat meer starters gebruik kunnen maken van een startershypotheek. De mogelijkheden om een hypotheek te krijgen, vergroten we door de studieschuld minder te laten meetellen bij het afsluiten van een hypotheek. Voor zzp’ers komen er meer mogelijkheden om eenvoudiger een hypotheek af te sluiten.

Een goede huurwoning voor een redelijke huur

Het huren van een huis wordt duurder en duurder. Voor die hoge huur krijg je niet altijd een fijne woning terug. Daarom moeten we flink wat huurwoningen toevoegen, huurwoningen verbeteren en meer op de rem trappen bij de huurprijsstijging.

We bouwen meer nieuwe huurwoningen. Door het afschaffen van de verhuurdersheffing hebben woningbouwcorporaties voldoende financiële ruimte om te bouwen. Dat is niet vrijblijvend geweest. We dwingen af dat er ook werkelijk meer sociale huur wordt gebouwd.
Met ontwikkelaars en marktpartijen sluiten we een akkoord om meer middenhuurwoningen te bouwen. We maken het voor particulieren, investeerders en bouwers aantrekkelijk te investeren in middenhuur, door knelpunten die de bouw van middenhuur bemoeilijken, tegen het licht te houden. We zorgen er daarnaast voor dat er voldoende studentenwoningen zijn, bijvoorbeeld door het omvormen van bestaande leegstaande kantoorpanden.

We remmen huurprijsstijging. We beperken de grootste stijgingen van de huren. Daarnaast zijn er complexe regels om de huurprijs te berekenen van een huis voorgesteld. Die willen we vereenvoudigen. Het beperken van de huurstijging moet niet leiden tot minder investeringen in woningen en het beleid hierover moet niet jaar na jaar wijzigen. We zorgen dat het voor kleine verhuurders aantrekkelijk blijft om een huis te verhuren.

We zorgen ervoor dat een huurwoning voor meer mensen bereikbaar wordt. Wij willen dat ook de verpleegkundige, defensiemedewerker of politieagent in de stad of het dorp kan wonen waar hij of zij werkt. Voor diverse maatschappelijke beroepen komt een landelijke voorrangspositie voor huurwoningen.

We bouwen duurzame huurwoningen. We vragen corporaties en verhuurders woningen te verduurzamen. Iedereen die in een slecht-geïsoleerde huurwoning woont, kan hier melding van maken bij de gemeente. De gemeente verplicht verhuurders een maandelijkse huurkorting te geven, totdat maatregelen zijn genomen de woning te isoleren.

We pakken scheefhuur aan. Er komt een jaarlijkse inkomenstoets voor sociale huurwoningen om te zien of de gevraagde sociale huur nog gepast is. Mensen die een te hoog inkomen hebben, betalen een hogere huur tot de marktconforme huur. Zo gaan de woningen naar de mensen die deze het hardst nodig hebben.

We beschermen weeskinderen. Weeskinderen krijgen het recht om na het overlijden van hun ouders in de huurwoning te blijven wonen. Het wordt verboden voor corporaties om weeskinderen uit de sociale huurwoning te plaatsen.

We pakken malafide huisjesmelkers aan. De Wet goed verhuurderschap biedt gemeenten de mogelijkheid foute huisjesmelkers aan te pakken. We helpen gemeenten deze wet in de praktijk te brengen en ondersteunen waar dat nodig is. Verhuurders die huurders intimideren of doelbewust overbewoning mogelijk maken straffen we harder.

Meer bouwen

Wij willen honderdduizenden nieuwe huizen bouwen, zodat fijn en betaalbaar wonen weer voor iedereen bereikbaar wordt. Dat betekent dat we tientallen wijken aan Nederland moeten toevoegen.

We gaan bouwen. De VVD wil dat er overal meer woningen bijkomen. Koopwoningen, middenhuurwoningen en sociale huur. We kijken daarbij speciaal naar plekken rond al bestaande hoogwaardige infrastructuur. We willen dat de overheid bijdraagt om zoveel mogelijk te kunnen bouwen. We willen daarom dat de overheid meer regie neemt in de woningmarkt, en zorgt dat er zoveel mogelijk huizen worden gebouwd. De Rijksoverheid wijst locaties aan om te bouwen, als dat gemeentelijk niet gebeurt. Ten slotte zorgen we ervoor dat hoogwaardige flexwoningen ook door gemeentes worden afgenomen.

We sluiten een Bouwakkoord. Er komt een plan voor de inrichting van Nederland. Op basis van dit plan sluiten we een Bouwakkoord met bouwers, woningbouwcorporaties en provincies. Hierdoor worden in ieder geval tientallen nieuwe grootschalige wijken gebouwd. Deze afspraken worden afdwingbaar. We trekken lessen uit de tijd toen Vinex-wijken uit de grond werden gestampt. Op lokaal niveau worden zogenaamde combi-deals gesloten met de gemeenten over slim ruimtegebruik. Hierin is ook oog voor economische activiteiten.

We bouwen buitenstedelijk en binnenstedelijk. We blijven doorgaan met het bouwen van huizen binnen de grenzen van steden en dorpen. Als dat niet kan, gaan we bouwen aan de randen van steden om goedkoper en sneller meer woningbouw te kunnen realiseren. Natuur en woningbouw horen geen tegenpolen te zijn. We zorgen ervoor dat natuur een plek krijgt in de wijken.

We bouwen meer betaalbare koopwoningen in de grote steden. De grote steden hebben in het verleden de focus gelegd op de bouw van sociale huurwoningen. Om gezinnen en middeninkomens een kans te geven om de steden te blijven wonen, bouwen we vooral betaalbare koopwoningen in de grote steden.

Geld voor de bouw van huizen. De woningbouwimpuls wordt zodanig omgebouwd dat de bouw van deze wijken van de grond komt en de bouw van voldoende betaalbare huizen rendabel wordt. Door de hervorming van de woningbouwimpuls geven we de starters de kans om een eigen huis te kopen. Om woningbouw op braakliggende gronden voorruit te helpen, geven we gemeenten de mogelijkheid van een nieuw OZB-tarief voor vermijdbare braakliggende gronden.

We zetten een mes in procedures en regels. Zo moet het bijvoorbeeld makkelijker worden om microwoningen te bouwen in je achtertuin. Regels die gemeentelijk kunnen worden gesteld, moeten zoveel mogelijk gelijk zijn aan elkaar. Bij kleine bouwprojecten komt er maar weinig stikstof vrij. Wij willen kleine bouwprojecten helpen bij het verkrijgen van vergunningen. We verminderen de administratieve lasten.

We bouwen schoner en sneller. De huizen die we bouwen moeten op een snelle en schone manier worden gebouwd. Daarom gaan we meer woningen fabrieksmatig produceren. Hierdoor komt er ook minder stikstof vrij bij de bouw van huizen. Bovendien wordt het bouwen van huizen hierdoor goedkoper. Ook stimuleren we het gebruik van biobased bouwmaterialen.

We bouwen huizen waar zestigplussers willen wonen en zorgen voor doorstroming. Een zestiger, zeventiger of tachtiger die verhuist vanuit een grote eengezinswoning, brengt als gevolg van zijn verhuizing meer verhuisbewegingen op gang en maakt huizen vrij voor gezinnen en starters. Om mensen meer vrijheid te geven en nog meer huizen vrij te maken, staan we permanente bewoning op vakantieparken toe. We komen met een aanpak voor de schaduwkant van de bewoning van vakantieparken. Ten slotte maken we het makkelijker om woningen te splitsen, maar houden oog voor de leefbaarheid van woonwijken.

Wonen zonder zorgen in groene, veilige wijken

Wonen in een fijne, veilige en groene wijk geeft vrijheid. Daarom moet er bij de bouw van nieuwe wijken, maar ook bij het verbeteren van bestaande wijken, aandacht zijn voor de bereikbaarheid, de vergroening en de veiligheid van deze wijken.

Duurzame wijken. Woningeigenaren blijven de vrijheid houden om hun huis al dan niet te verduurzamen. We leggen geen nieuwe verplichtingen op. Wel biedt de overheid de helpende hand. Verduurzaming moet voor iedereen betaalbaar zijn. We ontwikkelen samen met de Nationale Hypotheekgarantie (NHG) en de financiële sector een nieuwe verduurzamingslening. Samen met bewoners worden plannen gemaakt om de huizen te verduurzamen. We maken sommige investeringen in verduurzaming van de eigen woning aftrekbaar van het eigenwoningforfait. We onderzoeken de mogelijkheden om een bespaargarantie in te voeren. Zo wordt de besparing van een investering in een duurzaam product, zoals een warmtepomp, ook echt behaald. We houden oog voor het verduurzamen van monumenten.

Bereikbare wijken. Om makkelijk de wijk uit te komen, onderzoeken we een verplichting voor ontwikkelaars en de overheid om voldoende ov mogelijk te maken. Steeds vaker worden in nieuwbouwprojecten de parkeerplekken wegbezuinigd. Parkeerchaos is hiervan het gevolg. Wij willen dit tegengaan door een landelijke parkeernorm te onderzoeken, waar alleen gemotiveerd van afgeweken kan worden. Zo houden we oog voor maatwerk, bijvoorbeeld bij verzorgingshuizen.

Groene wijken. Wijken horen groen te zijn. We geven buurtbewoners de vrijheid om meer groen om het huis aan te brengen. In nieuwbouwwijken moet rekening gehouden worden met het veranderende klimaat en hittestress. Bij het inrichten van een wijk moet aandacht zijn voor het plaatsen van bomen, groene daken, sloten en beken. Daarom worden gemeenten verplicht te toetsen of er in nieuwbouwwijken voldoende groen wordt toegevoegd en stimuleren we vergroening van bestaande wijken.

Veilige en leefbare wijken. Om wijken veilig te houden verhogen we de straffen op woondelicten. Ook pakken we graffiti aan. Kraken is niets minder dan het stelen van woonruimte en krakers kunnen voor flinke onrust in buurten zorgen. We verhogen de maximumstraffen op kraken en zorgen ervoor dat de schade die krakers toebrengen aan panden volledig wordt terugbetaald aan de eigenaren van de panden. Daarnaast zorgt de Rotterdamwet ervoor dat de leefbaarheid

 in wijken vergroot wordt. We maken het makkelijker voor gemeenten de Rotterdamwet in te voeren. Bij het bouwen en inrichten van wijken houden we rekening met veiligheid.

Mooie wijken. Het gaat niet alleen om de hoeveelheid woningen die we bouwen, maar ook om de kwaliteit van deze woningen en hoe deze huizen eruitzien. Bij nieuwbouw houden we oog voor architectuur en esthetiek. We zorgen ervoor dat wijken een toegevoegde waarde zijn voor steden en dorpen. Tevens zorgen we voor meer functies in nieuwbouwwijken. Denk hierbij aan het bouwen van voldoende sportplekken, horeca, en recreatiegelegenheden. Om verval en verkrotting van leegstaande panden tegen te gaan, krijgt de gemeente de vrijheid om een opslag op de OZB-heffing te doen.

 Een schone toekomst.

 Hoe gaan we om met ons land en onze natuur?

De VVD is trots op ons land. We zijn een van de meest welvarende en vrije landen van de wereld. Tegelijkertijd zien we in ons eigen land en in de wereld dat we te veel druk leggen op onze leefomgeving. We stoten momenteel in Nederland te veel stikstof en broeikasgassen uit waardoor het klimaat en de natuur onder druk staan. Natuur heeft waarde in zichzelf, en in Europa zagen we deze zomer wederom de effecten van klimaatverandering. De stikstofcrisis heeft ons land daarnaast deels op slot gezet. De VVD wil dat we onze verantwoordelijkheid nemen voor onszelf en voor de volgende generaties. Dat betekent dat we onze uitstoot van stikstof en broeikasgassen fors moeten verminderen. Dat kan gelukkig op een manier waarop we Nederland een nog fijnere plek maken om te leven.

Hoe gaan we dat doen? Door te vertrouwen op de kracht van onze burgers en ondernemers. We zullen duidelijke en rechtvaardige regels met elkaar afspreken zodat het helder is wat de route is die we samen gaan afleggen. We zullen ondernemers en burgers met investeringen helpen om de uitstoot te verlagen. De overheid moet zij-aan-zij met hen gaan staan om samen tot het gewenste resultaat te komen; niet door mensen met een belerend vingertje de les te lezen. Vervolgens vertrouwt de VVD op het ondernemerschap en de innovaties waar Nederlanders mee gaan komen. Dat zit immers in onze aard. We willen dat de vervuiler betaalt en het financieel loont om te verduurzamen. Mensen gaan profiteren van hun goed-geïsoleerde woning waarin de stookkosten laag zijn. Zodat er dus geld over blijft voor andere, leukere dingen.

We vernieuwen onze energievoorziening waarbij kernenergie een grote rol zal spelen en we niet meer afhankelijk zijn van de grillen van onvrije landen. Ondernemers gaan profiteren van deze schone en betaalbare energievoorziening, nieuwe verdienmodellen en een gelijk speelveld. We gaan grotendeels elektrisch rijden en onze schepen en vliegtuigen gaan over op schone brandstoffen. En we bouwen aan een sterke, innovatieve agrarische sector die juist samenwerkt met de natuur. Zo kunnen ze allebei floreren in ons mooie land.

We moeten ons niet wijs laten maken dat economische groei en vergroening niet samen kunnen gaan. Dat kan namelijk wel. Dat bewijzen we immers al tientallen jaren. Nederland wordt steeds schoner. We hoeven onze ondernemers niet weg te pesten of autorijden onbetaalbaar te maken. We hoeven de belastingen niet sterk te verhogen of vliegen te verbieden. Dat is niet de juiste manier en zal er niet voor zorgen dat we onze doelen halen. De rest van de wereld zal deze route van economische krimp nooit gaan volgen.

We kunnen als Nederland juist een voorbeeldrol vervullen door te laten zien dat welvaart hand in hand kan gaan met respect voor de natuur en het klimaat. En we gaan er in de toekomst ook nog eens geld aan verdienen. Zo maken we Nederland weer een stukje beter.

 De VVD wil een schone toekomst.

Ambitieus en realistisch klimaatbeleid

De VVD wil dat we in een mooi en schoon land leven. En dat toekomstige generaties dat ook kunnen. Daar gaan we voor zorgen door ambitieus en realistisch klimaatbeleid te voeren.

We gaan klimaatverandering ambitieus tegen. We houden vast aan minstens 55% CO₂- reductie in 2030 en 100% CO₂-reductie in 2050 zoals vastgelegd in de Klimaatwet. We kiezen daarbij voor de meest effectieve manier en zijn niet dogmatisch in welke sector de reductie plaats moet vinden.

We zetten in op een streefdoel in 2040 van 85% CO₂-reductie. Om klimaatneutraal te zijn in 2050 zijn een ambitieus tussendoel en duidelijkheid nodig voor sectoren in 2040, zodat maatregelen en investeringen op tijd worden genomen.

We zetten het klimaatfonds verstandig in. Door het klimaatfonds goed in te zetten blijft de energietransitie haalbaar en betaalbaar voor huishoudens en het mkb. Zo investeren we vanuit het klimaatfonds ook in nieuwe kerncentrales en een schone en slimme industrie.

We gaan internationaal klimaatverandering tegen. De VVD wil maatregelen bij voorkeur Europees nemen, omdat dit effectiever is dan alleen nationaal beleid en het zorgt voor een gelijk speelveld in de EU. De VVD wil minder overlappende maatregelen die in de praktijk tot meer complexiteit en kosten leiden. Er moet ook meer aandacht komen voor de nationale uitvoerbaarheid van specifieke maatregelen. We breiden de CO₂-grensheffing (CBAM) waar mogelijk uit naar meer sectoren, om een gelijk speelveld tussen Europese bedrijven en de rest van de wereld te houden.

We zorgen voor een elektriciteitssector zonder CO₂-uitstoot in 2035. Hierbij zetten we in op tenminste vier grote kerncentrales en de bouw van meerdere kleine kerncentrales.

Ambities die stevig en realistisch zijn. Nederland kan op delen van het klimaatbeleid koploper zijn, als dit onze economie en verdienvermogen versterkt. Daarbij voorkomen we dat industrieën en banen verdwijnen naar andere (EU-)landen en houden we tegelijk oog voor de uitvoerbaarheid en kosten voor burgers.

We zetten in op klimaatadaptatie. Naast ons ambitieuze klimaatbeleid bereiden we ons ook voor op de gevolgen van klimaatverandering.

Nederland meer energie-onafhankelijk.

We zetten in op meer energie-onafhankelijkheid, zowel nationaal als Europees. Goedkope energie helpt daarbij ook om onze energierekening laag te houden en ons vestigingsklimaat voor mkb en grote bedrijven te versterken.

We gaan meer eigen energie produceren. We zetten in op extra windenergie op zee gekoppeld aan waterstofproductie, nieuwe kerncentrales en versterking van het stroomnet met onder andere batterijtechnologie. Zo halen we de doelen om zelf meer schone energie te produceren. We zetten hierbij ook in op innovatieve technieken die voor meer energiebesparing zorgen.

We zorgen dat we niet te afhankelijk worden van energie uit onvrije landen. Het is misschien op korte termijn iets duurder, maar het verdient zich op lange termijn zeker terug. Zo zijn we niet chantabel op energiegebied, maar is het energiewapen voor onvrije landen ook niet te gebruiken om ons op andere terreinen te chanteren.

We zetten in op lokale productie van duurzame producten. We moeten voorkomen dat we voor alle duurzame technologieën van het buitenland afhankelijk worden en blijven. Daarom stimuleren we innovatie op deze technieken en zorgen we ervoor dat er productielocaties in Nederland of de EU komen. Ook maken we beleid om te voorkomen dat duurzame aardmetalen die eenmaal in Nederland in producten zijn beland, hier nog weggaan.

We zorgen dat we onze grondstoffen op orde hebben. We voeren actief beleid om raffinage van aardmetalen, zoals lithium, naar Nederland te halen. Wij hebben een perfecte ligging aan zee en logistiek netwerk voor het efficiënt raffineren van dit soort metalen. Daar moeten we gebruik van maken.

 ► We leggen strategische reserves aan. Gasreserves hebben de afgelopen winter hun waarde bewezen en zullen dat de komende winters ook nog doen. Daarom gaan we dit beleid ook opzetten voor waterstof en aardmetalen, zodat onze economie kan doordraaien als we gechanteerd worden door onvrije landen.

We gaan aan de slag met moderne en veilige kerncentrales

Kernenergie is onmisbaar in een klimaatneutrale samenleving. Daarom zetten we de huidige plannen door en gaan we volop door met het bouwen van nog meer kerncentrales.

We gaan vooroplopen in kernenergie. We zetten de bouw van de twee grote kerncentrales door. Maar om volledig schone en betrouwbare elektriciteit te produceren zorgen we ervoor dat we zo snel mogelijk op vier grote kerncentrales inzetten. Daarnaast gaan we ook locaties en plannen ontwikkelen voor extra kerncentrales richting 2050. De overheid kan door publiek- private partnerschappen bijdragen aan de realisatie van nieuwe kerncentrales in Nederland en faciliteert dit via een staatsdeelneming.

We houden de kerncentrale in Borssele open. We verlengen de levensduur van de bestaande kerncentrale in Borssele. Deze centrale zou moeten sluiten in 2033, maar kan nog jaren CO₂- vrije elektriciteit leveren.

We zetten in op kleine kerncentrales. Small Modular Reactors (SMR’s) zijn onderdeel van een nieuwe ontwikkeling die een rol kan spelen in de verduurzaming van verder landinwaarts gelegen gebieden en de industrie. De overheid moet daarom ook alle noodzakelijke randvoorwaarden creëren voor SMR’s om gebouwd te kunnen worden in Nederland. We doen alle noodzakelijke onderzoeken om SMR’s in Nederland mogelijk te maken en we faciliteren de bouw ervan. Dit doen we samen met provincies die hier interesse in hebben.

Versterking en uitbouw van nucleaire kennis en onderzoek. We zorgen ervoor dat er onder andere bij toezichthouders en vergunningverleners voldoende kennis aanwezig is over nucleaire energie. Ook zetten we op universiteiten en hogescholen onderzoeksprogramma’s op. We investeren ook in nieuwe innovatieve technieken als thorium.

Een schone toekomst

We kiezen met overtuiging voor een duurzame toekomst. Die ambitie gaan we waarmaken met liberale klimaatvoorstellen.

We versnellen de uitbreiding van het elektriciteitsnet. Daarvoor maken we gebruik van de mogelijkheden van de Crisis- en herstelwet. Ten tweede gaan we waar mogelijk en verstandig, nationaalmaatschappelijk prioriteren zodat de schaarse ruimte zo goed mogelijk wordt benut. Ten derde vergroten we de regie van de overheid op de locaties en aansluiting voor zon- en windenergie, waterstofproductie en vormen van energieopslag zodat het elektriciteitsnet maximaal wordt ontlast. Tot slot geven we ondernemers meer opties om zelf een aansluiting te regelen of om, al dan niet in groepsverband, tegen betaling minder elektriciteit te gaan verbruiken als er te weinig transportcapaciteit is. Daarmee maken we van het ontlasten van het stroomnet een verdienmodel.

We zetten de groene industriepolitiek door. We zullen in de toekomst nog industrie in Nederland nodig hebben, maar we willen dat deze schoon en duurzaam is. We zetten daarom de maatwerkafspraken door en breiden ze waar mogelijk uit. We hebben immers liever groene bedrijven hier, dan grijze bedrijven elders. Om zeker te zijn dat de reductie in de industrie behaald wordt, verlengen we de marginale CO₂-heffing tot 2040. Daarbij stellen we als voorwaarde dat de infrastructuur op tijd gereed is. Ook met sectoren binnen het zogenaamde zesde cluster maken we bindende afspraken over hoe zij gaan verduurzamen, naar voorbeeld van de glastuinbouw.

CO₂-opslag en -hergebruik spelen een onmisbare rol in de klimaatdoelen tot 2030 en erna. Het opvangen van CO₂ en het onder de grond stoppen ervan of hergebruiken ervan is cruciaal om de klimaatdoelen te halen. Niet alleen om emissies uit de industrie te verminderen, maar ook om bijvoorbeeld blauwe waterstof mogelijk te maken. We blijven de rol van CO₂- opslag en -hergebruik voorlopig dus doorzetten. We zetten in op negatieve emissies om de reductiedoelen te halen door middel van de realisatie van één elektriciteitscentrale met negatieve emissies in Nederland. Hierbij zijn we streng op duurzaamheidskaders. We laten het plafond voor CO₂-opslag in de SDE++ los.

We zorgen ervoor dat de lucht- en scheepvaart ook verduurzamen. Zo schaffen we de belastingvrijstelling voor lucht- en scheepvaartbrandstoffen in Europees verband af en zetten we ons in voor een Europese kerosinebelasting. Mocht dat niet lukken, dan doen we dat met onze buurlanden. In ieder geval houden we de sectoren aan de ambitieuze afspraken die gemaakt zijn.

We gaan voortvarend aan de slag met de benodigde duurzame infrastructuur. Projecten als de waterstofbackbone en Delta Rhine Corridor leggen we zo snel mogelijk aan, zodat bedrijven voorzien kunnen worden van duurzame energie.

We stoppen met de gaswinning in Groningen. Daarmee zetten we het beleid dat onder Rutte III is ingezet, door. De schade- en versterkingsoperaties lopen nu nog niet snel genoeg. Daarom blijven we constant manieren zoeken om de schade- en versterkingsoperatie te verbeteren.

We stimuleren zonne-energie bij huishoudens en ondernemers. We zorgen dat het aantrekkelijk blijft voor huishoudens en ondernemers om zonnepanelen op je eigen dak te leggen. We leggen zoveel mogelijk zonnepanelen op daken van huizen en industriële gebouwen. Ook integreren we zonnepanelen binnen windparken op zee. Op die manier worden elektriciteitskabels vanaf zee meer benut.

We zetten in op meer windenergie op zee in 2040. In 2031 is er momenteel 21GW aan Wind op Zee gepland. Om die ontwikkeling door te trekken zullen we nu plannen moeten maken voor 2040. Een deel van deze capaciteit wordt gebruikt om groene waterstof te maken. Dit doen we zowel op land als op waterstofhubs in de Noordzee. Daarbij hebben we het doel van 6 tot 8 GW elektrolysecapaciteit in 2032.

We stimuleren geothermie. Geothermie is een duurzame bron van energie die continue warmte kan genereren. Ideaal voor de verduurzaming in de glastuinbouwsector, maar ook als input voor warmtenetten.

We betrekken bewoners bij duurzame energie. Inwoners weten immers zelf het beste waar in hun regio ruimte is voor wind- en zonne-energie. Wel voeren we heldere afstandsnormen in voor Wind op Land, zodat het draagvlak voor windenergie blijft. We maken het makkelijker om energiecoöperaties te starten. Dit doen we door wet- en regelgeving eenvoudiger te maken. Door energiecoöperaties op te zetten komt er meer draagvlak voor lokale energie.

Mijnbouw in Nederland kan, maar de omgeving profiteert mee. Het eerlijke verhaal is dat mijnbouw in de toekomst nodig zal blijven. Bij nieuwe mijnbouwprojecten voor bijvoorbeeld zout of duurzame aardmetalen, zorgen we ervoor dat de regio meeprofiteert van de voordelen. Zo komt er een eerlijke balans tussen lusten en lasten.

We versnellen de veilige gaswinning op de Noordzee. Daarmee worden we onafhankelijker van Poetin en wordt onze energierekening lager. In de toekomst kan dit gas omgezet worden in blauwe waterstof. We erkennen blauwe waterstof als belangrijke transitieoplossing en zetten in op een langetermijncontract met Noorwegen dat in de jaren 2030 overgaat op groene waterstof.

We normeren afvalverbrandingsinstallaties op hun uitstoot. Aangezien deze centrales ook groenafval verbranden, worden hier ook negatieve emissies gerealiseerd. Deze negatieve emissies zijn nodig in een klimaat neutrale samenleving.

We maken ecologisch verantwoord beleid voor diepzeemijnbouw. Hier liggen grote kansen voor de winning van schaarse aardmetalen, maar dit moet wel gebeuren met hoge ecologische standaarden.

We helpen de glastuinbouw verduurzamen. De glastuinbouwsector heeft de ambitie om in 2040 klimaatneutraal te zijn. De overheid zorgt ervoor dat de randvoorwaarden hiervoor verwezenlijkt worden en in ruil daarvoor houden we de sector via een CO₂-sectorsysteem aan hun zelfopgelegde doelen.

Een lagere energierekening

Een lage energierekening is belangrijk. Niemand wil namelijk een groot deel van zijn of haar maandsalaris uitgeven aan energiekosten. Daarom voert de VVD actief beleid om de energierekening zo laag mogelijk te houden.

We gaan de energiebelasting verlagen. Om te zorgen dat iedereen de energietransitie kan meemaken verlagen we de belasting op de energierekening.

We verkennen een noodknop voor hoge energieprijzen. Vanwege de energiecrisis houden we de optie voor een verlenging van het prijsplafond open. Daarbij wordt ook de optie van een ‘slapend energieplafond’ bekeken, die alleen in werking treedt als de prijzen te hard stijgen of in een crisis. We doen dit alleen gericht en verstandig. We versterken het toezicht van de ACM voor burgers en bedrijven.

We toetsen al het klimaatbeleid op kosten. Het eerlijke verhaal is dat sommige kosten op korte termijn zullen stijgen, bijvoorbeeld omdat we niet meer afhankelijk willen zijn van Poetin. Voorkomen dat de prijzen stijgen lukt niet altijd, het beperken van de prijsstijging is wel een prioriteit. We kunnen Nederland alleen schoon doorgeven als middengroepen en het mkb de transitie mee kunnen maken. We toetsen daarom al het huidige en nieuwe klimaatbeleid op de kosten voor mensen met een laag inkomen, de middenklasse en het mkb. Als klimaatbeleid niet door de toets komt, wordt het gewijzigd of vervangen.

We maken de verduurzaming van huizen zo makkelijk mogelijk. Daarom blijven we inzetten op de praktische weg die we zijn ingeslagen. We zetten in op isolatie, zonnepanelen op het dak, hybride warmtepompen en groen gas. Door deze aanpak blijven de benodigde aanpassingen aan huizen zo beperkt mogelijk. Deze aanpak zetten we ook na 2030 door.

Over de verduurzaming van je eigen huis beslis je zelf. We gaan geen labelsprongen verplichten voor je eigen huis. We willen huiseigenaren wel verleiden om hun huis te verduurzamen.

We helpen de verduurzaming van het mkb. Het mkb is de ruggengraat van onze economie. Daarom ontzorgen we het mkb en zetten we de plannen uit Rutte IV voor een verduurzamingsfonds voor het mkb door.

We helpen huurders. We verplichten de uitfasering van energielabel EFG voor huurhuizen in 2029. Zo wordt de energierekening structureel lager en zitten huurders niet in de kou. Daarmee worden huishoudens met een laag inkomen ook minder gevoelig voor de grillen van de mondiale energiemarkten.

De VVD wil Nederland van het slot halen.

Verlagen van de stikstofuitstoot en versterken van de natuur

Met een duidelijke aanpak zorgen we voor sterke natuur en ontstaat ruimte voor vergunningverlening. Zo blijft Nederland een fijn land om in te wonen, te werken, voedsel te produceren en houden we een sterke natuur en biodiversiteit.

We gaan snel aan de slag met een houdbare en eerlijke stikstofaanpak. De discussie over stikstof is genoeg gepolariseerd. De komende jaren gaan we aan de slag om de stikstofuitstoot te verminderen en ondernemers toekomstperspectief te geven. We kiezen ervoor om de natuur snel te herstellen, en te komen tot een structurele daling van de stikstofuitstoot en neerslag op natuurgebieden.

Resultaat in een realistisch tijdpad. Het is belangrijker om op korte termijn te zorgen voor stikstofreductie, gebiedsgerichte herstel van de natuur en normalisering van de verhoudingen in het land, dan om te verzanden in discussies over doelen en jaartallen. We hanteren de doelstellingen over stikstofreductie in 2035 van de huidige Stikstofwet. Dat doel staat. Maar hoe sneller hoe beter, in het belang van de natuur en slimme, schone groei. Goede ijkpunten zijn daarbij belangrijk.

Alle sectoren dragen bij. De stikstofproblematiek pakken we in samenhang met andere klimaat- en milieuopgaven aan. We maken zo min mogelijk onderscheid tussen economische sectoren zoals de landbouw, mobiliteit en industrie. We sturen op een transparante, eerlijke en juridisch houdbare manier op reductie van uitstoot, stimuleren innovatie en hanteren een realistisch tijdspad waarin de daling gerealiseerd moet worden.

 ► We maken serieus werk van natuurherstel. Natuur is belangrijk voor iedereen in Nederland. Nederland is dichtbevolkt en de ruimte is schaars. Dat vraagt om maatwerk en slim gebruik van ruimte. De draagkracht van bodem, water en lucht is daarbij bepalend. We voeren de afspraken over het Natuurnetwerk Nederland uit en we gaan natuurnetwerken beter met elkaar verbinden. We gaan gebiedsgericht en op basis van onafhankelijke analyses van de Ecologische Autoriteit aan de slag.

We kiezen voor vrijwilligheid en keuzevrijheid als uitgangspunten. Dwingende maatregelen zorgen voor onnodige polarisatie en daarmee vertraging bij het werken aan oplossingen. Daarom zetten we maximaal in op vrijwilligheid, bijvoorbeeld met de lopende beëindigingsregelingen. Met behulp van de grondbank gaan we ook aan de slag met verplaatsingsregelingen. Voor de bedrijven die de meeste stikstofuitstoot veroorzaken zetten we de aanpak met intensieve begeleiding voort, waarbij vrijwillig kan worden gekozen voor deelname. Innovatie, omschakeling, extensivering, verplaatsing en beëindiging spelen daarbij een rol.

We halen de doelen met ondernemerschap. We werken toe naar een marktgebaseerd stelsel om schadelijke stikstofuitstoot te beprijzen. Dat doen we samen met de sector. Dat stelsel moet rechtvaardig, transparant en begrijpelijk zijn, met oog voor het gelijke speelveld, en ondernemers de ruimte geven om zelf te zien hoe het beste stikstof gereduceerd kan worden. Zo stimuleren we verduurzaming, halen we de doelen en kunnen we dwingende maatregelen voorkomen. Bedrijven die hun uitstoot niet verminderen, dragen op termijn meer bij voor hun emissies van ammoniak of stikstofoxiden. We geven ondernemers zelf de ruimte in de landbouw met doelsturing door middel van metingen op bedrijfsniveau en een Afrekenbare Stoffenbalans. Inkomsten vloeien volledig terug naar de agrarische sector en benutten we voor verdere verduurzaming.

Minder modellen, meer meten. We zetten zo snel mogelijk in op bedrijfsspecifieke meetmethodes, zo weet elke ondernemer wat hij uitstoot. We gaan de gebieden in en kijken naar de daadwerkelijke staat van de natuur. We onderzoeken een alternatief voor de kritische depositiewaarde in de wet waarbij de staat van de natuur centraal staat.

We zetten in op stikstofreducerende innovaties. Innovatieve en juridisch houdbare ideeën die een substantiële bijdrage leveren aan de vermindering van de stikstofuitstoot moeten een eerlijke kans krijgen. Boeren, onderwijs, bedrijfsleven en overheden werken hierbij samen. Innovaties die bewezen zijn zetten we snel in.

Opkomen voor de PAS-melders. We blijven ons inzetten om PAS-melders - ondernemers die te goeder trouw en buiten hun schuld om geen geldige vergunning hebben - zo snel als mogelijk te legaliseren. Daarom krijgen zij, net als projecten van nationale veiligheid (zoals defensie en dijkversterking), prioriteit bij vrijkomende stikstofruimte. Uiteindelijk willen we dat elk bedrijf een passende vergunning heeft.

We verbeteren de vergunningverlening. Door vereenvoudiging kunnen natuurvergunningen eenvoudiger en sneller worden aangevraagd en beoordeeld. We willen dat bij extern salderen alleen daadwerkelijk benutte ruimte wordt gebruikt.

We zorgen voor vergroening van onze leefomgeving. We genieten van de natuur en we willen dat economische activiteiten in balans zijn met de natuur. Dat doen we niet door een hek om natuurgebieden te zetten, maar juist door kansen te zien waarbij natuur en economie elkaar kunnen versterken. Bedrijven, overheden en ondernemers krijgen de ruimte om goede en innovatieve ideeën voor vergroening uit te werken. Daarmee dragen ze bij aan een gezonde leefomgeving, nieuwe verdienmodellen, hittebestendigheid van onze steden en klimaatadaptatie.

We moderniseren onze natuurwetgeving. Het klimaat verandert en de natuur verandert mee. De verplichtingen rondom Natura2000-gebieden zijn niet toegespitst op de dynamiek van de natuur. We maken het in Brussel bespreekbaar om op termijn Natura2000-gebieden anders in te delen. Het uitgangspunt daarbij is geen kleiner, maar robuuster natuurareaal.

We zorgen voor effectief en actief natuurbeheer. Dat is nodig voor bescherming van onze inheemse biodiversiteit en ter voorkoming van schade en grote natuurbranden. Boeren krijgen de kans om hun verdienmodel te versterken met agrarische natuur en landschapsbeheer. Jagers spelen een belangrijke rol, daarom vernieuwen we wetgeving zodat de staat van een diersoort regionaal wordt bepaald en ontwikkelen we een nieuw telprotocol. Exoten zoals de Amerikaanse rivierkreeft worden bestreden. We stimuleren weidevogelbeheer door boeren, waarvan de grutto als nationale vogel het symbool is.

Versterken van het platteland. Mede als gevolg van de stikstofaanpak staan er grote veranderingen voor het platteland op stapel. Zowel ruimtelijk als sociaal. Samen met de medeoverheden is het van groot belang dat bij de vervolgaanpak stikstof hier nadrukkelijk aandacht aan wordt gegeven.

We beschermen de natuur tegen criminelen. Drugsdumpingen in de natuur moeten voorkomen worden. We moeten de pakkans van drugcriminelen vergroten. Politie en groene boa’s krijgen de juiste middelen en ondersteuning om toezicht te houden en in te kunnen grijpen.

Stimuleren van een innovatieve voedselproductie

Onze agrofoodsector staat internationaal bekend om zijn kennis en innovatiekracht. Dat biedt kansen voor het ontwikkelen van een efficiënte en duurzame voedselproductie.

Nieuwe innovaties bieden kansen voor de toekomst van onze voedselproductie. We blijven vooroplopen in Europa om nieuwe, duurzame vormen van voedselproductie te stimuleren, zoals kweekvlees, precisiefermentatie en nieuwe veredelingstechnieken als CRISPR-Cas. Met gebruik van moderne middelen, weerbare teeltsystemen en technologieën krijgen planten en dieren de juiste behandeling op het juiste moment. Daarmee kunnen we de efficiëntie in de landbouw verbeteren.

We steunen onze innovatieve voedselsectoren. We blijven ons inzetten dat sectoren zoals de tuinbouw, de visserij en andere innovatieve sectoren voorop kunnen blijven lopen en voedsel van wereldkwaliteit kunnen blijven produceren.

De EU geeft ruimte voor de innovatiekracht en het ondernemerschap van onze boeren, tuinders en vissers. Het Europese beleid mag geen rem zetten op de verduurzaming van onze voedselproductie, maar moet gericht zijn op het stimuleren van innovatie, efficiëntie en duurzaamheid. De Nederlandse agrofoodsector kan koploper zijn in de verduurzaming.

We zetten in op toelating van groene gewasbeschermingsmiddelen. Gewasbescherming is belangrijk voor het effectief bestrijden van plagen en ziekten en daarmee het voorkomen van misoogsten. We maken werk van versnelde ontwikkeling, goedkeuring en toelating van groene, nieuwe middelen met een kleine milieu-impact, zodat chemie kan worden teruggedrongen. Ook willen wij dat de EU toestemming geeft voor het gebruik van kunstmestvervangers.

Een schoon milieu

De VVD wil dat we in een schoon land leven. Daarom gaan we milieuregels aanscherpen. Daarbij houden we oog voor ondernemers.

We zorgen ervoor dat we meer spullen gaan hergebruiken. We houden vast aan het doel van 50% circulariteit in 2030 en 100% circulariteit in 2050. Zo zorgen we ervoor dat de hoeveelheid grondstoffen die we in Nederland gebruiken afneemt.

We voorkomen dat schadelijke stoffen ons (oppervlakte-)water vervuilen. Daarom zetten we in op bronaanpak: alle vervuilende stoffen zoals medicijnresten, microplastics, bestrijdingsmiddelen en andere zeer zorgwekkende stoffen moeten zo veel mogelijk uit het water geweerd worden, zowel in Nederland als binnen Europa. Dat betekent strenge regels en strenger handhaven. We versterken de samenwerking tussen omgevingsdiensten. Zo versterken we het toezicht op bedrijven en worden we strenger voor bedrijven die zich niet aan de wet houden.

We werken samen in Europa om het milieu te verbeteren. Lucht en fijnstoffen stoppen niet bij onze landsgrenzen. Ook zorgen we voor een schone bodem door het gebruik van gevaarlijke stoffen zoals PFAS zoveel mogelijk terug te dringen. Door dit Europees op te lossen houden we een gelijk speelveld.

We stimuleren circulariteit. Hoe meer we circulair produceren stimuleren, hoe minder afval er in het milieu belandt. Ook zorgen we er daarmee voor dat minder nieuwe grondstoffen nodig zijn. Dit doen we bijvoorbeeld door het stimuleren van biobased bouwen, circulair slopen en een bijmengverplichting voor bio- en gerecyclede plastics. Ook geven we circulariteit een grotere plaats in aanbestedingen.

Verbeteren van dierenwelzijn

Wij vinden dierenwelzijn voorwaardelijk voor het houden van dieren. Daarom willen wij onnodig dierenleed voorkomen en duidelijke kaders stellen.

We pakken dierenmishandeling hard aan. Onder andere door middel van een levenslang houdverbod voor dierenmishandelaars, door het hoger straffen en door het tegengaan van illegale handel. Ook verbeteren we de informatie-uitwisseling tussen de verschillende instanties en de politie, zodat zij effectiever toezicht houden en gerichter hulp kunnen bieden.

Er komt scherp toezicht op slachthuizen. De standaard ligt in Nederland hoog, maar misstanden moeten aangepakt worden. Naast controle op locatie, moet de toezichthouder via direct uitleesbare camerabewaking mee kunnen kijken. Artificiële intelligentie kan hierbij een rol spelen. Bij herhaaldelijke misstanden wordt een bedrijf gesloten, bij buitensporige incidenten gebeurt dit meteen. De intensieve veehouderij zet aanvullende stappen op het gebied van dierenwelzijn.

Baasjes dragen verantwoordelijkheid voor het welzijn van hun huisdier. We willen een verbod op de handel en verkoop van dieren met schadelijke uiterlijke kenmerken. Ook willen wij kwaliteitscriteria voor fokkers. De huis- en hobbydierenlijst voor zoogdieren, ofwel de positieflijst, kan door nieuwe inzichten en met de juiste wetenschappelijke onderbouwing aangepast worden. Er komt ook een positieflijst voor vogels en reptielen. Het aantal bijtincidenten door agressieve risicohonden gaan we aanpakken en deze bijhouden in een landelijk registratiesysteem.

Het aantal dierproeven brengen we omlaag. Door ontwikkeling van proefdiervrije onderzoeksmethoden en innovatieve alternatieven hoeven dierproeven niet meer de norm te zijn. Deze zetten we alleen nog in als dit de enige manier is om een verbetering van de volksgezondheid te bewerkstelligen.

Vaccinatie is belangrijk om de kwetsbaarheid voor vogelgriep te verkleinen. De recente uitbraak is zorgelijk. Daarom maken we werk van grootschalige vaccinatie in de pluimveehouderij. Monitoring en wildbeheer spelen ook een belangrijke rol. Europese handelsbelemmeringen nemen we weg zodat preventieve vaccinatie de norm wordt.

 Zorg met gezond verstand.

 Hoe zorgen we voor kwaliteit van leven en zorg?

Als je ziek bent en je hebt zorg nodig dan moet je die kunnen krijgen in Nederland. Op tijd, de juiste zorg en voor iedereen betaalbaar. Dat is wat de VVD wil en dat zal ook onze missie zijn de komende jaren. In ons land heb je een heel goede kans dat je geneest, of, als het chronisch is, met een aandoening kunt (leren) leven. Daar zetten duizenden zorgprofessionals zich elke dag voor in. We doen met zijn allen een groot beroep op de zorg en daarmee op zorgmedewerkers. Dat is begrijpelijk, maar wordt steeds moeilijker vol te houden. Want onze samenleving vergrijst, met als dubbel effect dat de vraag naar de zorg toe- en het beschikbare personeel afneemt. Dit heeft nu al merkbare consequenties. Het personeelstekort in de zorg is nu hoog, en dat wordt alleen maar hoger. Dat gaat niet. Dit dwingt ons niet alleen om keuzes te maken in wat we nog wel en niet meer van de zorg vragen, maar ook om de zorg beter te organiseren om de medewerkers te ontlasten. Als we dat niet doen, wordt steeds minder personeel over een steeds grotere zorgvraag uitgesmeerd - en dan wordt de zorg in rap tempo wankel en volstrekt onbetaalbaar. Maar er is een weg vooruit.

Al een paar jaar werken we aan het beter toerusten van de patiënt om samen met de zorgverlener te beslissen over welke behandeling het beste past. Dat kan ook het besluit zijn een bepaalde behandeling niet (meer) te doen. Daarvoor moet er ook voldoende informatie en ondersteuning voor de patiënt zijn om te kunnen beslissen. Hiervoor de tijd nemen, leidt tot betere beslissingen, minder overbehandeling en veel minder problemen daarna. Passende zorg is wat we iedere patiënt gunnen en daar moeten we de zorg op inrichten. Ook veel oudere mensen hebben vaak meer baat bij betere ondersteuning, die ze helpt om mee te blijven doen in de samenleving, te leren omgaan met beperkingen en niet te vereenzamen, dan bij een herhaalbezoek aan de dokter die het ook niet kan oplossen. Er zijn goede voorbeelden van nieuwe woonvormen, waar mensen naast goede begeleiding elkáár hebben. Ze voelen zich minder eenzaam, veilig, geborgen en kunnen ook elkaar met raad en daad ondersteunen. Dit soort - even nieuwe als geruststellend klassieke - manieren om kwaliteit van leven voorop te stellen moeten met voorrang worden ontwikkeld en op schaal mogelijk gemaakt.

Door dit alles heen speelt, dat de VVD wil dat medewerkers zoveel mogelijk van hun tijd kunnen besteden aan die dingen in het directe patiëntcontact die alleen zij kunnen. De persoonlijke aandacht voor de patiënt moet groter worden in plaats van kleiner. Met minder zorgmedewerkers zal je daarom echt moeten ingrijpen. Er valt vooral ontzettend veel winst te behalen met de inzet van digitalisering, technologie, artificial intelligence, data en data-analyse. Dat begint natuurlijk met het verlichten van administratief werk, het ontlasten in het logistieke werk en het vergemakkelijken van contact met patiënten. Het werkplezier gaat daarmee omhoog, omdat de medewerker wordt ontlast. Er is nu al heel veel mogelijk, maar te vaak en te veel is digitalisering of automatisering, het gebruik van data of AI, nog iets dat er een beetje bij gedaan wordt. Dat moet echt veranderen. Geen pilots en proeftuinen meer, we weten inmiddels wel dat het kan. Nu moeten we het gaan doen.

Dit alles vraagt ook om veranderingen in de organisatie van de zorg. Laten we onze tijd niet verdoen aan stelseldiscussies, maar praktische verbeteringen doorvoeren. Verbeteringen die erop zijn gericht om de zorg betrouwbaar en beschikbaar te houden voor iedereen die het echt nodig heeft. Geen tijd te verliezen. We moeten daar komende jaren met prioriteit mee aan de slag.

De VVD wil een gezond, fit en weerbaar Nederland.

Kwaliteit van leven voorop

Gezondheid, kwaliteit van leven en zelfredzaamheid zijn belangrijk. Medische oplossingen kunnen bijdragen, maar je omgeving, je werk, je woning zijn minstens zo belangrijk. Samenwerking tussen iedereen die bijdraagt moet daarom gemakkelijker worden.

Kwaliteit van leven en zorg. Als je gezondheid je in de steek laat, willen we dat je zorg krijgt die aantoonbaar bijdraagt aan jouw kwaliteit van leven en functioneren, waarover je samen met je zorgverlener hebt beslist. Samen beslissen over passende zorg. Daarbij moet breder gekeken worden dan door de bril van zorg alleen. Zeker in het geval van chronische ziekten en gebreken die komen met het ouder worden. Als zorg niet bijdraagt of niet past binnen de wensen van de patiënt, doen we het niet.

We starten het nationale zorggesprek. In de zorg staan we voor grote uitdagingen. Onze samenleving wordt ouder, de vraag naar zorg stijgt, en de tekorten aan zorgpersoneel nemen toe. We gaan met de samenleving in gesprek over de keuzes die we (moeten) maken om deze uitdagingen het hoofd te bieden. Denk bijvoorbeeld aan de beste manier om de ouderenzorg te organiseren.

Versterken van de zorg. We gaan door met de afspraken die we hebben gemaakt om de zorg te versterken. Van (ziekenhuis)zorg tot ondersteuning vanuit gemeenten en daarbuiten moet er samengewerkt worden, dichtbij de patiënt. Zorg moet makkelijk thuis of dichtbij georganiseerd kunnen worden zonder vast te draaien in wetten en regels. Daarbij hoort ook het digitaal aanbieden van zorgdiensten, zodat mensen daarvoor kunnen kiezen. Tegenwerkende financiële prikkels pakken we aan.

Kwaliteit van zorg en wonen. Mensen willen zo lang mogelijk zelfstandig en met kwaliteit van leven kunnen blijven wonen. Daar investeren we in. En we geven prioriteit aan meer woningen en woonvormen zoals hofjes, waar mensen zelfstandig, of in nabijheid van elkaar met hulp van zorg en ondersteuning, oud kunnen worden. Waar rekening gehouden wordt met woonwensen, slimme snufjes het woonplezier vergroten en huishoudelijke taken makkelijker maken. Ook de omgeving bepaalt het woonplezier, zoals voorzieningen waar mensen hun vrije tijd kunnen delen en winkelbuurten. Gemeenten en corporaties maken hierover afspraken. Niet voor iedereen is zelfstandig wonen met zorg mogelijk. Als je echt bent aangewezen op intensieve zorg, dan wil je dat er een plek voor je is in een fijn verpleeghuis, met de beste kwaliteit van zorg. Voor deze mensen houden we plekken beschikbaar.

Kwaliteit van zorg voor vrouwen verbeteren. Symptomen van bepaalde ziektes zijn anders bij vrouwen dan bij mannen, dat geldt ook voor verloop van ziekten. Medicijnen werken soms anders bij vrouwen dan bij mannen, en zijn veelal getest op mannenlichamen. We hebben behoefte aan een langjarige inhaalslag in onderzoek, het opvullen van de witte vlekken die er zijn in wetenschappelijke kennis, opleidingen en in de spreekkamer. Daarom komt er een ‘Nationale Strategie Vrouwengezondheid’.

Sterke (basis)zorg en ondersteuning dichtbij

Sterke (basis)zorg en ondersteuning dichtbij is een voorwaarde voor kwaliteit van leven en fijn kunnen wonen met eventueel zorg en ondersteuning als dat nodig is.

We versterken de huisarts. We geven de huisarts meer tijd voor patiënten, en bevorderen nauwere samenwerking met ziekenhuizen hierbij. Zo creëren we ruimte voor het goede gesprek en beslissing over behandelplan en voorkomen we onnodig doorverwijzen. Ook willen we dat gemeenten op tijd afspraken maken over goed onderdak voor huisartsen en hebben we aandacht voor regio’s waar een tekort is.

Zorg- en ondersteuningsteam rondom de patiënt. We bevorderen het vormen van netwerken van zorg en ondersteuning rondom mensen, dichtbij huis. Het betrekken van ondersteuning vanuit gemeenten en de eigen omgeving, zoals vrienden, familie of bekenden hoort daar ook bij. Zo kan iemand zoveel mogelijk in de eigen vertrouwde omgeving geholpen worden.

Acute zorg van hoge kwaliteit. We willen in het hele land toegankelijke acute zorg van hoge kwaliteit. We willen dat patiënten sneller en beter op de juiste plek terecht komen, door betere afstemming en inzicht in beschikbare bedden. Als spoedzorg in de regio verandert, dan verwachten we dat zorgaanbieders inhoudelijk reageren op aangedragen bezwaren. We scherpen regelgeving aan.

Gezondheidsgegevens op de juiste plek. We maken het mogelijk dat bij spoedgevallen jouw gegevens direct bij de juiste zorgprofessional beschikbaar zijn. Je moet je gezondheidsgegevens makkelijk kunnen volgen en veilig delen. Dit helpt ook bij het verbeteren van je gezondheid. Gegevens moeten makkelijker en veilig kunnen worden uitgewisseld tussen jou en je zorgverlener en tussen zorgverleners onderling. Privacy is belangrijk, maar moet niet leiden tot situaties waarin het leven van patiënten in gevaar komt. Misbruik van zorggegevens bestraffen we streng.

De beste zorg op de beste plek. Voor een moeilijke behandeling wil je naar het ziekenhuis dat de beste kwaliteit kan leveren. Er komt een landelijk plan voor het organiseren van gespecialiseerde zorg, met oog voor effecten op de inrichting van zorg in de regio. Ook bij zorgbehandelingen die vaak voorkomen staat kwaliteit voorop. Koplopers die de zorg aantoonbaar beter en goedkoper maken, willen we extra belonen door die zorg de norm te maken. Zorgaanbieders verbeteren inzicht in wachtlijsten, zodat mensen naar een plek kunnen waar ze sneller geholpen worden.

De zorgmedewerker van de toekomst

De regie moet terug naar de zorgmedewerker, zodat deze weer de ruimte krijgt voor vakmanschap, om zorg te leveren aan mensen die dit juist zo hard nodig hebben. Dat vereist nieuwe manieren van werken omarmen en een plek geven in het werk.

Minder handen aan het bureau, meer aan het bed. De stappen om regeldruk te verminderen zijn nog lang niet groot genoeg. We nemen landelijk de regie om de zorg stevig te vereenvoudigen, zoals het versimpelen van verantwoordingseisen van verzekeraars en schrappen van dubbele uitvragen door toezichthouders. Digitale zorgdiensten en technologie die de zorg beter inrichten, kwaliteit van leven verbeteren of werk uit handen nemen maken we definitief onderdeel van de zorgverlening. We bevorderen no-showbeleid om het aantal afspraken dat niet nagekomen wordt tegen te gaan.

Verpleegkundigen en verzorgenden versterken. We steunen de ontwikkeling van een aparte arbeidsvoorwaardenregeling voor verpleegkundigen en verzorgenden. Dit verbetert afspraken over salaris, zeggenschap en groeikansen. Ook wordt daarmee werken in verschillende zorgsectoren makkelijker. We versterken de autonomie van verpleegkundigen, stimuleren herverdeling van taken en willen nieuwe instroommogelijkheden bieden voor brede inzetbaarheid van zorgmedewerkers.

Werken in de zorg moet lonen. Mede dankzij de VVD is zeggenschap voor zorgmedewerkers wettelijk vastgelegd. We gaan werkgevers hieraan houden. Vaste zorgmedewerkers die extra willen werken, moeten kunnen reken op een meer-urenbonus. We versterken de afspraken met werkgevers om werken in vaste dienst aantrekkelijker te maken, met uitdagende functies en meer inspraak op roosters. Als er ruimte is voor salarisverhoging, kiezen wij voor de middengroepen. We vernieuwen zorgopleidingen waarbij er meer nadruk komt op werken met werk-ontlastende technologie en aandacht is voor zorgberoepen in de wijk.

Agressie in de zorg de kop indrukken. We willen een landelijke aanpak tegen agressie in de zorg. We willen een taakstrafverbod voor mensen die geweld plegen tegen zorgverleners. Zorgverleners moeten de behandelrelatie met iemand makkelijker kunnen stoppen wanneer er sprake is van geweld, waarbij uiteraard rekening gehouden wordt met gedrag dat hoort bij een aandoening.

Medisch-specialisten nemen verantwoordelijkheid. Medisch-specialisten hebben een verantwoordelijkheid in het werken aan passende zorg en aanpakken van perverse prikkels. Als zij die verantwoordelijkheid onvoldoende nemen komen we met regelgeving zodat medisch- specialisten in loondienst gaan. We verkleinen de kloof tussen medisch-specialisten, artsen en verpleegkundigen op de werkvloer.

 Een gezond, sportief en fit Nederland

Gezond en fit blijven gaat over meer dan alleen gezond eten en bewegen. De overheid moedigt je aan, maar schrijft niet voor hoe je moet leven. De gezonde keuze wordt de gemakkelijke keuze. Zo verkleinen we ook de gezondheidsverschillen in Nederland.

Nederland als (top)sportland. Sportverenigingen en het onderwijs gaan samenwerken om meer kinderen te laten sporten. We willen sport- en beweegprogramma’s voor senioren zodat zij betrokken raken bij sportverenigingen en willen dat werkgevers en werknemers meer afspraken maken over ruimte voor sport en bewegen. Mensen met een beperking moeten makkelijk toegang hebben tot sporthulpmiddelen en de kwaliteit van zwemdiploma’s verbeteren we. We willen meer topsportevenementen naar Nederland halen en goed opgeleide trainers en coaches leveren de beste topsporters af. Matchfixing, doping en misbruik pakken we aan.

Een gezond leven. We stimuleren gezonde keuzes en ontmoedigen ongezonde keuzes, zonder mensen in hun vrijheid te beperken. We maken bindende afspraken met producenten en supermarkten over het gezonder maken van voeding. Marketing van ongezonde producten gericht op kinderen beperken we. Bij roken, overgewicht en problematisch alcoholgebruik nemen we gerichte maatregelen zoals ‘welzijn op recept’, bij risicogroepen. We willen een Europese aanpak tegen misleidende trucjes als de ‘sjoemelsigaret’. Drugsgebruik wordt ontmoedigd, onder meer door voorlichting waarbij we samenwerken met maatschappelijke partners en werkgevers.

Sneller weer op de been. We stimuleren de aanpak van ‘prehabilitatie’, waarbij mensen zo fit mogelijk worden voorbereid op hun behandeling of operatie. Zo zorgen we ervoor dat mensen minder complicaties hebben en sneller naar huis kunnen.

Vertrouwen in vaccinaties versterken. We willen met de samenleving in gesprek over het belang van vaccineren, met speciale aandacht voor nieuwe ouders, jongeren en moeilijk bereikbare groepen. We stellen een landelijke zienswijze op voor vaccinaties voor jong en oud waarmee we ons vaccinatiestelsel gaan verbeteren.

Bescherming van kinderen tegen uitbraken. De vaccinatiegraad daalt op dit moment, wat het risico op een opleving van een infectieziekte vergroot. Dit is onder andere een risico voor kleine kinderen die nog niet gevaccineerd kunnen worden. We willen dat onze kinderen beschermd zijn wanneer er een ongecontroleerde verspreiding van een infectieziekte dreigt, en nemen daartoe maatregelen.

Een leven lang gezond, fit en weerbaar

Iedereen moet zo lang mogelijk midden in de samenleving kunnen blijven staan, ook bij een beperking of ouderdom. Daar helpen we mensen bij.

Goede zorg voor senioren. We versterken de rol van de specialist ouderengeneeskunde en de samenwerking met huisartsen en wijkverpleging. Huisartsen bespreken met senioren hun wensen en voorbereidingen rondom het ouder worden. Mensen met dementie en hun mantelzorgers moeten kunnen rekenen op hulp bij het regelen van zorg. Gemeenten verbeteren mantelzorgondersteuning en we willen eenvoudigere verlofregels om werk en zorg te combineren.

Snelle verbinding met de zorg. Senioren en mensen met een beperking willen niet onnodig hoeven reizen voor zorg, en moeten makkelijk en snel contact kunnen maken met bijvoorbeeld hun mantelzorger, huisarts of wijkverpleegkundige als dat nodig is. We versterken de digitale vaardigheden van senioren en mensen met een beperking zodat zij makkelijk en veilig geholpen kunnen worden bij hun zorgvraag.

Mensen met een beperking doen mee. Dat betekent dat zij makkelijk hulpmiddelen moeten kunnen aanvragen die hen helpen om zelfredzaam te blijven, en dat zij deze hulpmiddelen mee moeten kunnen nemen, bijvoorbeeld bij verhuizing, zonder administratieve rompslomp. Vernieuwende zorg voor mensen met een handicap die de zorg aantoonbaar beter maakt, moet de norm worden.

Persoonsgebonden budget zoals het bedoeld is. We willen dat wanneer iemand zelf in staat is om het pgb te beheren, diegene een pgb krijgt. Ook wordt het pgb voortaan alleen ingezet voor zorg. Ondersteuning moet gemakkelijk in natura te regelen zijn via de gemeente. We maken het eenvoudiger om fraude aan te pakken.

Betaalbaarheid moet lonen, misbruik niet

Mensen moeten in de toekomst niet de helft van hun inkomen kwijt zijn aan zorgkosten. Dat vraagt om grip op betaalbaarheid, én de verantwoordelijkheid terug in het stelsel.

Sterk toezicht. Een goed werkend zorgstelsel met stevige positie voor de patiënt vereist sterke toezichthouders. Zij houden partijen aan hun verantwoordelijkheid, zoals het nakomen van de zorgplicht en het maken van afspraken over goede en betaalbare zorg. We versterken de rol van de toezichthouders.

Aanpak misbruik. We versterken het toezicht, zodat onbetrouwbare zorgaanbieders en zorgaanbieders die slechte kwaliteit leveren worden geweerd uit de zorg. Waar grote sommen geld oneerlijk verdiend zijn aan de zorg pakken we dat hard aan, evenals woekerprijzen en woekerwinsten. We maken wetgeving om excessieve winstuitkering tegen te gaan, en we verbeteren gegevensuitwisseling om fraude te bestrijden. Goede zorgaanbieders mogen hierbij niet lijden onder de kwaden.

Een slim en voorspelbaar eigen risico. We maken het eigen risico behapbaar door mensen niet in één keer hun eigen risico te laten betalen, maar kiezen voor een betaling per behandeling tot het maximum van het verplicht eigen risico. We brengen rust in het vaststellen van het eigen risico, door de indexering niet jaarlijks te laten plaatsvinden, maar de hoogte langere tijd vast te zetten. Stapeling van eigen bijdragen gaan we tegen.

Zuinig gebruik van hulpmiddelen wordt de norm. Veel hulpmiddelen die nog hartstikke goed zijn, belanden bij het vuilnis. Zo verspillen we tonnen aan hulpmiddelen die nog goed gebruikt kunnen worden. Dat is zonde. We maken het zuinig gebruik van hulpmiddelen de norm.

Zorg die werkt. Mensen moeten erop kunnen rekenen dat in het verzekerde pakket zorg zit die nodig is om te verzekeren en die werkt. Het hele verzekerde basispakket toetsen we regelmatig op effectiviteit en doelmatigheid.

Verantwoordelijkheid voor toegankelijke en goede zorg. In vele wijken in Nederland en op veel terreinen in de zorg zien we dat tientallen, elkaar beconcurrerende zorgbedrijfjes actief zijn. Hun kwaliteit is onduidelijk, de (soms aanzienlijke) winsten die ze maken leiden niet tot verbetering van de zorg. De patiënt heeft geen idee wat de kwaliteit van de zorg is, kan achteraf worden overvallen door een rekening en verliest het overzicht. Juist in een sector waar personeelstekorten zijn, moeten we hier iets aan doen. Keuzevrijheid is voor ons een heel belangrijk uitgangspunt, daar tornen we niet aan. Het kunnen kiezen uit een overzichtelijke hoeveelheid zorgaanbieders waarvan je weet wat de kwaliteit is, garandeert ook de keuzevrijheid. Dit is niet in alle onderdelen van de zorg een probleem. Waar dat vraagt om een aanpak, vindt de VVD dat we dat ook moeten doen.

Bekostigen op basis van resultaat. We willen ervoor zorgen dat zorgverleners beloond worden op basis van het behaalde resultaat voor de patiënt, en niet op de hoeveelheid behandelingen. Ook willen we dat voor de patiënt duidelijk is wat de behandeling inhoudt, wat de kosten zijn, welke resultaten er behaald zijn en wat eventuele alternatieven zijn, ook als dat betekent niet- behandelen.

Weerbare zorg

We willen als land zelf de Eerste Hulp kunnen verlenen bij een crisis, en niet té afhankelijk zijn van andere landen.

Voorbereid zijn op een crisis. We bouwen door aan de Nationale Zorgreserve, een sterke publieke gezondheidszorg en willen een ijzeren voorraad van medische hulp- en geneesmiddelen en vaccins. Nederlandse bedrijven moeten stand-by kunnen staan met productiecapaciteit als dit nodig is.

Lessen trekken uit de coronacrisis. We willen minder (Europese) afhankelijkheid van andere landen zoals China en India als het gaat om het produceren van genees-, en hulpmiddelen en vaccins. Daarbij kijken we strategisch welke productie- en ontwikkelingsfaciliteiten we in eigen land of Europa willen hebben. De toegankelijkheid van data voor onderzoek willen we verbeteren.

Betaalbare en beschikbare genees- en hulpmiddelen. We willen Europese samenwerking van gelijkgezinde landen, die samen de prijs van geneesmiddelen onderhandelen met de fabrikant. Dit verstevigt onze onderhandelingspositie. We verbeteren het voorkeursbeleid, zodat we bij tekorten minder afhankelijk zijn van één geneesmiddelenaanbieder. We gaan verspilling tegen door het voor apothekers makkelijker te maken om medicijnen terug te nemen en hergebruik te stimuleren.

Onderzoek naar een behandeling tegen post-COVID-syndroom. We willen dat Nederland internationaal een leidende rol inneemt bij onderzoek naar een behandeling van post-COVID- syndroom. Kwakzalvers die misbruik maken van patiënten pakken we aan. Mensen met post- COVID-syndroom die weer aan het werk willen, willen we ondersteunen naar een passende baan.

Een gezonde jeugd en mentaal weerbaar Nederland

We willen dat iedereen zo zorgeloos mogelijk kan opgroeien. Daarom is het nodig dat we zorg en hulp voor kinderen, jongeren en mensen met mentale problemen verbeteren.

De jeugdzorg hervormen. We gaan door met de Hervormingsagenda jeugdzorg. De meest kwetsbare jongeren en gezinnen moeten kunnen rekenen op hulp als zij die nodig hebben. Gezinnen die kampen met meerdere problemen worden geholpen met een totaalplan en vaste regisseur. We versterken de rol van de ouders door vrijwillige vormen van ondersteuning bij opvoedkundige taken breed beschikbaar te maken. Verbetering van gesprekken bij jeugdbeschermingsvragen moet ondertoezichtstelling en uithuisplaatsing voorkomen. Kloven in wetgeving waardoor jongeren niet de hulp en ondersteuning krijgen die ze nodig hebben, pakken we aan.

Problematiek op tijd in beeld. We willen ervoor zorgen dat (mentale) problematiek sneller gezien en verholpen wordt, om erger te voorkomen. We verstevigen de rol van sportverenigingen, het onderwijs en de werkgevers hierbij. Bij mensen met psychische klachten moet breder gekeken worden naar oorzaken. Samenwerking met andere terreinen, zoals hulp bij schulden, is daarbij noodzakelijk. We bevorderen het opzetten van mentale gezondheidscentra en laagdrempelige herstel- en zelfregiecentra door heel Nederland. We gaan door met het verkorten van wachttijden in de ggz en we willen een groter aanbod van digitale ggz-zorg.

Betere hulp voor mensen met ernstige psychische problemen. De ggz in Nederland moet beter worden georganiseerd. Zodat mensen die zware mentale zorg vragen en hulp hard nodig hebben die ook krijgen.

Passende hulp voor personen met verward gedrag. We versterken de leidende rol van de ggz bij hulp aan personen met verward gedrag, zoals een betere samenwerking met de politie. Dit ontlast de politie en zorgt er tegelijkertijd voor dat personen met verward gedrag de juiste hulp krijgen. We verbeteren veilige informatiedeling tussen gemeentes en ggz-instellingen zodat zorg en veiligheid beter en veilig aan elkaar verbonden worden. Daarmee ondersteunen we ook de politie.

Medische ethiek

We willen dat mensen eigen keuzes over hun leven kunnen maken, en houden daarbij zorgvuldig rekening met mensen die anders in het leven staan over deze vraagstukken.

Voortplantingsgeneeskunde verbeteren. We maken meer ruimte voor onderzoek om onze voortplantingsgeneeskunde te verbeteren en onderzoek naar de ontwikkeling van bijvoorbeeld ernstige genetische aandoeningen.

Meer mogelijkheden om ernstige erfelijke aandoeningen niet door te geven. Dragers van een ernstige erfelijke aandoening hoeven zelf niet (ernstig) ziek te worden, maar kunnen de aandoening later wel doorgeven aan de eigen kinderen, die mogelijk wel ziek kunnen worden. We willen dat ouders de keuze hebben om ook dragerschap van een geslachtsgebonden erfelijke aandoening niet door te geven.

 ► Medisch-ethisch gesprek. Het gesprek over maatschappelijke keuzes die we (moeten) maken in de gezondheidszorg, bijvoorbeeld over bekostiging van dure behandelingen, moet de politiek met alle betrokkenen, zoals patiënten, zorgmedewerkers, de farmaceutische industrie en verzekeraars voeren. Daartoe gaan we een medisch-ethisch gesprek opstarten.

Een waardig levenseinde. We willen de mogelijkheid voor iedereen (inclusief mensen met een voltooid leven zonder medische oorzaak) om zelf te kiezen voor een waardig levenseinde, mits dit volgens zorgvuldige procedures en eisen gebeurt. Dit geldt voor zowel euthanasie, hulp bij zelfdoding als ‘voltooid leven’. We verbeteren de kwaliteit van levenseindezorg en arts en patiënt gaan tijdig met elkaar in gesprek over wensen ten aanzien van het levenseinde, en maken hier afspraken over.

 De menselijke maat terug.

 Hoe gaan we het als overheid doen?

De VVD wil dat iedere burger en ondernemer in Nederland voelt dat de overheid er voor hen is. We staan voor een overheid die pal staat voor de kernwaarden en de instituties van de democratische rechtsstaat. Die transparant is en handelt vanuit dienstbaarheid, menselijkheid en de menselijke maat. Er ligt een belangrijke opdracht om het vertrouwen van Nederlanders in de politiek te herstellen. Wij willen dat Nederlanders zich goed vertegenwoordigd voelen en weten, wat hun situatie ook is en in welke regio ze ook wonen. Daarom versterken we de positie van de Tweede en Eerste Kamer, zodat zij hun taak als wetgever en controleur van de macht goed kunnen uitvoeren. Goede wetgeving is wetgeving die in de praktijk goed uitvoerbaar is, en daar moet op alle niveaus meer oog voor komen.

Daarbij staat de VVD ook voor verantwoord financieel beleid. We zien dat de tekorten bij de overheid in de komende jaren oplopen. De tijd van gratis geld is echt voorbij. De VVD wil niet dat we een grote rekening doorschuiven naar de toekomst, of via belastingen een forse rekening bij de samenleving neerleggen. Dat betekent dat de komende jaren scherpe keuzes nodig zijn. Daarbij trekken we lessen uit de ingrepen tijdens de financiële crisis tien jaar geleden. Ingrijpen is noodzakelijk om geen rekening naar toekomstige generaties te schuiven en om te voorkomen dat hoge inflatie inkomen en spaargeld blijft opeten. Tegelijkertijd veroorzaakt te snel en diep ingrijpen weer nieuwe problemen, die zich lang laten voelen. En we moeten oog houden voor de lange termijn, zoals de verduurzaming van onze energievoorziening en economie. Dat betekent scherp kijken naar alle huidige uitgaven, terug naar normaal begrotingsbeleid en geen nieuwe fondsen. Door nu goed op de uitgaven te letten, zorgen we dat we het land netjes doorgeven aan volgende generaties en dat de overheid buffers heeft om bij een grote crisis – zoals de pandemie of de energiecrisis – burgers en ondernemers te helpen.

De VVD wil een overheid met een menselijk gezicht.

Overheid met een menselijk gezicht

De overheid is dienstbaar, betrouwbaar en transparant met aandacht voor mensen. Zo herstellen we het vertrouwen van mensen in de overheid en de politiek.

De overheid, dat zijn we met elkaar. De overheid staat niet los van de samenleving. We willen werken aan een nabije en dienstbare overheid. Bij wetten en regels bevorderen we de menselijke maat. Hardvochtige effecten van wet- en regelgeving moeten we te allen tijde voorkomen. Mensen die onbedoeld een fout maken, mogen niet direct als fraudeur worden bestempeld.

Toegankelijke overheid. In de uitvoering moet ruimte zijn om af te wijken als de gevolgen voor mensen onevenredig groot zijn of in strijd met de bedoeling van de wet. We hebben vertrouwen in professionals en geven ze waar mogelijk meer beslisruimte binnen de grenzen van de wet. Mensen behouden het recht om, naast digitaal contact, ook per post en telefoon contact met de overheid te hebben. Ook helpen we mensen die moeite hebben de technologie bij te houden. Mensen moeten persoonlijk in contact met de overheid kunnen treden. Websites en apps van de overheid moeten daarnaast altijd goed toegankelijk zijn voor blinden en slechtzienden of voor anderen met een beperking. Daar moet bij de aanbesteding al rekening mee gehouden worden.

Onrecht zetten we recht. De overheid heeft zich tegenover toeslagenouders en de Groningers onbehoorlijk gedragen. We zullen het leed niet volledig kunnen wegnemen, maar het onrecht dat zowel toeslagenouders als Groningers is aangedaan zetten we waar mogelijk snel recht. Daarvoor zijn stappen gezet, maar we doen meer waar mogelijk.

Een open en transparante overheid. De overheid houdt zich aan haar eigen regels. Om effectieve controle van de overheid te garanderen zorgt de overheid voor goede en open informatievoorziening aan de Tweede Kamer en de samenleving. We steunen goed en open publiek debat en een sterk maatschappelijk middenveld.

Eenduidig en uitvoerbaar beleid. Bij de totstandkoming van beleid en wetten moet worden gekeken of de uitvoering dat beleid ook waar kan maken. We gaan door met de uitvoeringstoets bij nieuw op te stellen wetgeving en met de invoeringstoets nadat wetten in werking zijn getreden. Onafhankelijk toezicht op de uitvoerende macht wordt versterkt. Er komt een aparte Wet op de rijksinspecties.

Eerlijk gebruik van data en algoritmen. Er wordt geen gebruik gemaakt van afkomst gerelateerde gegevens zoals nationaliteit, tenzij dit rechtmatig en objectief gerechtvaardigd is. Algoritmen worden gecontroleerd op transparantie, discriminatie en willekeur. Het gebruik van algoritmen in de publieke en private sector moet transparant zijn.

Hoogwaardig en deskundig ambtenarenapparaat. Nederland kan zich gelukkig prijzen met hardwerkende, deskundige professionals in publieke dienst, met een groot hart voor de publieke zaak. We versterken de (beleids)ambtenaren en topambtenaren moeten kennis hebben van de uitvoeringspraktijk. We scheppen meer ruimte voor stages bij uitvoeringsorganisaties en decentrale overheden. Het bedrijfsleven kan daarbij helpen. We voeren hervormingen door waar nodig.

Meer participatie van burgers. Als groepen mensen gemeentelijke taken willen overnemen en daarvoor een goed plan hebben, dan wordt dat mogelijk. Daartoe wordt het uitdaagrecht in de wet opgenomen. Dit geldt ook voor provincies en waterschappen. Om mensen meer betrokken te maken bij de totstandkoming van beleid, komen er voor specifieke onderwerpen burgerfora.

Krachtige regio’s

Alle regio’s in Nederland doen ertoe. We benutten de krachten en kansen van alle regio’s.

Regionaal beleid. Nederland bestaat uit vele uiteenlopende regio’s, ieder met haar eigen kracht en haar eigen uitdagingen. De kracht van alle regio’s benutten we. En bij het oplossen van de uitdagingen moet de overheid veel meer regiogericht gaan werken. Dat betekent dat bij het opstellen van beleid meer rekening gehouden moet worden met verschillen tussen regio’s, met meer ruimte voor maatwerk en differentiatie. Het beleid en investeringen van de overheid moeten op alle regio’s zijn gericht en niet alleen op de sterke regio’s. Bij de totstandkoming van nieuw beleid toetsen we wat de effecten daarvan op de regio zijn. Daar profiteert heel Nederland van.

Investeren in de regionale economie. Heel Nederland is gebaat bij krachtige regionale economieën. Daarbij willen we vanuit de kansen in een regio werken, door te investeren in de werkgelegenheid en de daarbij behorende voorzieningen. Familiebedrijven en het mkb zijn daarbij cruciaal. Daarom behouden en verbeteren we opvolgingsregelingen voor familiebedrijven. Nederland kan niet zonder een krachtig en leefbaar platteland. Daarom blijven we oog houden voor de sociaaleconomische effecten van het landbouwbeleid.

Betere spreiding van overheidsdiensten. Werken voor de Rijksoverheid betekent niet automatisch werken in Den Haag, maar moet net zo goed in Goes of Doetinchem kunnen. Daarom moet er meer aandacht zijn voor de spreiding van overheidsinstanties door heel Nederland. En moet het makkelijker worden om vanuit de regio bij bijvoorbeeld een ministerie te werken, door het maken van afspraken over werken op satellietlocaties of vanuit huis.

Overal goede bereikbaarheid. Om de bereikbaarheid van de regio te verbeteren, gaan we door met het versterken van de regionale infrastructuur, laten we het openbaar vervoer en het doelgroepenvervoer beter samenwerken en geven we provincies de regie bij het laten rijden van sprintertreinen in de regio. We zetten in op de ontwikkeling van regionale luchthavens zoals in Maastricht of Eelde.

Goede zorg in heel Nederland. We willen toegankelijke acute zorg van hoge kwaliteit, in het hele land. Met aangescherpte regelgeving zorgen we ervoor dat de belangen van de regio beter meegewogen worden als er veranderingen in de organisatie van de zorg plaatsvinden, zodat we ook in Groningen en Heerlen goede zorg hebben in de toekomst. We hebben specifieke aandacht voor regio’s waar nu een tekort aan tandartsen en huisartsen is.

Iedere regio veilig. Met name in grensstreken in onder andere Brabant en Limburg wordt veel aan drugssmokkel gedaan. Met de inzet van camera’s die kentekens in de gaten kunnen houden, langs kleine wegen in grensregio’s, pakken we dit beter aan. Afspraken met onze buurlanden over de aanpak hiervan versterken we. Deze drugscriminelen maken ook misbruik van agrarische leegstand voor bijvoorbeeld drugslabs. Dat willen we stoppen, mede door het vergroten van de weerbaarheid van boeren. Daarnaast willen we meer oog voor het versterken van politiebureaus en kantoren van hulpdiensten. Hiermee verkorten we de aanrijtijden van politie en hulpdiensten.

Cultuurgelden meer regionaal spreiden. Cultuur wordt niet alleen in de grote steden gemaakt, maar is ook in de regio van onmisbaar belang. Nu wordt meer dan 90% van de cultuurgelden in de Randstad ingezet, en dus nauwelijks in Fryslân of Zeeland. Dit moet rechtgetrokken worden, door het regionale belang van cultuur bij de verdeling van subsidie te betrekken en te investeren in het behoud van regionale tradities en volkscultuur.

Overheid en dienstverlening dichtbij. In dorpen willen we bijvoorbeeld dat oude dorpshuizen worden ingezet als contactpunt voor de gemeente of overheidsdienst en als ontmoetingspunt. Verder moeten mensen terecht kunnen bij de bibliotheek. De bibliotheek is namelijk een belangrijke plek om leesvaardigheden en digitale vaardigheden op te doen.

Trots op de Friese taal en streektalen. We stimuleren het Fries op scholen in Fryslân en waarborgen het gebruik van deze taal bijvoorbeeld in de rechtbank. Ook stimuleren we streektalen, zoals het Nedersaksisch en Limburgs, bijvoorbeeld in het onderwijs.

Sterk en modern openbaar bestuur

De Kamer moet zijn controlerende taak goed kunnen uitvoeren. Mensen moeten zich vertegenwoordigd voelen.

Een Tweede Kamer die zijn taken serieus neemt. De VVD wil zich in de Tweede Kamer inzetten om de Kamer minder op rellen en spoeddebatten te laten focussen en meer op wetswijzigingen en het controleren van de regering. De VVD zet zich ervoor in om dit in de Kamer te bereiken. De overheid sluit steeds vaker akkoorden met maatschappelijke organisaties. Het sluiten van dit soort akkoorden moet gebeuren onder expliciet voorbehoud van instemming van de Kamer.

Moderniseren van de Eerste Kamer. We gaan door met de in gang gezette aanpassingen van de Eerste Kamer. Mede daarmee krijgen zowel de Provinciale Statenverkiezingen als de Eerste Kamerverkiezingen de aandacht die zij verdienen.

Versplintering tegengaan. Er zijn in de Tweede Kamer steeds meer partijen vertegenwoordigd, met versplintering als gevolg. We houden vast aan evenredige vertegenwoordiging, maar als oplossing voor de versplintering denken we aan een kiesdrempel.

Neutrale burgemeester. De VVD koestert de neutrale posities van de burgemeester en de commissaris van de Koning boven de partijen en voor alle inwoners.

Verschillende bestuurslagen, één overheid. Overheidsorganisaties op verschillende bestuurslagen moeten elkaar versterken en samenwerken aan het oplossen van de problemen in het land. Voor de Nederlander hoort het niet uit te maken met welke organisatie je spreekt, de overheid hoort je te helpen.

Gezonde financiën decentrale overheden. We hechten aan goed functionerende decentrale overheden. Een gezonde financiële positie van deze overheden is een belangrijk aandachtspunt voor het Rijk. Gemeenten en provincies hebben behoefte aan meerjarige financiële zekerheid. Dat kan worden bereikt door meerjarige afspraken te maken tussen het Rijk, de gemeenten en de provincies. We onderzoeken of de diverse overheidstaken door de juiste bestuurslaag worden uitgevoerd. Er moet minder gebruik gemaakt worden van specifieke uitkeringen, waarbij financiering geoormerkt verstrekt wordt. Zo hebben gemeenten meer autonomie bij de verdeling van gelden.

Zorgvuldige decentralisatie van taken. Gemeenten hebben veel taken. Het is daarom zaak om zorgvuldig om te gaan met het decentraliseren van nieuwe taken naar gemeenten. Er moet worden gekeken of medeoverheden extra taken aan kunnen. Daarbij wordt ook gekeken of er voldoende financiering is om de nieuwe taak uit te kunnen voeren.

Koninkrijksrelaties

In het belang van de inwoners behoeven het bestuur en de overheidsfinanciën op Aruba, Curaçao en Sint-Maarten verbetering. Voor Bonaire, Sint-Eustatius en Saba geldt hetzelfde als het gaat om versterking van de economie.

Versterken Caribisch deel van het Koninkrijk. Er moet verder worden gegaan met de versterking van het Caribisch deel van het Koninkrijk. Samen met Aruba, Curaçao en Sint- Maarten werken we aan goed en integer bestuur, financieel solide beleid, de aanpak van corruptie, het duurzaam versterken van de economieën en het onderwijs.

Financiële deugdelijkheid. Hervormingen zijn niet alleen nodig voor de eilanden om op eigen benen te kunnen staan, ook de bevolking van de eilanden is daarbij gebaat. De autonome landen hebben een eigen verantwoordelijkheid en moeten financieel hun eigen broek op houden. Nederland kan ondersteuning bieden bij de borging van de kwaliteit van het bestuur, justitie en financiën.

Modernisering relaties. Als uitgangspunt voor de relaties binnen het Koninkrijk geldt wederkerigheid. De voorwaarden die Aruba, Curaçao en Sint-Maarten stellen aan Europese Nederlanders die zich daar willen vestigen, gelden voortaan ook andersom. In het Statuut voor het Koninkrijk wordt een expliciete bepaling opgenomen dat naast Aruba ook Curaçao en Sint-Maarten kunnen verklaren dat ze onafhankelijk willen worden en dus het recht krijgen om het Koninkrijk te verlaten. Ook Bonaire, Sint-Eustatius en Saba kunnen bepalen onafhankelijk te willen worden.

De VVD wil geen schulden doorschuiven.

Solide financieel beleid en heldere prioriteiten. De afgelopen kabinetten konden stevig investeren en er was ruimte voor steun tijdens de corona- en energiecrisis. Nu de kosten ook voor de overheid oplopen, is het tijd om terug te keren naar solide financieel beleid en heldere keuzes te maken.

Investeren in veiligheid. Prioriteit voor de VVD is om Nederland veilig te houden, door te investeren in de politie, het OM, rechtspraak en Defensie.

De portemonnee van Nederlanders beschermen. We willen dat het leven voor Nederlanders betaalbaar blijft. Hiervoor wil de VVD onder andere lagere belasting voor werkenden, de belasting op de energierekening voor gezinnen verlagen en de stijging van vaste lasten beperken.

Terugdringen van het begrotingstekort. De overheid heeft de komende jaren een te groot tekort. Door de hogere rente loopt de rekening daarvan bovendien op. Er zijn de komende jaren scherpe keuzes nodig die het tekort terugdringen en beheersbaar maken, zodat we de rekening niet doorschuiven naar toekomstige generaties. Wat de VVD betreft worden ook geen nieuwe fondsen meer opgericht. De overheid zal moeten kijken of er bespaard kan worden. Wanneer het tekort teruggedrongen moet worden kiest de VVD voor bezuinigingen of hogere groei boven hogere belastingen, om de middengroepen te ontzien.

Goede controle op overheidsgeld. We willen dat altijd duidelijk te controleren is hoe de overheid zijn geld uitgeeft. De Tweede Kamer moet duidelijk kunnen zien welke politieke keuzes er gemaakt worden. We toetsen uitgaven en subsidies of ze effectief zijn.

Terug naar een normaal begrotingsbeleid. Nu de coronacrisis voorbij is, is het tijd terug te gaan naar een normaal begrotingsbeleid, waarbij de minister van Financiën de begrotingsregels die door de coalitie zijn afgesproken handhaaft en de Zalmnorm en het trendmatig begrotingsbeleid in ere worden hersteld.

Het besef dat geld eerst verdiend moet worden. Om onze welvaart nu en in de toekomst zeker te stellen, is het besef nodig dat het geld eerste verdiend moet worden. We koesteren daarom onze kleine, middelgrote en grote(re) ondernemers.

Een eerlijk belastingstelstel, waarin werken loont en ontduiken niet

Naar een modern belastingstelsel. In de afgelopen periode zijn stappen gezet om werken lonender te maken. Wij blijven ons daarvoor inzetten. Ook kijken we waar we de verhouding tussen lasten op arbeid en lasten op vermogen rechtvaardiger kunnen maken. Door te blijven inzetten op het dichtschroeien van sluiproutes waarmee belasting ontlopen wordt.

Spaarzaamheid en ondernemerschap niet ontmoedigen. We voorkomen dat het belasten van vermogen een excuus wordt om het eigen huis, het pensioen of mkb’ers te belasten. Want net zoals dat werken moet lonen, moet ook het resultaat van hard werken in de vorm van sparen, investeren en winst de moeite waard blijven.

Slimme constructies om belasting te ontwijken pakken we aan. We gaan de komende jaren door met de aanpak van belastingconstructies. Met de opbrengst hiervan wordt de rekeningen van middengroepen verlaagd. Hoewel er de afgelopen jaren ook belangrijke stappen zijn gezet, blijft Nederland in OESO- en EU-verband inzetten op maatregelen tegen belastingontwijking. Bestrijding van belastingfraude is van groot belang voor de belastingmoraal, maar vindt nu maar beperkt plaats. Daarbij beginnen we met fraude waar het meeste geld in omgaat.

We hervormen Box 3 zodat alleen werkelijk rendement wordt belast. Box 3 wordt hervormd naar een belasting op reëel rendement, met de mogelijkheid om verliezen en kosten te verrekenen. Daarbij kiezen we voor een eerlijk en toekomstbestendig stelsel van belasting op vermogensinkomsten, met oog voor illiquide vermogens, zoals aandelen in start-ups, familiebedrijven en vastgoed, en met een vrijstelling voor kleine spaarders.

Belastingdienst op orde. De Belastingdienst staat onder druk, onder andere vanwege snel veranderend fiscaal beleid. De politiek moet de Belastingdienst daarom de ruimte gunnen om de basis op orde te krijgen.

 Nawoord Christophe van der Maat

Wie echt wil zien hoe een ideeën- en debatpartij eruitziet is bij de VVD aan het juiste adres. In de kleine anderhalve maand sinds ik door het hoofdbestuur van de VVD gevraagd werd om de verkiezingsprogrammacommissie voor te zitten ben ik, en is de hele commissie, overstelpt met liberale ideeën. Het debat binnen de VVD is springlevend, dat heb ik mogen ervaren, en dat maakt onze partij ook zo mooi.

Dit stuk is opgesteld door de hele partij en bouwt voort op ‘Liberalisme dat werkt voor mensen’ uit 2019. Het debat binnen de partij zal ook na dit programma doorgaan. Dat is goed en nodig, in de overtuiging dat wij geen dogma’s kennen en geworteld vanuit het liberalisme altijd op zoek blijven naar de juiste oplossingen om het leven van iedere Nederlander vrijer, veiliger en welvarender te maken. We hopen dat dit programma voor nu een goede invulling geven aan die opdracht.

Een paar mensen bedank ik voor hun onmisbare bijdrage bij de totstandkoming van dit programma. Zonder hen was dit programma nooit afgerond.

Christophe van der Maat

Voorzitter verkiezingsprogrammacommissie


                                                       -o0o-


Dank voor het harde werk, de grote hoeveelheid goede ideeën en de waardevolle suggesties Alies ter Kuile, Bente Becker, Cisca Wijmenga, Elisabeth Post, Marian Kaljouw, Koen Simmers, Marinus Tabak en hun teams.

Dank voor de vele adviezen

Bruno Bruins, Edith Schippers en alle zittende Kamerleden en bewindspersonen

Dank voor de prachtige vormgeving

Menno van Dam, Niels Leeuwenhoek

Met speciale dank voor al het vele werk achter de schermen

Catherina Donkersloot, Christian Luijkx, Désirée de Groot, Engelina Kuiken, Friso Doelman, Gijs Broek, Marno de Boer, Matthijs Hazenkamp, Rik Nijhuis, Roel Wijsman, Roland Groen in ’t Woud, Rosalie Azzi, Ruben van de Zande, Stefan Slikker, Thijs Kruger

Dank aan de schrijfcommissie

Lex Janssen, Robert van der Linden, Tim Versnel, Sophie Hermans, Caspar van den Berg, Sander van Haarlem, Boudewijn Beukers

Maar de grootste dank gaat uit naar alle leden en netwerken van de VVD, die tijdens de fysieke bijeenkomsten, via de mail, via de telefoon of gewoon direct hun ideeën hebben doorgegeven. Hun inbreng voor het verkiezingsprogramma was en blijft onmisbaar.